504 resultaten

Zuilen van Nyevelt, van | 1468-09-09

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 93v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Claeuwert oorkondt dat Bertelmeus van Zulen van Nyevelt hem opdroeg 5 morgen land met huisinge en hofstede gelegen tot Vloeten bij de kerk en dat hij vervolgens daarmee beleend heeft Jonur Joest Aernts wijff van Rijnes [= Renesse ?] Bertelmeusdochter van Nyevelt, tot een onversterfelijk erfleen; Aernt van Rijnes doet hulde en manschap voor haar

mannen: Loeff van Jutfaes, Tyman Mouwer van Heersell

Zuilen van Nyevelt, van | 1469-05-28

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 469v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jacob van Zulen van Nyevelt maakt tot lijftocht aan Willam van Culenborch 23 goede Rud bisscops gld per jaar uit zijn goed dat hij in het kerspel van Zoes van de abdij in leen houdt, na dode van zijn broer Geryt van Nyevelt, dat hun vader Steven van Zulen al van de abdij in leen hield; heffer is: jvr Margriet Willems moeder van Culenborch Jans wijf van Rijnes; losbaar binnen 4 jaar met 207 gld

mannen: Tyman Mouwer van Heersell, Symon Sarasaen Jansz

Zijl, van | 1470-07-14

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 197v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Tyman van Zijl en Jacob Evertsz dragen op elk ¼ deel van een hofstede gelegen tot Zoest, onderdeelt met Goijert Jacobsz. "Mit huysinge ende alle timmerte als daer op staet, ende met alsulke engelant en weylant alst van outs gelegen is, welke voors. hofstede Jacob Goedenz toe te behoren plach, also alst hem Aernt Evertsz hoer broeder in voortiden voor ons overgegeven hadden"; vervolgens wordt Hase Evert Jacobsdochter, vrouw van Tyman van Zijl met de helft van deze hofstede beleend; ook gaven Tyman en Jacob elk aan haar ¼ deel van 6 Beyers gld per jaar erfrente die ter lossing staan, en Aernt Evertsz schuldig is; 1491: Hase geeft dit goed over en Rycout Evertsz krijgt het te leen, en "Hase behalt noch alle engelant te leen"

mannen: Henric van Duven, Tyman Mouwer van Heersell

Stoop | 1472-01-22

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 202v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Alyt, vrouw van Jacob Stuepen, met haar gecoren voogd Claes Petersz, draagt over: een hofstede als een vierdell slages in Vliegenfengershoeve, strekkende van de brinc an den oeverwech toe [Soest ?], belend landwaarts: Jacob Goedenz, zee waarts: Evert en Godert Jacob Goedenz.zonen; vervolgens wordt Egbert Jacobsz ermee beleend en het verzuim wordt kwijtgescholden; "nunc Clais Jacopsz apud dom. Gerardum de nova ecclesia fol 318"

mannen: Frederick van Drakenborch, Geryt van Rijn

Snijer | 1472-07-12

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 205v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jacob Splintersz wordt na dode van zijn neef Reijer Snijer beleend met: 1) de helft van ½ van 7 vierdel veen, onderdeijlt, gelegen in Heser Veen, strekkende van de oude graft tot aan Hesersant, belend oost: de Zoesche Venen, west: Gerijt Kriecx erfgenamen, zoals Reijer en zijn vrouw Nelle de helft hiervan hielden, en Nelle haar deel nog houdt van de abdij; 2) Reijers deel van de opgrift van een vierdel van een hoeve veen gelegen in Heserveen, zoals Roelof van Baern Roelofsz hetzelfde vierdel houdt, en Roelof vroeger dit vierdel veen overgegeven heeft aan Peter Willemsz en Reijer Snijer; 3) de helft van een stuk veen in Zoesveen in de cleyne slage after die Haer, strekkende van den harden lande alsoe dat ofgegraven is aan Heserveen toe, belend: Evert van Lodensteijn Gysbertsz; na hem zijn zoon Splinter Jacopsz (fol 219, 220, 209)

mannen: Geryt Zoudenbalch, Vrederic die Voecht van Rijnevelt

Snijer | 1472

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 297
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jacop Splintersz droeg op de helft van een camp land gelegen aan de Turfwech in het Over Veen, in den kerspel van Zoes, waarvan Nelle, vrouw van Reijer Snijer, de andere helft van heeft, belend landwaarts: Rutger Jacopsz erfgenamen, zeewaarts: Poulus van Opbueren, hem aangekomen bij dode van zijn neef Reijer Snijer, hof- en tijnsgoed, onversterfelijke erftijns , 1 Joh. braspenninck te betalen elk jaar in onsen hove tot Emminclaer bij Amersfoort; "item dit heeft Sijmon Gerijtsz bij overgift"

tijnsgenoten: Geryt van Rijn, Tyman Mouwer van Heersell

Schade | 1483-02-21

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 233v
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gherijt Schade Dircsz draagt op een vierdel veen gelegen after Zoes engh in het kerspel van Zoes, belend zeewaarts: Lambert Fierlinx kinderen, landwaarts: Gerrit Hilhorst en zijn kinderen, hiermee wordt vervolgens Bernt Schade beleend, tot een onversterfelijk erfleen; in margine: "dat vierdeel veens heeft Jacop [Schaij] nijct ontfangen"

mannen: Evert van Heese, Henric van Ryngenberghe

Setten, van | 1479-02-01

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 518
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Clauwert geeft in eeuwigdurende erfpacht aan Krijstyn van Setten, de huisinge en hofstede gelegen in die Nyestraet aan de oostzijde van de straat, belend boven: dat vleysch[uys], beneden: Hinrick van den Vliet, elk jaar om 10 penn te tijns en om 5£ per jaar pacht; jvr Crijstijn van Setten en haar nakomelingen mogen deze pacht verkopen of verzetten

Splinter | 1476-03-30

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 302
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jacob Splinter en Symon Gerytsz van Riedwijck dragen op, Jacob ⅔ deel en Symon ⅓ deel van de ½ van een camp land gelegen aan de Turfwech in het Over Veen in het kerpsel van Zoes, waarvan Nelle, weduwe van Reyer Snijer, de andere helft heeft, belend landwaarts: Rutger Jacopsz erfnamen, zeewaarts: Pouwels van Opbueren; vervolgens ontvangen Albert Petersz en zijn vrouw Ruesselt Gerrit Trantsdochter deze helft tot een goede onversterfelijke erftijns van 1 goede oude Joh. Bourgoense braspenninck, te betalen in den hove tot Emminclaer; "dit hebben Aelbert ende Ruesselt overgegeven ende heeft ontfangen Luman Aerntsz"

tijnsgenoten: Gerrit Schaey, Jan uten Broeck

Zuilen van Nyevelt, van | 1474-10-11

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 216
Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt beleent Steven van Zulen van Nievelt, na dode van zijn vader Jacop van Zulen van Nievelt, met al het goed dat deze van de abdij in leen hield in het kerspel van Zoes, en Jacop vroeger aangekomen was bij dode van zijn vader Steven; vervolgens draagt Steven dit goed over tbv zijn broer Geryt van Zulen van Nievelt, die ermee beleend wordt tot een onversterfelijk erfleen; "nu: Jacob van Nyevelt zyn zoon"

mannen: Alphar Ruysch, Jan van Helmont