62 resultaten
Meerdervoort, van | 1527-01-28
Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VII dossier 606
Achternamenindex
Adriaen van Meerdervoort bevestigt bij testament het legaat van 6 £ Vl gemaakt door zijn moeder Cunera van Drenckwaert tbv zijn beide natuurlijke kinderen Claes en Machteld; Adriaen overleed 1527-01-30; het legaat werd via Jan van Drenkwaart betaald door zijn wettige dochters Cunera, weduwe van Arent van Lier en Geertruid x Willem van Guydenhoeven; sedert 1538-1551 vond geen betaling meer plaats. Claes en zijn zuster Machteld, gehuwd met Gerrit Vranckenz, verkregen van het gerecht van Dordrecht gelijk. De wettige dochters gingen in appel voor het Hof; 1567-1568: waarschijnlijk overleed Machteld, want in het proces treedt op Peter van Brugge namens zijn vrouw Geertruid de Vries en als gemachtigde van Claes Adriaensz van Meerdervoort en Adriaen de Vries erfgenamen van Machteld van Meerdervoort
Borssele, van | 1423-06-23
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 331, 331v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Geryt van Damassche oorkondt dat Jan de bastaard van Borsele heer Vranckenz hem opdroeg die twee deel van de tiende in de parochie van Welsinge, waar de abt van Middelburg ⅓ deel in heeft, "overmits die hoge geboren grave Guido van Beloijs sal. gd. in voirtiden van onser abdien te leen helt", en Jan de bastaard van de grafelijkheid van Holland verkreeg; Jan wordt beleend tegen betaling van 6£ zwarte Tourn per jaar; "dese is doet ende dit goet heft versocht Jan Janssoen Joffer Aechten Doensdochter die sijn getruwede wijf is"; op dezelfde dag draagt Jan de bastaard de helft van dit leen op tbv jvr Marie van Middelsteijn Peter Henricszsdochter, vrouw van Jan
mannen: Gysbert Goetscalc, Heinric Valc
Wade, van der | 1410~
Leenregister Culemborg
Achternamenindex
leenregister Culemborg: - Doijs Gerytsz een meijnte van ½ morgen in Maudericker maelscap, van de wetering tot de Husmate, belend boven: Jan Vranckenz, beneden: Dirc van der Wade (fol 52v); Henrick van der Wade: - 1 acker land tussen de Weijde en de Olde A, belend boven: Alart Philipsz, Ysebrant Ysebrandsz en Johan Diedert samen met een stuk land, beneden: de vrouw van Eerst Claesz met haar kinderen met land geheten het Vrijlant, te komen op Lambert van der Wade, - 1 acker bij Buesinchemer windmolen, belend boven: Gosen Gosensz, beneden: Johan van Bueren (fol 75); - Henrick van der Maze Willemsz 1 acker van 3 morgen 1 hont bij Buesinchemer wintmolen, belend boven: Gosen Gosen Heynmansz.z., beneden: Jan die Bonte Hermansz, (dit erve heeft Henric van der Wade) (fol 75)
Sparenwoude, van | 1524-08-21
Navorscher jg 97 p 160, jg 95 p 50-67, jg 93 p 173, 174, 138, jg 22 1872 p 161, 162; Geneal Herald Bladen jg 2 (1907 p 502-1506
Achternamenindex
Jan Heynricsz [van Sparwoude] x Willemtgen Willemsdochter, hieruit: Clara Jansdochter van Sparwoude, testament 1598-01-28, codicil 1602-03-31, 1610-08-12 (Arch Weeskamer Delft; Recht Arch Delft Aanw 1890 Inv 26d fol 160; minuut 1610: A.R.A. 1541 fol 94-96, overgebracht naar Delft) x mr Arent Vranckenz van der Meer (Recht Arch 26C fol 69v) met genealogie; kapitaal van fl 197600, 2½ % nationale schuld, 60 bunders wei- en hooiland en een erfpacht en legaten aan het fraterhuis te Delft, oude mannen- en vrouwenhuis in de Papensteeg te Leiden; 1623: in de 8e rentmeestersrekening van de Clara van Sparwoude stichting fol 2 over 1623 wordt vermeld de eigendom van de woninge met 25 maden lands gelegen te Sparwoude bij de kerk, alsmede nog enig land ter plaatse
Loef | 1410~
Leenregister Culemborg fol 9, 11 15v
Achternamenindex
leenregister Culemborg: - Henric Loef 1 acker lant in Ryswiker Maelscap die Jan Zurmont opdroeg; - Henric Loef een akker, geheten de Weertacker, strekkende van Verniskens weert tot aan de Broecsteghe, belend boven: de heer van Culemborg, beneden: Heinric Loef, en deze akker was van Jan van Oemeren; - Jan Vranckenz 3 ½ morgen in Ryswiker Maelschap, die van Heinric Loef Ghysbertsz waren, geheten de halve Bredestucken, belend beneden: Gelre, boven: Jan Vrient Dircsz, strekkende van de Polre tot aan de Wijfdijc, zoals Heinric Loef hield; - Willem van Boechout 8 ½ morgen in Ryswiker weert aan 4½ akker waarvan 1 akker belend boven: Jan Vrient, beneden: Heinric Loef; - Heinric Loef Ghijsbertsz (vervangen door Steven Loef Heinricsz) 1 hofstat te Rijswijc, 3 ½ morgen, belend boven: Margriete van Boemel, beneden: de vrouwe van Gelre en 1 hofstat over Wijfdijc, 4 ½ morgen, belend boven: Lysbeth Scelen, beneden: de vrouwe van Gelre
Doys | 1410~
Leenregister Culemborg fol 39v, 40, 51v, 52v, 54v
Achternamenindex
leenregister Culemborg: - Doijs van Loel een tiende in de kerspel van Dyedam, zoals zijn vader hield. Mannen: Gysbert van Culemborg, bastaard, Dirc Doijs Henricsz. - Latere aantekening: Jan Kovoet Woutersz, na opdracht door Gerefaes van Grootvelt, 1 hof houdt 1 ½ morgen tot Mauderic, belend boven: Joest Doijs, beneden: Jan voors, strekkende van de dijk tot aan de Aude Weijde. - Heylwich Roelants 8 morgen op den Perrick, belend boven: Henric Doijs, beneden: Herman Ghybenz, hulde doet haar zoon Roelof [zie ook Hendrik Roelandsz]; - Doys Gerytsz ½ morgen tot Mauderic op de Meynte, belend boven: Doijs, beneden: Lysbeth Wadekens. - Doys Gerijtsz een meijnte die houdt ½ morgen, in Maudericker maelscap, strekkende van de Maudericker wetering aan de Husmate, belend boven: Jan Vranckenz en beneden: Dirc van der Wade. - Jan Zurmont 1 ½ akker, strekkende van de bandijk in de Lek, belend boven: Henrick Doijs, beneden idem
Duven, van | 1410~
Leenregister Culemborg fol 6v, 12, 12v, 15v
Achternamenindex
leenregister Culemborg: - Claes van der Ham 1 hofstede die van Heyne van Duven was, met een weerd aan het einde; - Dirc van Duven 1 hofstede tot Mauderic, belend boven: Heynric Roelantsz, beneden: de heer van Culemborg; - 1 oude weijde in de Aude Weyde te Mauderic, belend boven en beneden: Geryt uten Weerde (fol 12); - 3½ hont in den Muelschen camp, belend boven: Herman van Holland en beneden: Jan Vranckenz, was van Gheryt van Duven; - Geryt van Duven (doorgehaald en vervangen door Roelof Spaen Jacobsz) 1 hofstat met een huis tot Mauderic op den Slach, 8 hont, belend boven: de heer van Culenborg, beneden: Gerijt; - Hubert Zas 13½ hont op t Hornincsveld, belend boven: Gerijt van Duven en beneden: Heymeric Roelantsz; - Heinric Mus 1 morgen in de Oude Weijde die van Dirc van Duven was geweest, belend boven en beneden: Geryt uten Werde
Oostende, van | 1436-11-30
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 345v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Willem van Huekelem beleent Willem van Oestende met ⅓ deel van alinger tienden in de parochie van Welsingen, bezit van wijlen jvr Marie van Oestende, vrouw van Willem; van deze tiende behoorde ⅓ deel aan de abt van Middelburg en het derde ⅓ deel aan de abdij van St Paulus en de erfgenamen van Johan Vranckenz [van Bersele]; het ⅓ had Willem van Oestende gekocht van Gelis Jan Brantynsz.z. als rechte erfnaem van jvr Marie van Oestende, te houden tegen een jaarlijkse pacht van 6£ zwarte; 1436-12-06: de abt beleent Willam van Oestende met de helft van ⅓ deel van alinger tienden in Welsinge, waarvan de andere helft toebehoort aan de erfgenamen van Johan Vrankenz, het 2e deel aan de abt van Middelburg, en het 3e aan Willam van Oestende, tegen een pacht van 3£ zwarte
getuigen: heer Willam Henricsz van Grijpskerke, proost van Ovr klooster te Middelburg, Willem Willem Boudynsz.z. van Scellacht, onse mannen
Oostende, van | 1463-04-19
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 377, 377v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: de abt beleent Willam die Vreze van Oestende en zijn broer Jan Oestende binnen jaar en dag na dode van hun vader Willam van Oestende, met de helft van ⅔ deel van de tienden die Jan de bastaard heer Vranckenz [van Borssele] hield, gelegen in de parochie van Welsinge, waarvan de abt van Middelburg een deel bezit en Willem van Oestende het wederdeel, pacht 6£ zwarte per jaar; en met ⅓ deel van alinger riende in de parochie van Welsinge, waarvan ⅓ deel aan de abdij van Middelburg toekomt, en het 3e deel aan de abdij St Paulus, pacht 6£ zwarte; "ende dese twe brueders en sellen dese tyenden bij horen live nyet versueken mitter lediger hant"; Willem van Oestende heeft zijn ⅓ deel overgegeven aan Joost van der Ameijde en zijn broers
mannen: Zoude van Rijn, Goesen van Voerde
Culemborg, van | 1410~
Leenregister Culemborg fol 63v, 65, 65v
Achternamenindex
leenregister Culemborg: - een hoeve land in Beesderbroeck over die Grave door heer Johan van Kulenborg opgedragen tbv Johan van Beesd, belend boven: de kerck van Buesichem, beneden: de joncker van Arkel. Latere aantekening: mannen: Gysbert van Kulenborg, bastaard, onze oom Geryt van Kyllestein; - Johan van Kulenborg 5 morgen, belend zuid: de Zantwech, noord: Hille Peters, west: Rolant Heymericsz, Johan van Kuck, oost: de scheijdinge; - 2 ½ morgen int Nye Slach, boven: Floris Engelsz, zuid: Claes Ottenz, noord: die gemein tochtgrave; - een husmate, 8 hont, boven: Gerefaes Dirksz van der Wade, beneden: de heer van Culemborg; - 3 ½ hont in de Medelsche Kamp, belend boven Johan zelf, beneden: Johan Vranckenz; - 3 morgen in het maelschap van Mauderick, van de Zoelse wetering tot de Maudricker wetering, tussen Johan zelf en Steven Roelantsz; - Wolfart van Kulenborch 3 morgen 1 hont in de Medelsche kampen, belend boven: Wolfart en zijn zuster jvr Belye, beneden: Steven Roelantsz; - halve morgen en 75 roeden in de Medelse kamp, belend boven: Wolfart en jvr Belije, beneden: Willem Lubbertsz