Boekel/Bokel | 1347-06-13

Reg Rotterdam en Schieland no 574; Van Mieris II p 739

Achternamenindex

Enghebrecht Aerntsz, Gheerlof Heinemansz en Pieter van den Berghe, schotzetters en gemene buren in Yselmonde in Jacob Bokels ambacht, verklaren nimmermeer van het goed dat de stad Rotterdamme in hun ambacht heeft liggen, schot te zullen heffen, noch het te zullen aanbrengen bij de rentmeester van Zuidholland, als dit tegen de rechten der stad strijdt, en verzoeken Berthelmeus, hun schout en voogd van Jacob Bokel, de ambachtsheer, Adaem Ottenz, Dieric van Munnickem en Willem Vinke het stuk voor hen te bezegelen, die dit hebben gedaan behalve Berthelmeus voor wie zijn broer Ghisebrecht Bokel zegelt, daar hij zelf geen zegel heeft

Arkel, van | 1398-03-09

R.A.H. Coll Aanw 47 fol 501 en 502

Achternamenindex

Jan van Arkel koopt het dagelijks gerecht van Meerkerke tussen de zydwinde en de Broecstege met nuwen dijck ter Ameyden toe, en het dagelijks gerecht van Tienhoven met toebehoren (zie brief 1397-11-21 voor de voorwaarden). Bovendien geeft hij hem de gifte van de kerke nvan Meerkerk en Tienhoven; tenslotte bepaalt de hertog dat de inwoners van Meerkerk int Broeck en Tienhoven hem zullen blijven dienen als zijn andere onderzaten. De hertog belooft nogmaals zijn bovengenoemde onderzaten van Meerkerk zijn bescherming en belooft hen nimmermeer te zullen komen aan heer Henric heer van Vyanen en van der Ameyde of zijn nakomelingen

Heeckeren, van | 1363-04-16

Van Mieris III p 143

Achternamenindex

Vrederic van Heker, ridder, zijn vrouw Lutgard van Rechteren, Evert van Heker, knape, en zijn vrouw Baete [Bertha] jvr van Almelo, verzoenen zich met Jan van Arkel, bisschop van Utrecht, en beloven o.a. dat hun huizen en vesten als Rechteren en Almelo open huis voor de bisschop zullen blijven, terwijl Evert en Berte beloven "ons nimmermeer en gheen hoghen ghericht te ondervinden tot Almelo, noch in den dorpen die daer toe horen", verder genoemd: Mastbroek. Genoemd worden: Jacob van der Aa, Gerrit van den Typecamp, Otto van Waekelde, Evert van der Ehze, heer Dirk van Rechteren, Lambert Eerstz van Isselmuiden als voorman zo zij het oneens zijn, Egbert Tatkinx, meyer tot Ootmarsum

Almelo, van | 1363-04-16

Van Mieris III p 143

Achternamenindex

Vrederic van Heker, ridder, zijn vrouw Lutgard van Rechteren, Evert van Heker, knape, en zijn vrouw Baete [Bertha] jvr van Almelo, verzoenen zich met Jan van Arkel, bisschop van Utrecht, en beloven o.a. dat hun huizen en vesten als Rechteren en Almelo open huis voor de bisschop zullen blijven, terwijl Evert en Berte beloven "ons nimmermeer en gheen hoghen ghericht te ondervinden tot Almelo, noch in den dorpen die daer toe horen", verder genoemd: Mastbroek. Genoemd worden: Jacob van der Aa, Gerrit van den Typecamp, Otto van Waekelde, Evert van der Ehze, heer Dirk van Rechteren, Lambert Eerstz van Isselmuiden als voorman zo zij het oneens zijn, Egbert Tatkinx, meyer tot Ootmarsum. Zij beloven de bisschop tegen een ieder te helpen behalve tegen Roderik van Voerst en zijn broers

Amstel, van | 1285-10-27

v.d. Bergh II no 571, 572

Achternamenindex

de broers Willem, Gisebrecht en Arnout van Amstel hadden een twist met de bisschop van Utrecht en de graaf van Holland. Ze verzoenen zich op volgende voorwaarden: 1) Nardingherland dat de graaf van Holland van de abdis van Elten gekocht had nimmermeer aan te halen; 2)dat zij afzien van Muden en Muderport, Bindermerebroeke en het Reigersbosch; 3) dat zij geen vesting zullen bouwen tussen Utrecht en Holland en erkennen dat zij 2000 £ schuldig zijn. Verder beloven de volgenden de graaf bij niet houden der overeenkomst te zullen dienen: Henric van der Lecke met 25 man, Willem van Striene met 20 man, Harbaren van der Leede met 20 man, Jan van der Leede met 15 man, Diederic van Wassenare 10 man, Henric van Leyden 10 man en Gherard van Velsen 20 man

Jacob van den Woude, Ghisebrecht Bokel, Ghisebrecht de Buth van der Eme, de broers Wouter en Willem, broers van Symon van Harlem, Jan zoon van de heer van Theylinghe, Diederic heer Symonsz van Theylinghe, Willem van Oesghest, Florens Florensz van der Woert, Ghisebrecht heer Ghisebrecht Bokelsz, Troveis van Mordrecht, Jan van Tholensen, knapen. Uten bisdomme: Wouter van Amersvorde, en zijn zoon Henric, Ghisebrecht uten Goye, Hubrecht van Everdingen en zijn zoon Hubrecht, Ghisebrecht van Scalcwyck, Diederic van Zulen, ridders; Hubrecht van Wlvinnen, Wouter van Langherake, Amelis van Minden, Ghisebrecht van den Buske, knapen

Everdingen, van | 1285-10-27

v.d. Bergh II no 571, 572

Achternamenindex

de broers Willem, Gisebrecht en Arnout van Amstel hadden een twist met de bisschop van Utrecht en de graaf van Holland. Ze verzoenen zich op volgende voorwaarden: Nardingherland dat de graaf van Holland van de abdis van Elten gekocht had nimmermeer aen te halen, ten tweede dat zij afzien van Muden en Muderport, Bindermerebroeke en het Reigersbosch en ten derde dat zij geen vesting zullen bouwen tussen Utrecht en Holland en erkennen dat zij 2000 pond schuldig zijn. Verder beloven de volgenden de graaf bij niet houden der overeenkomst te zullen dienen: Henric van der Lecke met 25 man, Willem van Striene met 20 man, Harbaren van der Leede met 20 man, Jan van der Leede met 15 man, Diederic van Wassenare 10 man, Henric van Leyden 10 man en Gherard van Velsen 20 man

Jacob van den Woude, Ghisebrecht Bokel, Ghisebrecht de Buth van der Eme, Wouter en Willem heren Symons broeders van Harlem, Jan zoon van de heer van Theylinghe, Diederic heer Symonsz van Theylinghe, Willem van Oesghest, Florens Florensz van der Wort, Ghisebrecht heer Ghisebrecht Bokelsz, Troveis van Mordrecht, Jan van Tholensen, knapen. Uten bisdomme: Wouter van Amersvorde, en zijn zoon Henric, Ghisebrecht uten Goye, Hubrecht van Everdingen en zijn zoon Hubrecht, Ghisebrecht van Scalcwyck, Diederic van Zulen, ridders; Hubrecht van Wlvinnen, Wouter van Langherake, Amelis van Minden, Ghisebrecht van den Buske, knapen