1585 resultaten

Ysselsteyn, van | 1499-02-15 (1498)

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 338
Achternamenindex

Jan van Bouchorst voor zijn moeder Katharina contra Adriaen van Bouchorst voor zijn vrouw Jacoba van Wyngaerden en voor de grootmoeder van zijn vrouw de jvr van Ysselsteyn en de kinderen van Pieter van Zwieten, beroep tegen het vonnis van het Hof van Holland; de drie kleinkinderen van Katherine weduwe van Adriaen Jacobsz die van beide partijen de gemeenschappelijke voorouder was, waren overeengekomen dat bij vóór overlijden van één van hen, de kinderen van deze in de plaats van de overleden ouder zouden erven ondanks de andersluidende regel van het aasdomsrecht. Was hier schependomsrecht verkozen? Volgens schepenen van Leiden niet, volgens het Hof van Holland wel. Beroep ongegrond verklaard

Jutfaes, van | 1540-05-20

Grote Raad Mechelen E.A. dl III dossier 2774
Achternamenindex

Rutger van den Boetzelaer heer van Asperen geeft mr Jacob Jutphaes volmacht om voor hem op te treden

Laen, van der | 1522-1528

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IVdossier 327
Achternamenindex

heer Willem Cuser, deken van St Pancras te Leiden en diens broer Hendrik van Alkemade beloofden mr Gheryt van der Laen als medegave met jvr Adriane dochter van voornoemde Hendric, 1500 gld met als onderpand 10 morgen te Rijswijk, 4 morgen te Warmond en 5 morgen te Alkemade; in plaats van de 10 morgen te Rijswijk mocht hij ook geld vragen (1516-09-06). Hij deed dit 3 jaar lang tevergeefs. Toen zijn schoonvader Henric van Alkemade in 1521 stierf, sprak hij diens weduwe Clara dochter van Pieter Buytewech aan, als ook heer Willem Cuser

Lecke, van der | 1474-1476

Grote Raad Mechelen Geextendeerde Sententiën 1966 p 415
Achternamenindex

processtukken: Gille van de Leck en haar man Jan van Heemstede contra Adriaen van der Leck, nalatenschap van Jan van der Lecke (1472-07-10 gestorven) en diens vrouw Johanna van Egmond, ouders van Gille, 1e aanleg no 53

Oudheusden, van | 1497-07-14

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 311
Achternamenindex

Jan van Oudheusden treedt op namens kerkmeesters van OLVr kerk te Geervliet; verder genoemd: Philips Buissot, kanunnik van het kapittel te Geervliet

Pallandt, van | 1484-09-03

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 207
Achternamenindex

Edmond van Palant gedaagd door Frederic van Witthem en de procureur generaal, eerste aanleg: Emont van Palant weigert het ambt van slotvoogd, drossaard en ambtman van slot, stad en land van Valkenburg dat zijn broer Dierick van Palant voor eiser had waargenomen, aan deze terug te geven, zolang eiser zijn schulden, daterend van 1459, nog niet heeft betaald; Frederic van Witthem, een neef van Dierick van Palant verlangt de voogdij over de kinderen van Dierick die door de Raad van Brabant anno 1481 aan verweerder was toegewezen; beide eisen van Frederic worden afgewezen

Pijn | 1491-08-26

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 245
Achternamenindex

Henric Pynsz gedaagd door Claes Grijp Willemsz; beroep tegen vonnis van het Hof van Holland, dat een vonnis van schepenen van Delft bevestigde, waarbij eiser veroordeeld werd bij voorraad een koopsom in zwaar geld te voldoen. ondanks zijn beroep op het Hof wordt het vonnis ten uitvoer gelegd. Hiertegen verzet zich eiser bij de Grote Raad, dit verzet echter ongegrond verklaard. Het Hof van Holland moet de zaak verder behandelen

Poederoyen, van | 1486-01-20 (1485)

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 217
Achternamenindex

de dochter van Martin van Poederoyen, gehuwd met Pieter van Hemert, contra Thielman Oem; beroep tegen het vonnis van het Hof, dat eiser die weigerde de op een halve tiende en een visplaats bij Papendrecht gevestigde rente te voldoen, tot betaling verplichtte; terug verwezen; beroep ongegrond verklaard

Poelenburg, van | 1475-1477

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 418
Achternamenindex

Claes Gerritsz van Poelenburch gedagvaard door broeder Pieter Pietersz en de stad Haarlem; afgifte van een schuldbekentenis; 1484-04-27: vonnis. Hij had voor Syburch, schoonmoeder van broeder Pieter een obligatie van 60 nobels in bewaring genomen ten laste van Johan Gerritsz. toen Johan overleden was, had Claes tbv haar voor de schepenrechtbank van Haerlem een schikking met Johans erven aangegaan. Daarna overleed Syburch, waarna haar schoonzoon broeder Pieter, Claes aansprak tot afgifte van de obligatie; afgewezen door het gerecht van Beverwijk; het hof stelde Claes in het gelijk, waarna broeder Pieter en de magistraat van Haerlem in hoger beroep gingen bij de Grote Raad

Poelenburg, van | 1491-12-02

Grote Raad Mechelen Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 250
Achternamenindex

Claes Gerytsz van Pollenberch en Lauwereins Heinricsz contra Pieter Gerytsz; eerste aanleg: verzet tegen de verlening van open brieven, welke verweerder waren verleend in verband met een geschil over de koopprijs van door hem aan eiser verkochte onroerende goederen in Delfgauw; verzet, dat in strijd was met de afspraak tussen partijen eventuele geschillen voor schepenen van Delfgauw te brengen, ongegrond verklaard: de open brieven mogen worden ten uitvoer gelegd