26 resultaten
Haerlem, van | 1423-11-13
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 285
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Wouter Woutersz als voogd van zijn onmondige zoon Herman, met Dirc Stevensz van Hamelenberge, Steven Gysbert Scaelsz, Jan Stoep Ricoutsz, Ricout Claesz en Aernt van Hilhorst, als van vier vierdel maechtael, dragen op 2 acker weiland in het Nyeuwelant [te Soest ?], hof- en tijns goed, van de brenc strekkende tot aan tsheren maet, belend landwaarts: Meeus Dircsz, zeewaarts: Rutger Rutgerz, vervolgens verleent de abt dit goed aan Claes van Haerlem, prior tot Vreendael voirs, in een eeuwige erfpacht voor 1 g.g. oude Ludovicus Vlaemse groot; 1490: "item dit heeft Geryt Knijff in anno 1490 Vide int tynsbouck in die profesto St Martini"
Breda, van | 1263-10-13
Noordbrabantse Charters p 292
Achternamenindex
heer Willem van Altena staat de tiende van Rodengoye af aan het klooster van Villers
Arnoldus de Gisene, Ludovicus castellanus de Altena, Budinus de Riswic, Servatius de Breda
Gelre, van | 1264-10
Sloet p 840, 859, no 867 p 847/Noordbrabantse Charters bl 35 (bl 292)
Achternamenindex
Otto graaf van Gelre geeft, na afstand door Theodericus Berchman en zijn vrouw Ghisella, in leen de tienden van Schalkwijk met 3 mansos terre, belend: Eustachus de Brakel, en de helft van de tienden te Rodengoye, groot 27 mansos terre, aan Willem van Altena
Arnoldus de Gisene, Ludovicus castellanus de Altena, Budinus de Riswic, Servatius de Breda, mr Godefridus dictus Phras phisicus comitis Gelrensis
Bentheim, van | 1336-07-11
Mr Krom en A Sassen: Oorkonden Helmond no 17 p27
Achternamenindex
Walraven van Benthem, dominus de Hesewijck, Otto heer van Cuyck, Ludovicus de Berlaer, milites, Henricus de Bocstel, Waltherus dictus Spierinck de Boegen, promisissent quod ipsi dominum Johannem de Hesebeen, militem, et suos post ipsum heredes a 100 libris annui et hereditarii reditur, quas Waltherus dictus Bexken de Eirde [van Boxmeer?] erga Walravium de Benthem patrem quondam dicti domini Walravi erga dictum dominum Walravium, suum filium, erg dominum Robertam de Hesebeen, milium erga dominum Wilhelmum de Megen, militem, et erga Johannem quondam dominum de Heesden dutum acquisiverat quitabunt, deliberabunt perpetue et hereditarie conservabunt libros et indempnes prout in litteris super hio confectis plenius continetur promisit dictus dominus Walravius dominum de Hesewijck ut debitor principalis sub obligatione sui et bonorum suorum omnium quod ipse dominum Ottonem dominum de Kuyck, Ludovicum de Berlaer, Henricum de Bocstel et Walterum Spierinck de Boegeri suos et in hoc condebitores a dicta promissione et a quibuscumque
schepenen in 's Hertogenbosch: Daniel de Agge en Nicolaus de Ouden
Altena, van | 1263-01 (1263-10-13)
Sloet p 840, no 859, no 867 p 847/Noordbrabantse Charters p 35, 292
Achternamenindex
heer Willem [Hornes] van Altena ontvangt van Otto graaf van Gelre de tiende van Rodengoije in leen, groot 27 mansi, de lage jurisdictie over het land Rodengoy en het "bedrijf van de dijken" met verlof om dit gehele leen over te dragen aan het klooster St Villers in het bisdom Luik, om die van hem en zijn erfgenamen in leen te houden; de graaf behoudt alleen de hoge jurisdictie van Rodengooi aan zich (geen getuigen genoemd bij Sloet); 1263-10-13: staan Willem van Altena en zijn vrouw Helewidis, met consent van zijn oudste zoon Willem, deze tiende af aan het klooster van Villers, en ook de tienden van het land van Schalkwijk, met dijkbedrijf en lage jurisdictie, om dat erfelijk in leen te houden tegen een census van 1 gouden of 3 Leuvense solidi, te betalen te Woudrichem; de graaf van Gelre behoudt de hoge jurisdictie van Roden Goye en Willem van Altena de hoge jurisdictie van Schalkwijk
Arnoldus de Gisene, Eustatius [de Brakel], Wilhelmus de Goye, Egidius de Anle [Andel], Theodericus Borchmanno, Thillemannus de Campo, Ludovicus castellanus de Altena, Budinus de Riswic, Servatius de Breda, mr Godefridus dictus Phras phisicus comitis Gelrensis
Giessen, van | 1263-10-13
Sloet p 840, 859, no 867 p 847/Noordbrabantse Charters bl 35, 292
Achternamenindex
heer Willem van Altena ontvangt van Otto graaf van Gelre de tiende van Rodengoye in leen, groot 27 mansi, de lage jurisdictie over het land Rodengoy en het "bedrijf van de dijken" met verlof om dit gehele leen over te dragen aan het klooster St Villers in het bisdom Luik, om die van hem en zijn erfgenamen in leen te houden
Arnoldus de Gisene, Eustatius [de Brakel], Wilhelmus de Goye, Egidius de Anle [Andel], Theodericus Borchmanno, Thillemannus de Campo, Ludovicus castellanus de Altena, Budinus de Riswic, Servatius de Breda, mr Godefridus dictus Phras phisicus comitis Gelrensis