Berkenrode, van | 1626-11-13

G.A. Haarlem Not Protoc no 127 fol 201, 203v, no 59 fol 222

Achternamenindex

jhr Dirck van Berkenrode: attestatie (fol 201); 1626-11-18: (fol 203v) idem, attestatie; (protocol 59 fol 222) jhr Dirck van Berkenrode laat verklaren dat algemeen bekend is, dat jaren geleden op de hofstede van Sparenwoude een herenhuis gestaan heeft; Lysbeth Alberts, oud 80 jaar, verklaart dat in 1560 ten noorden van de kerk van Sparenwoude de hofstede van Sparenwoude lag, bewoond door Jan Gerritsz; deze hofstede was een heren huis met een kelder met een grote ingang en een secreet dat van de kamer boven door liep naar beneden

Block | 1479-1480

Rek Rentmeester Kennemerland

Achternamenindex

Zweer Block en mr Heynrick de Buijser pachten de tollen te Sparendam en ter Goude voor 3 jaar, beginnende 1480-01-01 voor 1536 £ (910 fol 16v); 1480-1481 (911 fol 17v) en 1481-1482 (912 fol 15v): idem; 1482-1483: (913 fol 14) hij pacht deze tollen samen met Pieter Jansz, 2 jaar lang, voor 1482£; 1483-1484: (914 fol 16) idem; 1484-1485: (915 fol 13) pacht voor 1598£; 1485-1486 (916 fol 13), 1486-1487 (917 fol 14), 1487-1488 (918 fol 13v), 1488-1489 (919 fol 13v): pacht voor 1598£

Leyden, van | 1424-12-13

Arch Gasthuizen Leiden regest 1293/Inv no 1002/Cartul I fol 8

Achternamenindex

Pieter van Leyden verkoopt aan heer Gherijt die Wit, priester, de navolgende renten: - 24 groot met den houde op een huis op het Hoghewoert aan de Bredestraet; - 1 £ op een huis op het Hoghewoerd aan de Coman Gherytssteghe; - 10 sch op een huis aldaar; 1 £ op een huis aan de Bredestraet op de hoek van de Wolsteghe; - 21 sch en 8 penn op een huis aan de Wolsteghe op de hoek van de Volresgraft; al deze renten zijn te vervoorhuren met de halve rente bij verkoopt of versterf

Liesveld, van | 1364-11-10

R.A.H. 57 fol 332v/Reg in Beyeren IX fol 160/Batavia Illustrata bl 1179

Achternamenindex

Machtelt vrouwe van Voorne oorkondt dat Pieter de Camerouwer van Haytsteyn haar overgaf het goed ter Woert, zoals hij het in leen hield, tbv de kinderen van Heyndrik van der Woert en zijn vrouw Herbarensdochter van Liesveld en beleent deze kinderen met dit goed, onder voogdij van hun oom heer Herbaren van Liesvelt; 1370-04-10: zij mogen tbv de kinderen van Henric, Gerrit en Henric, de hofstede van der Woert verkopen en de opbrengst beleggen in leen te Voorschoten, of elders in Holland, te houden van de hof van Voorne

Jacob van den Woude, zijn neef Gerart die bastaard, Vrank die Visscher, Aalbrecht Gerritsz

Lienlaer, van | 1455-02-03

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 430, 120, 161, 194v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Evert van Lienlaer draagt op ½ van een ½ hoeve land, het wedederdeel van der Zijlhorst geheten, na dode van zijn moeder Foijse; vervolgens wordt Evert ermee beleend; 1456-07-07: Willem van Lijenlaer wordt na dode van zijn broer Evert van Lyenlaer beleend met deze helft; dezelfde dag wordt Lambert Jacobsz van Lyenlaer met de andere helft beleend, na hem Goeyert Lambertsz van Lienlaer; 1465-07-18: Jacob Lambertsz van Lijenlaer wordt na dode van zijn vader met de helft beleend; "item nu Goert Lambertssone"

mannen: Geryt Scaij, Peter van Sconenburch; 1456: Goessen Bosch Willemsz, Peter van Sconenburch; 1465: Godert Jacobsz van Lyenlair, Lambert van Lijenlaer

Megen, van | 1380

Ned Leeuw jg 1913 p 228

Achternamenindex

schepenprotocollen 's Hertogenbosch: Henrik Dicbier (zoon van wijlen Jan Dicbier en jvr Elsbena), heer van Mierle was in 1380 gehuwd met Theodorica dochter van wijlen Willem graaf van Meghen; deze heer Willem had een zoon jhr Jan die hem als graaf van Meghen opvolgende en in 1381 schout was van 's Hertogenbosch; 1387: jhr Jan wordt ook heer van Hoeps genoemd, terwijl een akte van 1380 melding maakt van Elisabeth van Zevenborne vrouwe van Hoeps, vrouw van Gillis van Berlaer; 1382: Arent, natuurlijke zoon van wijlen Gerrit van Megen, ridder

Heemskerk, van | 1362-04-25

Batavia Illustrata bl 1181, 1179

Achternamenindex

Heymerixkinderen van der Woert worden beleend met het goed van hun vader [Hendrik van Heemskerk heer van der Woert x Beatrix van Liesvelt], dat aan Peter onze Camermeester gegeven was en hij aan deze kinderen verkocht heeft; 1363-07-09: idem het goed dat Pieter Camerouwer van Haytstein opdroeg, "als Heymeryk van der Woert after hem liet, int lest van sinen leven en hij jegens ons verboort hadde" en daarom aan Pieter gegeven was, nu door zijn kinderen teruggekocht; voogd van de kinderen is heer Herbaren van Liesvelt, hun oom

mannen: de heer van Egmond, Willem van der Wateringe, Gerard van Heemstede, Willem van Naaltwijk; 1364-11-10: Jacob van den Woude, Gerart de bastaard, neef van de vrouwe van Voorne, Vrank die Visscher, Aalbrecht Gerritsz

Herlaer, van | 1485-01-24 (1484)

Coll Aanw 109 Caput Z.H fol 15, 14v

Achternamenindex

Janne van Hairlair jvr van Pouderoyen wordt beleend met de heerlijkheid en het dorp Ottenland in Alblasserwaard, zoals wijlen haar vader die in leen hield. Dirck van Boneem doet hulde voor haar als gecoren voogd, daar haar man Peter van Hemert "omme seeckere syne nootsaecken op dese tijt niet goetlies comen en mochte". Vervolgens draagt zij de heerlijkheid Ottenland op tbv Jan Knobbout [opschrift: Jan Knobbout van Os] die er vervolgens mee beleend wordt; 1484-11-18: Pieter van Hemerten heer van Poeroijen machtigt zijn vrouw Janne van Harlaer om deze transactie te verrichten

Herlaer van Meerwijk, van | 1517-06-30

A.R.A. Inv Arch Mackay van Ophemert regest 45, 78

Achternamenindex

Frederick van Herler, zoon van heer Arien van Herler, ridder, beleent Jan Jansz tbv Jan de Cock Ariensz, met de helft van een tiend op de Ryngmeer [Ringelmeer onder Delwijnen] (uittreksel anno 1520 gemaakt op last van Hillegond van Auwrijn, weduwe van Adriaen die Cock van Delwynen); 1552-10-07: Adriaen van Herlaer van Meerwijk beleent Adriaen de Cock van Delwijnen met deze halve tiende, waarvan Alairt van Haeften de andere helft bezit; 1560 (1566 ?)-01-02: Adriaen van Herlaer van Meerwijk, leenheer van de halve tiende te Delwijnen op de Rengmeer

ten overstaan van Jan Ectoersz, en Theeus Bartoutsz, op bevel van Reijner van den Beern, drost van Ammerzoden, bij gebrek aan leenmannen

Herwijnen, van | 1397-01-25

Reg Rotterdam en Schieland no 1383

Achternamenindex

hertog Albrecht verklaart, dat hij op verzoek van zijn vrouw Margriete van Cleve, Florys Gysbrechtsz weer in gunst heeft aangenomen en hem heeft terguggegeven al de goederen door Florys van hem en van Jan van der Lecke en Breda in leen gehouden, dat hij heer Bruystijn van Herwinen, die ze naderhand in leen gekregen heeft, niet uit de gijzeling zal ontslaan, waarin hij zich bevindt, dan nadat deze de daarop betrekking hebbende brieven heeft afgegeven, voorts dat hij hem zal helpen om terug te krijgen de goederen die de heer van Gaesbeke hem ontnomen heeft