Grevenbroek, van | 1681-09-15

Reg Gelderse Leenakten 5e stuk Uitheemse Lenen p 74

Achternamenindex

leen van Gelre: 4 morgen te Bochoven op de Boevendoorn, Wolter Aertsen de Weert draagt dit leen op aan Jan Francois van Grevenbroeck; 1712-08-04: Cornelis van Grevenbroek, erfgenaam van zijn oom Jan François; 1715-11-13: draagt dit leen op aan Joost Janssen Timmermans en Gysbert van Engelen

Cock, de | 1683-1684

V.R.O.A. 1909 p 218 onder L/R.A. Den Bosch

Achternamenindex

jhr Arnout de Cock van Delwynen als man en voogd van Joanna van Engelandt tegen de kinderen en erfgenamen van Beatrix van den Ancker, weduwe van Jan Janssen van Wolfswinckel over het maken van een weg tussen huizen en erven in de Diepstraat [te 's Hertogenbosch ?] en de afpaling van deze

Spronc | 1465-10-01 - 1466-09-30

A.R.A. Graf Rekenkamer no 2185/Rek Rentmeester Land van Arkel

Achternamenindex

de tienden in de ban van Gorinchem: de smaltiende van lammeren in Gorinchem, Schalluijnen en Hoirnaer, kocht Ghysbrecht Spronc voor 18¼ Wilh sc (fol 7); ontvangst van tienden te Kedichem: van Jan Janssen land tot het oude kerkhof, 5 morgen vrij en de tiende uit 2 morgen, kocht heer Jan Spronc per morgen voor 6½ Wilh sc, maakt 32£ 16sc 6d

Egmond, van | 1513

Janssen van Raaij: Kroniek der stad Haarlem p 34

Achternamenindex

sterft de hofmeester van graaf Jan van Egmond, Bertout van Bakenesse als laatste van zijn geslacht

Mierlo, van | 1576-10-31

R.A.H. Coll Aanw 528 fol 6/Leenregister Abdij Egmond

Achternamenindex

Godefroy van Mierlo, bisschop van Haarlem en prelaat van Egmond oorkondt dat hij Willem Cornelissen uytter Beverwijck beleend heeft, na dode van zijn vader Cornelis Willemse, met de helft van een akker genaamd den Aeck, belend bijna rondom door een croeff, die vroeger Jacob Symonsz toebehoorde; te Haarlem in het clooster ter Zyl

getuigen: Claes Janssen, schout in de Beverwijk, leenman van de grafelijkheid en Ghysbrecht Claesz, onze tegenwoordige leenman

Groen | 1680-12-05

?

Achternamenindex

schepenen in Barsingerhorn oorkonden dat Jan Janssen Groen, Symen Buijkersen en Jacob Symonsz, als gildemeesters van de Binnenlantse schipvaert op Kolhorn, erkennen van de H. Geest te Barsingerhorn ontvangen te hebben de somma van 245 Kar gld van 40 gr t stuk, die als hypotheek stonden op t oude schoolhuys te Kolhorn, twelk die H. Geest toekwam, welke beleijt is tot opbouwinge van t nieuwe schoolhuis. Welke voors. somme sij comparanten onder haar zullen houden tot onderhoud van t schoolhuis zonder enige renten of interessen daarvan uyt te keren. Zodra het oude schoolhuis verkocht mocht worden, zal het geld aan het gilde terugbetaald worden, onder verband van het nieuwe schoolhuys op Colhorn, belend zuid; Jan Wybrantsz bouman, noord: Marytgen renschel [?]

Adriaen Jansz en Albert Cornelissen, schepenen van Barsingerhorn. Met het zegel van Jan Willemsz Laenen, schout van Barsingerhorn