Delden, van | 1140~

Oorkbk Sticht Utrecht no 380

Achternamenindex

Esic van Busdorf, proost van Paderborn, verklaart dat Lubbert van Delden een mansus met een jaarlijkse opbrengst van 3 sol van hem ontvangen heeft, op voorwaarde dat Lubbert zichzelf en zijn goederen aan de Dom van Paderborn heeft opgedragen. Bevestigd door bisschop Bernard van Paderborn in tegenwoordigheid van Ludolphus, broer van Lubbert van Delden en van Hermannus de Lippia

Hemert, van | 1315

Cat Arch Kapittel St Pieter no 657

Achternamenindex

bisschop Guido van Utrecht verklaart dat Ludolphus de Renen en de zonen van Albertus de Hemerte, aan het kapittel van St Pieter te Utrecht de eigendom hebben overgedragen van 7 morgen bouwland in de Node op de Nyelantscamp, en dit weer in erfpacht te nemen, waartegen zij de eigendom ontvangen van het stenen huis te Renen, vroeger aan Sweder van Boichout behoord hebbende

Rhenen, van | 1315

Cat Arch Kapittel St Pieter no 657

Achternamenindex

bisschop Guido van Utrecht verklaart dat Ludolphus de Renen en de zonen van Albertus de Hemerte, aan het kapittel van St Pieter te Utrecht de eigendom hebben overgedragen van 7 morgen bouwland in de Node op de Nyelantscamp, en dit weer in erfpacht te nemen, waartegen zij de eigendom ontvangen van het stenen huis te Renen, vroeger aan Sweder van Boichout behoord hebbende

Alphen, van | 1313-08-24

v.d. Bergh I no 379

Achternamenindex

proost en kapittel van de Dom te Utrecht verpachten hun land te Leiderdorp aan: Hugo Philipsz, Alyd Wouter Paesdaghes en haar zoon Hughen van Alfen, Ghisebrecht veren Nellenz, Willam van der Haer, Johan Danielsz, Herman de Wael, Arnoud Diderix Jansz.z en Machtelt oude Vlientine zuster, ook te versterven op hun dochters; 1241-03-17: aan Alewinus, Theodoricus, Wiricus, Hugo, Magtaldis, Ludolphus, Bruno, Hermannus, Theodoricus, Fredericus, Gerardus, Giselbertus, Paulus, Theodorics, Nycholaus, Daniel, Franco et Nycholaus, voor 10£ per jaar, te vererven op hun zoons

Bentheim, van | 1277-06-05

Van Mieris I p 391/Brom regest no 1871

Achternamenindex

Egbertus graaf de Benthem oorkondt dat zijn vader Otto in het Duitse Huis getreden was en daaraan gegeven heeft: 1. de kerk te Renen; 2. de gruit te Node; 3. de kerk en de tiende te Bemmel; 4. de huizen Meynardinc in Hagelo (bij Ootmarsum), Geesteren (bij Ootmarsum) en het huis Hubboldinc (in Voltheren noordelijk van Oldenzaal), alles vroeger tot hulp van het Heilige land geschonk door wijlen zijn vader Otto. Graaf Egbert bevestigt de gift en de jonge graaf van Oudenborch

testes: Albertus presbyter, Bernardus Sebelinchem, Nicolaus de Turre, Nicolaus zoon van Boydekinus en zijn zoon Ludolphus de Sconewolde, Conradus de Quedendorp, Henricus de Reden, militibus; Rodolphus Haech de Vethe, Weremboldus Flamynck [Vlaminck], famulis

Hacke | 1277-06-05

Van Mieris I p 391; Brom regest no 1871

Achternamenindex

Egbertus graaf de Benthem oorkondt dat zijn vader Otto in het Duitse Huis getreden was en daaraan gegeven heeft: 1. de kerk te Renen. 2. de gruit te Node. 3. de kerk en de tiende te Bemmel. 4. de huizen Meynardinc in Hagelo (bij Ootmarsum), Geesteren (bij Ootmarsum) en het huis Hubboldinc (in Voltheren noordelijk van Oldenzaal), alles vroeger tot hulp van het Heilige land geschonk door wijlen zijn vader Otto

testes: Albertus presbyter, Bernardus Sebelinchem, Nicolaus de Turre, Nicolaus zoon van Boydekini et Ludolphus zijn zoon dicto de Sconewolde, Conradus de Quedendorp, Henricus de Reden, militibus; Rodolphus Haeck de Vethe, Weremboldus Flamynck, famulis

Oldenburg, van | 1277-06-05

Van Mieris I p 391; Brom regest no 1871

Achternamenindex

Egbertus graaf de Benthem oorkondt dat zijn vader Otto in het Duitse Huis getreden was en daaraan gegeven heeft: 1. de kerk te Renen; 2. de gruit te Node; 3. de kerk en de tiende te Bemmel; 4. de huizen Meynardinc in Hagelo (bij Ootmarsum), Geesteren (bij Ootmarsum) en het huis Hubboldinc (in Voltheren noordelijk van Oldenzaal), alles vroeger tot hulp van het Heilige land geschonk door wijlen zijn vader Otto. Graaf Egbert bevestigt de gift en de jonge graaf van Oudenborch

testes: Albertus presbyter, Bernardus Sebelinchem, Nicolaus de Turre, Nicolaus zoon van Boydekini et Ludolphus zijn zoon dicto de Sconewolde, Conradus de Quedendorp, Henricus de Reden, militibus; Rodolphus Haech de Vethe, Weremboldus Flamynck, famulis

Deventer, van | 1259-11-07

Codex Dipl Neerl serie 2 dl 4, afd 2 p 23

Achternamenindex

De bisschop van Utrecht oorkondt dat Gysbert de Goye, ridder, tienden te Zeist aan het klooster Oostbroek verkocht heeft

Ernestus de Wulven, Ghyselbertus de Zuylen, Philippus de Rinningen, Walterus de Amersfoerde, milites; Ghiselbertus de Amestelle, Bernardus de Dolre, Johannes de Lochurst, Johannes de Daventria, Ludolphus de Ultravecht, Swederus de Bosinchen, Stephanus de Wyck, milites

Abcoude, van | 1259-11-07

Codex Dipl Neerl Serie 2 dl 4 afd 2 p 23

Achternamenindex

De bisschop van Utrecht oorkondt dat Gysbert de Ghoye, ridder, tienden te Zeist aan het klooster Oostbroek verkocht heeft

zegels: Ernesto de Wulven, Ghyselbertus de Zuylen, Philippus de Runinghe, Walterus de Amersfoerde, ridder, Gyselbertus de Amestelle; getuigen: Bernardo de Dolre, Johanne de Luchurst, Johanne de Darentris, Ludolphus de Ultra Vecht, Sweder de Businchem, Stephano de Wyck, ridders

Grimbergen, van | 1196-03-06

Oorkbk Sticht Utrecht no 527

Achternamenindex

keizer Hendrik beslist het geschil over het graafschap Veluwe tussen de bisschop van Utrecht en de hertog van Lotharingen

testes: Ludolphus Magdeburgensis, Hartunus Bremensis, Hermannus lantgravius Thuringiae, Otto comes de Bentheim, comes Lambertus de Erfordia, Gwiehardus burggravius de Magdeburg, comes Albertus de Werningerode, Rubertus de Clurne, Cuno de Mincemberc, Marquardus dapifer, Drushaidus de Kesteneburc, Heinricus camerarius de Groiz, Heinricus pincerna de Lutra, Gerardus de Grimberc, Arnoldus de Wisemal