Asperen, van | 1438

Gelderse Leenregisters ?

Achternamenindex

die thienden tot Herwijnen, tussen de Hooftgrave ende die Marck strekkende van den Poetkempen tot de Zegedyck toe; ende die Poetkampen zijn tussen de Hooftgrave en de Broeckgrave 3 campen breed, en tusen de Broeckgrave en de Marck 2 campen breed, van der Waderstege nederwert; en ligt tussen Herwinen en Vueren, getransporteerd bij Johan van Herwinen Willemssoen tbv Otto van Asperen van Vueren, 1438; 1445: Walraven van Haeften bij transport Otten van Vueren van Asperen heren van Spijck

Blokland, van | 1521-10-28

R.A.H. Coll Aanw 115 Caput Z.H fol 64v (fol 25v), fol 132

Achternamenindex

Wouter van Blockland Cornelisz wordt na de dood van zijn moeder Agniese van Bloclandt beleend met de heerlijkheid van het dorp Nederbloclandt, bij de Vuylendam, in hogen ende in lagen met tynse, thienden ende anders allen synen toebehoeren, mit eenre hoeve lants mitter huysinge ende tymmeringe daerop staende, met ¼ en ⅙ deel van de tienden op de zuidzijde van Blaskinsgrave en Abbekensdoele tot Ofwegen toe. Op 1527-06-28 maakt Wouter volgens zijn huwelijksvoorwaarden de helft van dit goed tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Johanna Pijx Hermansdochter

Hodenpijl, van | 1424-04-05

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 339v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Geryt van Damasch oorkondt dat heer Jan van Hodenpijl, ridder, belening verzoekt met ¼ deel van de tienden in Zevenhuysen, zoals wijlen zijn vader heer Dirck van Hodenpijl hield, en vervolgens wordt hij beleend; latere aantekening: "in dit ¼ thienden is Joffr. Lysbeth van Haemstede gelyftocht heren JAns wijf van Hodenpijl, in libro abbatis Arnoldi fol 43. Vide infra eodem libro op heer Albrecht van Schagen fol 385. In libro abbatis Arnoldi fol 9 staat noch eenen gelycken brief op Jan van Hodenpijl"

mannen: Ghysbert Gotscalc, Willem van der Meer

Zevender, van | 1567-08-21

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Arkel fol 35; 137 Caput Arkel, Putten etc fol 119

Achternamenindex

jvr Kathrina van Zevender wordt na dode van haar vader Willem van Zevender, uit kracht van haar huwelijkse voorwaarden (1565-07-28), beleend met ⅙ deel van ¼ deel en 1/16 deel van Middelharnis etc; 1571-11-06: Frederik van de Zevender wordt beleend na dode van zijn vader jhr Frederik van der Zevender met 1/16e deel van ¼ deel, en 1/16 deel van de geheelre heerlicheyt van Middelharnis, hoge, middel en laag gerechten, thienden, erfthynse, malryen, visscherijen, vogelrijen, veeren etc, als leen van Putten te houden tot een onversterfelijk erfleen

1571-11-06: mr Cornelis Oem, Pieter van der Burch, leenmannen

Buijten, van | 1490-1491

Rek Rentmeester Kennemerland

Achternamenindex

Martijn van Buijten: pacht de markttollen in Beverwijk voor 5 jaar, ingaande in 1490, per jaar 14 £ 1sc (921 fol 11); 1494-1495: (922 fol 9, 22) betaalt 14 £ 10sc, de oogst van 1492 van de sloyer thienden te Beverwijk werd door hem gepacht van Joost van den Houve te Haarlem om 25 gouden glds en 4 sack rogge; 1495-1496: (923 fol 11) pacht de marcttollen in Beverwijc 5 jaar lang, ingaande Michaelis 1495, van het eerste jaar 15£; 1496-1497 (924 fol 11), 1497-1498 (925 fol 7v), 1498-1499 (926 fol 10v): pacht 15£

Muijl | 1484-01-01 - 1484-12-31

A.R.A. Graf Rekenkamer Rek Land van Arkel no 2219 fol 11v, 13v, 38, 50v

Achternamenindex

Scheijdwijck: van Jan Burchgraven land tot aan de Duitse hoeve, 2 ½ morgen vrij, kocht Govaert Muijl Henricsz, elke morgen voor 6 £, maakt 15 £; tienden op Schelluijnen: van Gherijt Scrijvers land tot aan de Oude Ghiessen, 2 morgen vrij, de tienden uit 2 ½ morgen, kocht Govert Muijl Jacobsz per morgen voor 5£, maakt, 5£ 2sc 6d; van de tienden te Asperen: de raaptienden en wintergerst, 1 morgen vrij en de tiende uit 1 ½ morgen kocht Heinrick Muyl, 5 £ 5sc; uitgaven: "die rentmeester heeft noch te coste gehadt ende verteert des middachs ende des avonts tot Asperen ten huijse van Heynrick Muijl, doe men die thienden aldaer vercofte, 7£"

Herlaer, van | 1586-03-28

A.R.A. Papieren mrs Rem. en Frans van Limborch Inv no 27 fol 11

Achternamenindex

copie authentycq van een sententie van joufvr. Geertruijt van Wyflliet contra jonker Arent van Lauwick contra jouffr. Johanna van Herlaer; 1503: dat naer t overlyden van joncheer Johan van Herlaer anno 1503 mette voors. ambachtsheerlycheijt verleijt is joncheer Frederick van Herlaer, blykt mede bij t voors. extract uit de leenregisters v.d. Merwede. Anno 1513 heeft joncheer Frederijck van Herlaer de ambachtsheerlijkheid wederom versocht; dat naer t overlyden van Frederik van Herlaer anno 1536 jhr Adriaen van Herlaer de ambachtsheerlijkheid versocht ende daernaer anno 1561 den eedt aan jhr Daniel van Boetselaer als heer van de Merwede, vernieuwd, en met consent van heer Daniel hij jhr Adriaen van Herlaer syn huisvrouw aan de ambachtsheerlijkheid gelyftocht heeft, blijkt ook uit het leenregister. Dat de thienden den ambachtsheer van Muylkerk in syne ambachtsheerlijkheid competerende, mede te leen gehouden ende deselve met een volk jaerschaer verheergewaet werden sulcx blijkt ook uit het extract van de leenregisters

Dussen-Muilkerk