Asperen, van | 1494

Partic Leenkamer Asperen 1 fol 16, 46

Achternamenindex

de heer van Asperen beleent Adriaen Dirck Glimmerszdochter met een uterweerd te Ackoy; 1529-05-04: beleent Adriaen Dirck Glimmerszdochter enen uterweerdt gelegen op Ackoy tusschen erffve die kercke van Ackoy boven en beneden Drick Franckensz erffven, streckende van den dyck totter Linge. Te versterven bij kinderloos overlijden op haar zusterszoon, zooals haar moeder Adriaen dat bepaald had. Hulde doet voor haar haar man Dirck van Zonsbeeck (vgl 1551-12-06, 1547-08-06)

mannen: Mathijs Folpertsz van Asperen en Aert Claesz

Jonge, de | 138-, 1392

Ons Voorgeslacht 06-1986 p 530, 531

Achternamenindex

lenen van Vianen: no 424 A en B) Jacob Hubertsz [Donker] en zijn zuster Aleid, bij overdracht door Hubert Donker, bevestigd door Henric Henric Arnoutsz voor ½ beleend met de helft van een ½ hoeve aan de nederzijde in Boeikop in heer Arnouts gerecht, belend boven: Dibbout Folpertsz, beneden: Dirc Meynertsz en Henric Dircsz de Jonge. Gesplitst in 424A en B. No 424A) 1392-06-03: Hendrik die Smael voor Aleid, dochter van Hubert Doncker. 1414-02-07: overdracht namens Aleid Huberts dochter, groot 2 morgen in 4 morgen, gemeen met Jacob Donker, broer van de leenman, belend boven: Arnout Neyse, beneden: jonge Henric Dirksz (met leen no 458) en Dirx Meynaert (met leen no 456)

Spijk, van | 1490-01-05

Partic Leenkamer Asperen 1 fol 6v

Achternamenindex

de heer van Asperen beleent Willem van Spijck met 2 ½ morgen in Rembouts[hoeve], 2 ½ morgen in dezelfde camp, hem aangekomen van zijn neef Jan Hack Ghijsbertsz, belend: Willem Ottenhoeve en Herman Liefmanshoeve; anno 1498 altera die Symonis et Juden opnieuw beleend (vgl 1484~)

mannen: Adam van Malsen, Mathys Folpertsz van Asperen, Pieter van Hemert

Asperen, van~ | 1483-01-29

Partic Leenkamer Asperen 1 fol 3 en 1 fol 1

Achternamenindex

de heer van Asperen beleent Adam van Malsen na opdracht door mr Philips van Malsen met 4 morgen te Asperen; idem belening aan Claes Wyck Aertsz

mannen: Mathijs Volpertsz en Wember Aertsz; Adam van malsen en Matheus Folpertsz

Donker | 1382

Ons Voorgeslacht 06-1986 p 530, 531

Achternamenindex

leen van Vianen: no 424) de helft van een ½ hoeve aan de nederzijde in Boeikop in heer Arnouts gerecht, belend boven: Dibbout Folpertsz, beneden: Dirc Meynertsz en Henric Dircsz de Jonge, beleend Jacob Hubertsz [Donker] en zijn zuster Aleid, bij overdracht door Hubert Donker, bevestigd door Henric Henric Arnoutsz; gesplitst in A en B: no 424A), 1392-06-03: Hendrik die Smael voor Aleid, dochter van Hubert Doncker; 1414-02-07: overdracht namens Aleid Huberts dochter, groot 2 morgen in 4 morgen, gemeen met Jacob Donker, broer van de leenman, belend boven: Arnout Neyse, beneden: jonge Henric Dirksz en Dirx Meynaert; 424B) 2 morgen aan de bovenzijde van een viertel te Boeikop, Jacob Hubert Donkersz gemeen met zijn zuster Aleid

Asperen, van | 1503-03-18

Partic Leenkamer Asperen 1 fol 20

Achternamenindex

Rutger van den Boetselaer heer van Asperen beleent Herman Rutgersz met 2 morgen land in de heerlijkheid asperen in Willem Ottenzhoeff tusschen erve die papelicke provende onser Vrouwen altaer erve aen d'een zyde ende Symon Jansz aen die ander zyde. Hulde doet voor hem sijn vader Rutger die bastert, met voorwairden dat mr Dirc Folpertsz pastoer van Ackoy ende Guelt Folpertsdochter mr Dirc voirs suster hoir lijftocht aen dese twee morgen land behouden sullen. Voirt noch synt voirwairden wairt sake dat Herman voirs. storve so soude dit voirs. leen sterven opten naesten Herman die Rutger die bastert bij Margriet sijn echte huysfrou nu in der tyt crigen mocht. Ende waert sake dat sij ghenen soen en crege die men Herman noemde so sou dit voors. leen erven op Ott Rutghersz, sinen broeder

Spijk, van | 1457-10-11

A.R.A. Leenkamer Holland 117B fol 83v/Reg Charolais fol 83v; Partic Leenkamer Asperen 1 fol 4v

Achternamenindex

Anthonis Michielsz als heer van Asperen beleent Marcelis van Spijck met de helft van een camp land in Remboutshoeve in de heerlijkheid Asperen, onderdeelt met Willem van Spijck, belend boven: Willem Ottenz, beneden: Herman Hofmansz [Liefmansz ?] (Leenbrief gegeven aan Aernt Pieck 1457-10-11); 1458-08-20: leenbrief waarin zijn dochter Zegeraet met de andere helft wordt beleend, haar vader doet hulde; 1467-04-24: Marcelis van Spijck beleend met de halve camp, belend boven: Willem Ottenz, beneden: Herman Liefmanshoeve, en Zegeraert Marcelisdochter van Spijck met de andere helft; [1484]: de heer van Asperen beleent Jan Ghijsberts Hackenz met een camp land in Remboutshove, 5 morgen 1 hont, belend: Willem Ottenhoeve en Herman Liefmanshoeve, met lijftocht van de helft voor Crijstina vrouw van Mercelis van Spijck; de eed doet Joest Folpertsz

Amerongen, van | 1457-04-28

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 84, 89v, 96

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Jacob van Poelgeest beleent Folpert van Amerongen na dode van zijn vader Arnt van Amerongen, met: 1) ½ van een halve hoeve veen gelegen in Heserveen [bij Soest], waarvan Lambert Peter Lambertsz.z van Hamersvelt de andere helft heeft, belend aan beide zijden: Aelbert Roelofsz en zijn zoon Roelof, strekkende van de Zoesgrafte zuidwaarts; 2) de helft van de tiende op Emenesse buitendijks, waarvan Peter Lambertsz van Hamersvelt ook de andere helft heeft, belend als voren; vervolgens draagt Folpert dit leen over tbv Jan van Amerongen; 1462-04-10: jvr Mergriet, weduwe van Folpert van Amerongen met haar zoon Aernt van Amerongen "begeerde oetmoedelic aen ons alsoe Aernt hoir soen zeer jonc van jaren is ende sijn leen aen ons sculdich was te versueken", zij verzoekt uitstel van belening, en de abt verleent die voor de tijd van 13 jaren; 1464-06-29: abt Johan Claeuwert beleent Aernt Folpertsz van Amerongen, binnen jaar en dag na dode van zijn vader Folpert van Amerongen met deze lenen

mannen: Zoude van den Rijn, Peter van Schoenenburch; 1462: Geryt van den Rijn, Jan van den Anxter; 1464: Gerrit van Rijn, Aplphar Ruysch