60 resultaten
Dalem, van | 1499-08-14
Arch Nassau Domeinraad regest 2333
Achternamenindex
heer Jan van Diemen, ridder, en schepenen van Oosterhout, leggen op verzoek van de baljuw van Zuidholland ten behoeve van de stad Dordrecht getuigenis af aangaande de ontvoering van Peterken Peter Vrancken dochter door Jan Michielsz en Jan Joes van Dongen bastaardzoon naar het huis van Roel te Bysoeijen
Diemen, van | 1499-08-14
Arch Nassau Domeinraad regest 2333
Achternamenindex
heer Jan van Diemen, ridder, en schepenen van Oosterhout, leggen op verzoek van de baljuw van Zuidholland ten behoeve van de stad Dordrecht getuigenis af aangaande de ontvoering van Peterken Peter Vrancken dochter door Jan Michielsz en Jan Joes van Dongen bastaardzoon naar het huis van Roel te Bysoeijen
Grevenbroek, van | 1394-06-27
R.A.H. Coll Aanw 65 fol 157v
Achternamenindex
hertog Albrecht heeft met zijn Raad een scheiding gemaakt tussen de monniken van Heusden van St Mariencroon en Robbrecht van Grevenbroek, aangaande het land genaamd het Nonnenweer: de monniken mogen dit land aanspreken met landrecht, winnen zij dan is het land van hen, anders moeten zij Robbrecht pacht geven etc
Vilroc | 1325-09-12
Cartul Marienweerd no 260
Achternamenindex
Adolph, bisschop van Luik, oorkondt het resultaat van het onderzoek door Jacob van Zuilichem, priester, als gemachtigde van de abdij Marienweerd, ingesteld aangaande een eventuele afscheiding van de kerk te Meer [Boxmeer] en te Mill, waarbij o.a. Arnuldus Vilroc, commorans in parrochia de Mylle, scultetus in Meere, als getuige is gehoord
Ochten, van | 1199
Noordbrabantse Charters p 18/Butkens: Troph de Brabant I p 50/Geld Charterboek p 276; Sloet no 397
Achternamenindex
overeenkomst tussen de hertog van Lotharingen en de graaf van Gelre, aangaande de tollen te Herwaarden, Arnhem en Driel; vermeld: Rinoldus de Oste [Oss ?; van Ochten] en Godefridus de Helmont; 1200-01-22: verdrag tussen graaf van Gelre en de hertog van Brabant; vermeld: Brustene de Driele, Ricoldus de Oste, Johannes de Gotkeforde
Grebber, de | 1441-10-11
Inv 709 regest 412
Achternamenindex
Jan die Grebber, Doeve van Riedwijc en Jan van der Lane, schepenen in Haarlem, oorkonden dat aangaande de panding van 3 scell per jaar door Jan Symonsz, rentmeester der nonnen ter Lee, op huis en erf van Willem Wouter de bakker aan de Vischbrug te Haarlem, verklaart dat de rente afgekocht en afgelost is; met 3 zegels
Leeuwenhorst; niet gecoll
Asperen, van | 1346-09-03 (?)
Van Mieris II p 725, 726
Achternamenindex
Arnoud van Ysselsteyn oorkondt dat er van de bisschop van Utrecht twee brieven ontvangen zijn aangaande zijn goederen te Yselsteyn, en belooft deze brieven niet te zullen gebruiken vóór heer Robbrecht van Arckel in het huwelijk is getreden met vrouwe Alijd van Asperen. Mocht dit huweljik niet tot stand komen dan belooft hij de bisschop deze brieven zonder arglist terug te geven
Hemert, van | 1334
Cat Arch Kapittel St Pieter no 654/Reg Kapittel St Pieter no 251
Achternamenindex
Ricoud van Hesewijc cs, doen als zegslieden uitspraak in het geschil tussen het kapittel van St Pieter te Utrecht en Johan van Hemert als erfgenaam van Johan Swedersz van Boechoute, aangaande zijn recht op 15 mouder roggezaad op Laerreberch, 12 morgen land in de Noede, 7 morgen in de Noede, 1 hoeve land bij Bunnic, 2 morgen bij Wijc en 1 viertel land bij Cameric
Bouchout, van | 1334-10-24
Cat Arch Kapittel St Pieter no 654/Reg Kapittel St Pieter no 251
Achternamenindex
Ricoud van Hesewijc cs, doen als zegslieden uitspraak in het geschil tussen het kapittel van St Pieter te Utrecht en Johan van Hemert als erfgenaam van Johan Swedersz van Boechoute, aangaande zijn recht op 15 mouder roggezaad op Laereberch, 12 morgen land in de Noede, 7 morgen in de Noede, 1 hoeve land bij Bunnic, 2 morgen bij Wijc en 1 viertel land bij Cameric
Heeswijk, van | 1334-10-24
Cat Arch Kapittel St Pieter no 654/Reg Kapittel St Pieter no 251
Achternamenindex
Ricoud van Hesewijc cs, doen als zegslieden uitspraak in het geschil tussen het kapittel van St Pieter te Utrecht en Johan van Hemert als erfgenaam van Johan Swedersz van Boechoute, aangaande zijn recht op 15 mouden roggezaad op Laereberch, 12 morgen land in de Noede, 7 morgen in de Noede, 1 hoeve land bij Bunnic, 2 morgen bij Wijc en 1 viertel land bij Cameric