72 resultaten
Oostende, van | 1459-10-03
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 370v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Claeuwert oorkondt dat jvr Lysbeth, vrouw van Peter van Ostende, hem opdroeg 2 ½ gemeten tiende in de parochie van ser Abbenkerke in Zuidbeveland, en Willem van Bruelis van de abdij in leen hield; Lijsbeth wordt beleend tegen betaling van een jaarlijkse pacht van 4 oude groet Conincs Tourn en een goede maaltijd, of 2 Tourn daarvoor; haar man Peter van Ostende doet hulde en manschap voor haar (akte is doorgehaald). "Nota dit heeft Wolfert Henricx van Zuijtwege ontfangen bij overgift Joncfr. Lysbeth voors"
mannen: Henric van Bruelis en van den Abele en zijn broer Anthonis van Bruelis
Zuylen, van | 1410~
Leenregister Culemborg
Achternamenindex
leenregister Culemborg: dit zijn de mannen die de heer van Kulenborg aangekomen zijn van heer Jan van Zulen: 1) Bernt Spronck Arntsz 3 morgen in het land van Hagestein onder de Weerd, 2) Otto Gerritsz 3 morgen te Hagenstein onder de Weert (fol 88); - Henric van Zulen en zijn broer Geryt hebben overgegeven eigendom en manschap in het land van Hagenstein afkomstig van hun moeder, tbv de heer van Kulenborg van 6 morgen land in de Biest en Onderweert, belend boven: Dirc van Loen, beneden: Aernt Scade (fol 87v)
Does, van der | 1600-12-22
P.N. van Doorninck: Inv Charters van der Does regest 138
Achternamenindex
vice domdeken en het kapittel der kercke ten Dom te Utrecht, als in curatele genomen hebbende Antonis van Boussu, domproost te Utrecht, belenen Henrijne van der Does, nagelaten dochter van Pieter van der Does, in zijn leven ambachtsheer van Rynsaterwoude, Leimuiden en Vriesecoop, bailliu en dykgrave van Rynland, bij Philippa van Duvenvoorde, hare testamentaire voogdesse, met ½ van een hofstede met 29 morgen land gelegen in den Achthoven in den ambacht van Leiderdorp. Joncheer Hugo Ruijsch, Raad in den Hove van Utrecht, doet voor haar hulde, eed en manschap als daartoe gemachtigd (vgl 1599-04-04 en 1599-03-05)
t.o.v. mr Willem van Otterspoor, Dirck van der Hoeven, leenmannen van de domproosdij
Buytenwech | 1437-02-18 (1436)
R.A.H. Coll Aanw no 100 fol 56; no 102 fol 1v Caput Kennemerland/Reg Princ fol 1
Achternamenindex
hertog Philips beleent Lysbeth Willem Doevendochter, vrouw van Pieter Buytewech, met: 3 werven lants gelegen in den ambacht van Heemskercke uytgaende van den Kerckwech an den Hoofdacker. Item 1 ½ hoeve en 3 halve koeve lants in het ambacht van Heemskerk, naast de Hooftacker, van de Kerkweg tot aan de Hooftacker, haar angecomen bij doede Willem Doevensoen, huers vaders. Tot een erfleen, binnen aftersusterkint niet te versterven, te verheergewaden met een talwairdigen snoeck. Hulde en manschap voor haar doet Dirck die Bruyne, haar gecoren voogd; 1447-09-07: beleend Goede Doevendochter van Rietwijk, Veltmansweduwe, die het opdraagt tbv Willem van Ruyven
Heemskerk
Clarenburg, van | 1472-11-06
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 95v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: abt Johan Claeuwert oorkondt dat jvr Lijsbeth van der Meer, weduwe van Henric Gijsbertsz, na dode van haar nicht jvr Janna Jansdochter van Clarenborch, die vrouw van Herman van Wije was, door hem beleend is met een tiende, grof en smal, gelegen tot Bunschoten in die Veenstrate, belend zuid: de Hairsche weg, oost: die Lake, noord: Jan de Roede Jansz of zijn erfgenamen, zuid: die Eme, tot een goed onversterfelijk erfleen, belast met een rente van 7 oude Vrancr scilde per jaar, die Alfer Ruysch hieruit afzonderlijk in leen houdt; Willem van der Meer doet hulde en manschap
mannen: Geryt van Rijn, Jan van Zulen van Amerongen
Trant | 1395-05-21
Ons Voorgeslacht 04-1986 p 323, 321
Achternamenindex
leen van de hofstede Bloemensteyn: no 2) 4 morgen land in Honswijk, strekkende van de Snel tot de Lek, belend boven: Willem de Heelt en Henrick Speyart, beneden: Willem de Goyer Henricsz; Zweder van Bloemenstein, ridder, draagt de manschap van Hendrik Trant over aan de heer van Culemborg; 1395: Hendrik Trant Henricsz, belend boven: Gerrit Arnoutsz; 14..: Eese dochter van Henric Trant gehuwd met Jan van Ingen, zoals haar vader; 1422-12-22: Eesse dochter van Henric Trant; 1422-10-18: Lambert Dircsz voor zijn vrouw Machteld beleend met de helft van 4 morgen in Honswijk, belend boven: Hendrik Trant, beneden: Jan van Beesd Hermansz (p 321)
Bloemensteyn, van | 1395-05-21
Ons Voorgeslacht 04-1986 p 320, 321
Achternamenindex
leen van de hofstede Bloemensteyn: I A en B) Zweder van Bloemensteyn, ridder, draagt de manschap van Zweder bastaard van Bloemensteyn en diens zusters Machteld en Agnes over aan de heer van Culemborg; 1A) 1395: Henric, dochter van Zweder de bastaard van Bloemensteyn; 1422-10-18: Lambert Dircsz voor zijn vrouw Machteld; 1453-06-24: Machteld gehuwd met Lambert Dircsz; 1458-04-03: Willem Govertsz bij dode van Machteld; 1469-07-24: Willem Goverts draagt het leen over aan Claes Jansz; 1B) 1395: Agnes, dochter van Zweder bastaard van Bloemensteyn met lijftocht van haar vader; 1423-07-27: Zweder Willemsz van Honswyk; 1453-06-24: Lambert Willemsz; 1464-07-17: Willem Govertsz bij dode van zijn zoon Lambert
Beer, de | 1446-07-02
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 145v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Rutger die Beer Jacobsz met zijn oom Jacob Nenninck Rutgersz als voogd, draagt over: 1) dat Cleyne Broeck, belend landwaarts: het goed dat van Evert van Crachwijc was en het goed dat roert in Roedekijnskamp, zuid: Dirck Willem van den goede van Hamelenberge, 2) een kamp land geheten dat Grote Broeck, 3) 2 morgen veen in de cleyne slage in ⅓ deel van het veen an 7 hoeveslagen, belend landwaarts: Vranckenhoeve met de grote slage, zeewaarts: die grafte die in Goede Scaels land is, strekkende van Zoesenge in Hezerveen toe; vervolgens worden de broers van Rutger, Jhan en Gysbert, beleend elk voor de helft, behalve de lijftocht van hun moeder Geertruijt aan de Cleijne Broeck; hun oom Jacob Nenninck Rutgersz doet hulde en manschap tot zij mondig zijn
mannen: Jhan van Hamelenberch, Willam Henricsz, Goesen van Scadick
Bloemensteyn, van | 1395-05-31
Ons Voorgeslacht 04-1986 p 320, 321
Achternamenindex
leen van de hofstede Bloemensteyn: 13 morgen land met 5 leenmannen te Honswyk: door heer Zweder van Bloemesteyn overgedragen aan Hendrik Hamer voor de heer van Culemborg; heer Zweder wordt beleend met 7 morgen land in Honswijc, strekkende van de wetering tot aan de dijk en de kerk van Tul, en van de dijk in de Lek, belend boven: de kinderen van Herman Goyer, beneden: Dirc van de Weide met erfpacht; de manschap wordt overgeragen aan de heer van Culemborg ook voor zijn zusters Machteld en Agnes; 1395: Hendrik, dochter van Zweder bastaard van Bloemesteyn beleend met de helft (4 morgen) van dit leen, dochter Agnes met de helft van 4 morgen, Zweder baastaard van Bloemesteyn 3 morgen; 14..: Katharina na haar vader; 14..: Machteld na haar zuster; 1423-07-27: Machteld; 1453-12-27: Willem Govertsz voor zijn moeder Machteld van Bloemesteyn
Alkemade, van | 1545-04-17
R.A.H. Coll Aanw 517 fol 155v, 157/Leenboek Egmond D
Achternamenindex
compareerde in de Griffie van de Hove van Holland Hillegont van Alckemade, vrouwe tot Benthuysen, weduwe van heer Cornelis Cruesinck, ridder, in zijn leven houtvester van Holland, en machtigt haar zwager jhr Roelof van Dongen om namens haar haar leen te ontvangen, 4 percelen gelegen in den ambacht van Oestgeest, haar aanbestorven bij dode van haar zuster juffr. Margriete van Alcmade, die deze lenen te houden placht van de Kon. Maj. als grave van Hollant, den here van Nassau, den grave van Egmond en den here van Warmond, waarvan de andere helft gehouden wordt door de prins van Oranje als heer van der Lecke en Breda; 1545-04-20: Lamoraal graaf van Egmond beleent haar met 2 morgen land in het ambacht van Oistgeest, tot een recht erfleen, binnen aftersusterkind niet te versterven, zoals haar voorzaten. Haar zwager Roelof van Dongen doet hulde, eed en manschap
1545-04-20: getuigen, mr Pieter Jansz van Rotterdam, Aernout Cobel, leenmannen van Holland