Arkel, van | 1377-06-01

R.A.H. Coll Aanw 101 Zuidholland fol 13, 5v

Achternamenindex

Otto van Arckel beleent zijn neef Pouwels van Haestrecht met het huis en hofstad dat van de heer van den Berghe was en 46 ½ morgen land in de Hoefslach: 10 viertel te heer Aerntsberghe, van de Leck tot de wateringhe toe; - van Wouter Ghijsenz tot aan de nuwen Cadyck, belend oost: halve hoeve land, geheten heer Godeverts halve hoeve en nu van Pauwel van Haestrecht is, west: een hoeve land die nu van de heer van Arckell is

mannen: Herberen van Liesvelt, Henrick van den Rijn, Phillips Scillink

Beer, de | 1459-11-03

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 163v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Clauwert oorkondt dat Rutger die Beer Jacobsz maakt tot lijftocht aan zijn vrouw Ryckelant Henric Ghysbertszdochter 12 Beyers gld per jaar uit een erve geheten "die Scalbrenck" [Soest], belend landwaarts: Ave, vrouw van Jacob Lambertsz, zeewaarts: Henric Jacob Goedenz.z, strekkende van de Brink tot aan de Biscopsweert toe, "mit sulken engelant, veen, hoefslach, tymmert en berch, als dat van outs gelegen is", en Rutger van de abdij in leen houdt

mannen: Dirc van Oestrum, Ghysbert Henricsz

Tybout | 1410~

Leenregister Culemborg fol 45v

Achternamenindex

leenregister Culemborg: Jacob Tybout, op Vreeshuservelt: 1) 4 hont bij der Eersbel, belend boven: Hubert Gelisz, beneden: het kind uten Goye; 2) 3 hont bij der Wade, boven: Hubert Gelisz, beneden: Willem van Boechout; 3) oesterummer hoefslach: 2½ hont, boven: Hubert Gelisz, beneden: Albert van Zeys; 4) op den nuwen grave: 2½ hont, boven: Hubert Gelisz, beneden: dat kint uten Goije; 5) beneden het nuwe wadeken: 3 ½ hont, boven: Hubert Gilisz, beneden: Peter Hermansz; 6) voor zijn hofstede 4 hont, boven: Gilis Hermansz, beneden: Hubert Gelisz; 7) in die mate: 1 morgen, belend boven: Roetert, beneden: de nonnen van St Servaes

Cats, van | 1314-06-24

Cartul Marienweerd no 153, 154, 158, 159, 160, 165; Nyhoff: Gesch Gelderland I no 69, 155/Matthaeus Analecta III p 484 en 591 noot

Achternamenindex

Ghisebrecht van Cats, knape, geeft aan Marienweerd een hoeve land gelegen in de overste hoefslach in Paveye oostwaarts tot aan die Hudsmere, tiendvrij. Deze hoeve heb ik hem gegeven "in rechter moetsoenen van erve ende van tienden die si van der herscap van Kuyc in Paveyen en Rietveld hadden". Toen hij dit deed, was hij ongetrouwd; 1315-02-24, 1315-06-24, 1315-07-25: leen van Jan here van Cuyk; 1315-11-11: Ghysbrecht van Cats draagt dit leen over aan Marienweerd. Reeds op 1300-03-18 verzocht Hubert Schenk heer van Culenborg de graaf van Gelre de abdij te handhaven in haar rechten op deze tienden, die door de graaf aan Marienweerd waren geschonken, blijkt uit brief van 1314-06-30 van Jan van Boesinchem; Ghiselbertus de Catze wordt als belanghebber genoemd

Cuyk, van | 1314-06-24

Cartul Marienweerd no 153, 154, 158, 159, 160, 165; Nyhoff: Gedenkw Gesch Gelderland I no 69, 155/Matthaeus: Analecta III p 484 en 591 noot

Achternamenindex

Ghisebrecht van Cats, knape, geeft aan Marienweerd een hoeve land in de overste hoefslach van Paveye oestwaart en streckt aan die Hudsmere, tiendvrij; "deze hoeve heb ik hem gegeven in rechter moetsoenen van erve ende van tienden die si van der herscap van Kuyc in Paveyen en Rietveld hadden". Toen hij dit deed, was hij ongetrouwd; 1315-02-24: Jan van Cuyk schrijft over dit leen aan Gisebrecht van Cats; 1315-06-24, 1315-07-25: leen van Jan heer van Cuyk; 1315-11-11: Ghysbrecht van Cats draagt dit leen over aan Marienweerd; 1300-03-18: verzocht Hubert Schenk heer van Culenborg de graaf van Gelre de abdij te handhaven in haar rechten op deze tienden, die door de graaf aan Marienweerd waren geschonken, blijkt uit brief van 1314-06-30 van Jan van Boesinchem; Ghiselbertus de Catze wordt als belanghebber genoemd; 1300-03-18: Hubert Schenk heer van Culemborg vraagt de graaf van Gelre om Marienweerd te handhaven in haar rechten op de tienden van 20 hoeven in Paveije en Rietveld