504 resultaten
Splinter | 1473-03-13
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 297v, 298
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Jacop Splintersz droeg op ½ van een camp land gelegen aan de Torfwech in het Overveen in het kerspel van Zoes, waarvan de andere helft aan de nakomelingen van Reijer Snijer toebehoort, belend landwaarts: Rutger Jacobsz erfgenamen, zeewaarts: Pouwels van Opburen, Jacob aangekomen na dode van zijn moeder Nelle, "die Peter Willemssoens wijff was ende Reijer Snijers wijff te wesen plach. Welcke camp lants onse hofgoet ende kuermede goet geweest is tot desen dage toe", nu tot erftijnsgoed gemaakt is aan Aernt Allertsz, tijns: 1 goede Johannes braspennick, jaarlijks te betalen in onsen hove tot Emminclaer bij Amersfoort; 1473 des Sonnendages na Egidii: draagt Aernt Alertsz deze helft over aan Ysack Rijcoutsz, als erftijns; "dit heeft Thonijs Jansz t Amersfoort"
tijnsgenoten: Geryt van Ryn, Tyman Mouwer van Heersell
Triest, van | 1456-05-23
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 19v, 236v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Jacob van Poelgeest beleent binnen jaar na dode van zijn leenvoorganger zijn vader, Claes van Trijest met een stuk land en erve van 1 ½ morgen, belend oost: de straat geheten die Meer, zuid: Claes van Trijest, west, noord: een ghemeijnt geheyten die Brenck, gelegen in het gerecht van Lyenden, tot een onversterfelijk erfleen; 1484-07-03: beleend Johan van Triest Claesz, na dode van zijn vader, belend oost: een straat geheten die meente, zuid: Johan van Triest Claesz, west, noord: een gemeynt geheten den Brinck; "modo Adriaen van Triest ejus frater"
mannen: Aernt Loeff, Pieter van Schonenburch; 1484: jonge Frederick van der Zevender, Henrick Vweij [van der Weij ?]
Taets van Amerongen | 1452-08-28
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 150, 443v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Jacob van Poelgeest beleent Aerst Taets van Amerongen binnen jaar en dag met 35 £ per jaar zwarte Tourn met een tiende op Emenesse, die hem van Willem van Colveschoten aangekomen is; 1472-12-11: Eerst Taets van Amerongen maakt dit tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Janna
mannen: Zoue van Rijn, Aerst van Drakenburch; 1472: Gerrit van Rijn, Eerst van Drakenburch
Tessel, van | 1452-03-22
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 186v, 156
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Jacob van Poelgeest oorkondt dat heer Henric van Tessel, prior van het Regulierenklooster St Marienhove in de Birckt te Amersfoort, beleend wordt met een stuk veen gelegen tot Heze, 20 roeden breed en 200 roeden lang, belend oost: Zoesveen, west: Jan Walravensz, noord: strekkende an die wech die van Zoes tot Heze giet, voor 1 goede vette volwassen scoengemaeckte gans mit croes sjaars; Jacob Dyer doet hulde en manscap (vgl 1468-11-29)
mannen: Jan van Hamelenberch, Gysbert Wolf; 1454: Jan van Hamelenberge, Ghysbert Wolff van Hamelenberge
Valck | 1423-06-22
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 330, 339
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Henric Valck Jan Hugemansz broeder wordt beleend met de helft van een tiende gelegen in het kerspel van Oester Sobborch, geheten ver Lysbettenkinder tiende, en wijlen heer Huge Bloc en daarna wijlen Jan Hugemansz in leen hielden, tegen een jaarlijkse pacht van ½ £ zwarte Tourn en een maaltijd of 2 zwarte Tourn; "dese is doet ende here Jan, syn soen, heeft dit goed versocht hierna"; 1424-09-09: beleend heer Jan Valck Henricsz (vgl 1423-06-21)
mannen: heer Peter Jacobsz, canonic tot Middelborch, Gysbert Goedscalc; mannen: Ghysbert Godscalc, Evert van Doem
Voogd, de | 1426-10-15
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 421, 210
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt oorkondt dat Jacob die Voecht maakte tot lijftocht voor zijn vrouw jvr Vrederic van Rynevelt Dirck Ruijsschendochter, een tiende, grof en smal, gelegen tot Bunschoten, geheten die Liesverder tyende, die Jacob van de abdij in leen houdt; 1474-12-20: Vrederic die Voecht van Rienevelt wordt hiermee beleend na dode van zijn moeder jvr Vrederick Jacob die Voechts huijsvrouwe van Rienevelt; "item Henrick die Voecht ejus filius, ut in libro abbatis Wilhelmi de nova ecclesia fol 58"
mannen: Dirc Grawert, Willam van der Maern; 1474: Geryt van Rijn, Alfaer Ruysch
Voorde, van | 1437-07-12
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 130, 151
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Willem van Huekellem oorkondt dat Vrederick van den Voirde hem opdroeg: "1) het goet then Voirde, belend oost, zuid: de stat van Amersfoert, noord: Smeetscamp, west: jvr Belya die Bertelmeus wijf placht te wesen, "ende mitter pangelinge zoe Vrederic voers. die gepangelt heeft tegens Lambert van Lienlaer, ende wirt mit allen sinen vuytslagen en toebehoren, mit sinen coters waerscappen, 2) dat ¼ deel van een stuck lants alsoe als dat Vrederic toe gekent is tegens Claes Banne zoe als dat gelegen is aen Lielaer enge ende voer den Gheijne"; vervolgens wordt Goesen van den Voirde Vredericsz ermee beleend tot een goed onversterfelijk erfleen; 1452-10-13: belening met de ledige hand van Goessen van Voirde naar inhoud van zijn leenbrief dd 1437-07-12
mannen: Zoude van Rijn, Aelbert van Baern
Vlug | 1471-01-15
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 200v, 215
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Gheertruyt Vlugge Goyertsdochter van der Maet met haar man Goijert Vlugge, draagt op ¼ deel van dat heel slach land, onderdeijlt, in den slage, belend landwaarts: jvr Belije die Vrederics wijf was van der Voerde en Lubbert Symonsz, zeewaarts: Henrics erfgenamen van Endoven; vervolgens wordt Mechtelt, vrouw van Jan van Westrenen, dochter van Gheertruyt en Goyert Vlugge beleend; "Peter hoir sone habet"; 1473-11-09: Goijert Vlug verzoekt belening van wege Jacob Jansz van Westrenen met dit leen, na dode van zijn moeder Mechtelt; "modo Peter ejus filius"
mannen: Gheryt Meusz, Peter Dier, Evert van Hese; 1473: Vrederic uten Ham, Gerrit van Rijn
Vonck | 1473-10-30
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 465v, 15v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: "Eerbare lieve jonckvrouw! U gelievet te weten dat Hubert Vonck huden op desen dach bij ons geweest heeft, ende heeft opgedragen ende vrij overgegeven in tegenwoordicheyt onser mannen alle alsulke manscap van leenmannen die men van Hubert voers te lene hielt ende voirt van ons als een overheer voirt hielt ende hout. Tot behoef myns liefs jonckeren van Culenborch, mit voorwaerden dat wij mijn lieve jonchere gheen verlydinge hieroff doen en sellen ten sij dat hij de voirs. Hubert eerst utgereet ende betaelt heeft 100 Reynaldus gulden"; Hubert zal van deze som 7 Reyn gld aan de abt betalen; 1474-04-20: akte met dezelfde inhoud: Hubert Vonck draagt op de manscap en leenmannen en jhr Gheraedt heer tot Culenborch wordt hiermee beleend; Hubert zal dit leen echter mogen lossen met 100 gouden Ryns gld; "Item jonchere Jasper van Culenborch hout dese goeden in enen brief mitten ouden weert ende den Sculenborschen weert" (vgl 1453 des Sonnendaches na O.Vr Assumptiodach"
mannen: Jan Helmont, Tyman Mouwer van Heersell
Wissenkerke, van | 1454-10-02
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 361v, 373
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt verkoopt aan mr Huge Jansz van Wissenkerke ⅛ deel van de tiende in Hoegenlande, zoals zijn oud-oom Gheryt Jacopsz in leen gehouden had, doch bij verzuim aan de abdij vervallen was; hij wordt beleend tegen een jaarlijkse pacht van 5 schell Tourn; "Nae hem gecomen op Joffr Catrijn Wolfert Henrixdr anno 1490, ut in libro abbatis Ja. de Stege fol 13, 1460: "hec bona ad longum amissa erat" (vgl 1423-06-22); 1454-10-02~[zonder datum]: brief met dezelfde inhoud; 1460-05-13~: mr Huge Jansz van Wissekerke met de ledige hand beleend
mannen: heer Peter van Dam, abt van Middelburch, Peter van Scoenenburch