Amstel, van | 1385-06-07

Ons Voorgeslacht 09-1988 p 381

Achternamenindex

leen van Amstel: no 59) 7 morgen land in Bylmer in het land van Amstel, 1399 genaamd ver Nellenland, belend noord: Gerwart Bongiers en Jan Jan Heynenz, zuid: Scout Idenz en Hanneke Butendijk, beleend Engbert van Amstel na dode van zijn vader Egbert van Amstel, te Vleuten, met de ledige hand; 1390-12-31: Allard Symonsz bij overdracht door Egbert van Amstel; 1399-10-20: Allard Symonsz ten eigen

Dever | 1392-07-16

Ons Voorgeslacht 07/08-1988 p 302

Achternamenindex

leen van Vianen: no 674) 4 morgen op Spinhoven (Lexmond), belend boven: Jan Jacobsz, beneden: jonge Hendrik Dever Hendriksz; 1392-07-16: Geertruida, zuster van de leenheer, gehuwd met Maes van den Berge. Leen no 675): 3 ½ morgen op Spinhoven midden in een weer van 10 morgen waar de leenman beiderzijds in geland is, belend boven: de kerk van Lexmond, beneden: Engbert Stamer met leen van Vianen; 1392-08-10: Hendrik Hendriksz

Heukelom, van | 1536-06-12

Coll Aanw 139 Caput Z.H. fol 13

Achternamenindex

Gerardt van Arckel heer tot Heukelom, Amersoyen, Merweden, als man van Margriet van Praet van Moerkercke vrouwe van het huis van Merwede, heeft beleend Adryaen van Haerlaer met de ambachtsheerlijkheid, koren-, hennep- en smaltiende, visserijen, vogelrijen, wind, het gemaal, gelegen in de parochie van Muylkerk aan de Dussen, hem aanbestorven van zijn vader Fredrick van Haerlaer, dat hij hield van het huis van Merwede (vgl 1558-01-27)

mannen van leen: Engbert Goess(ens)z en Antoenis Claesz

Hoeve, van der | 1424-12-19

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 34v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Geryt van Damassche oorkondt dat voor zijn hof- en tijnsmeester Bernt van Broechagen, gekomen zijn Fije van Hoeven met haar gecoren voogd Alert van Lienden, en opdroeg tbv de kerk van Renen, 2 morgen in Laerrebroeck, belend oost: Henric Beijers kind, zuid: een gemene steghe, west: Engbert Egbertsz, noord: de kerk tot Renen, met land van Fije; vervolgens ontvangt de kerk dit land te tijnsrecht voor 2 penn per jaar

tijnsgenoten: Jan Bor van Hemerten, Hubert van Trijest Claesz

Gellicum, van | 1389-09-19

Ons Voorgeslacht 07-1988 p 318

Achternamenindex

leen van Vianen: no 707) 2 morgen in Outena, aan de bovenzijde in een viertel, belend boven: erven Engbert Jansz, beneden: Wouterade weduwe van Jan Grote, 1389-09-19: Jan de Grote Gillisz; 1392-07-10: Wouterade weduwe van Jan Grote, gehuwd met Folpert van Gellicum, en de erven Jan Grote; 1401-01-02: Jacob van Mierlo als zijn broer Jan die Grote; 1420-01-10: Arnout Here na overdracht door Jacob van Mierlo, belend boven: Hein van der Poorten, beneden: Wouterade van Gellicum

Mierlo, van | 1389-09-19

Ons Voorgeslacht 07-1988 p 318

Achternamenindex

leen van Vianen: no 707) 2 morgen in Outena aan de bovenzijde van een viertel, belend boven: erven Engbert Jansz, beneden: Wouterade weduwe van Jan Grote; 1389-09-19: Jan die Grote Gillisz; 1392-07-10: Jan die Grote Gillisz, belend beneden: Wouterade Jan Groten weduwe gehuwd met Folpert van Gellicum en de erven Jan Grote; 1401-01-03: Jacob van Mierlo zoals zijn broer Jan die Grote; 1420-01-10: Arnout Here na overdracht door Jacob van Mierlo, belend boven: Hein van der Poorten, beneden: Wouterade van Gellicum

Mije, van der | 1528-12-29

Ons Voorgeslacht 07/08-1988 p 342

Achternamenindex

grafelijke leen: no 217A) 8 £ gr Vls, te lossen de penning 16 op huis te Mye met 100 morgen land te Nieuwkoop, Jacob van Jutfaes, voor zijn zuster Catharina, natuurlijke dochter van mr Gerrit van der Mye, na dode van haar vader; 1530-04-30: Willem Jansz draagt voor zijn vrouw Catharina dit leen over aan Engbert van Scheiden, waarna overdracht aan Pieter Bol Jacobsz; 217B) 29 Kar gld op dit leen, 1530-04-30: Barbara Jansdochter, weduwe van Hans van Tybingen na overdracht door Jan van der Mye

Paluyde, van | 1545-12-02

Ons Voorgeslacht 07/08-1988 p 342; Leenkamer 126 Caput Noordholland fol 83, 86v

Achternamenindex

grafelijk leen: nr 217A) 8 £ gr Vls te lossen de penning 16, op het huis te Mye met 100 morgen land in Nieuwkoopt, Engbert van Paluyde, deurwaarder van de Grote Raad te Mechelen, bij koop na decreet tegen Pieter Bol, die voortvluchtig is (diens overig goed wordt ook opgesomd); 1561-07-05: Frans Hubertsz, procureur postulant bij het Hof van Holland, voor Jan van Paluyde Jansz te Mechelen, na dode van diens oom Engelbert, na verzuim omdat Jan buitenslands was, waarna overdracht van Elisabeth van den Steene Engelberts weduwe

moutmaker | 1594-03-07

R.A.H. O.R.A. 1063 fol 95

Achternamenindex

Engbert Melisz Prins, schout, Meus Jansz en Jan Petersz Keuijer, schepenen in de ban van Overveen, oorkonden dat Thoonis Jansz de zoon van Jan Gerritsz van Velsen, buerman in de voors. banne, erkende verkocht te hebben en mitsdien schuldig te zijn aan Cornelis Maertsz moutmaker, poorter te Haerlem, een jaarlijkse losrente van 25 Kar gld per jaar, losbaar met 400 Kar gld, onderpand: - 3 morgen land met huijsing en geboomte, belend oost: het Middelwechgen, zuid: Pieter Willemsz tot Overveen, noord: Engbert Dircsz Deijman tot Haarlem, west: de wildernis; - de Sleperscroft, groot 6 morgen 4 hont gekomen van Theunis Aluwijn [ook: 1606-05-29], noord en west: Theunis Jansz zelf, oost: het middelpaetgen, zuid: Anne Keuijers woninge; - 3 morgen hem comparant competerende in een perceel lands groot 5 morgen, genaamd Besgescroft, belend zuid, noord, oost: de comparant zelf, west: de wildernis; - de lange croft, groot 2½ morgen, belend noord: Pieter Willemsz, zuid: Theunis Jansz zelf, oost: het middelpaetgen, west: Aernt van der Hooch; - de helft van een woninge, groot in het geheel 5 morgen, waarvan Cornelis Jansz Argemantgen de wederhelft toekomt, belend zuid: Dirck van Nuyssenburch, oost: de Houtvaert, noord: Pieter Willemsz, west: Pieter Willemsz, alle landen samen 17 morgen 4 hont, gelegen in de Riethorn in de ban van Overveen (vgl 1589-11-09)

Transportregister Bloemendaal; Haarlem: de Delft. 1596-05-01: Cornelis Maertsz moutmaker, idem 1597-12-10, 1604-06-28

Campe, uten | 1353-10-18

Ned Leeuw jg 1913 p 309, 307

Achternamenindex

Willem uten Campe wordt beleend met een huis te Woudrichem, naast een erf van Willem Claysz van den Camp; 1355-07-15: Willem uten Campe Tielmansz draagt over aan Willem uten Campe Jansz een huis en hof in Woudrichem, belend: Willem Claesz uten Campe; 1359: Jan van den Campe, schepen van Woudrichem; 1397: Jan van den Campe Tielmansz vermeld te Woudrichem, schepen en Jan van den Campe Willemsz, burgemeester van Woudrichem; 1381: Sophya dochter van wijlen Engbert uten Campe had uit haar huwelijk met Jan van Uytwyc een dochter Belya, die in 1381 was gehuwd met Gerrit van Slingeland; 1407: Willem Sadelboger uten Camp, jongere zoon van vrouw Agniese uten Camp vrouwe van Slewijc