Tol, van den | 1282-11<

De Fremery no 228

Achternamenindex

lenen ten tijde van Floris V: no 4) leen van heer Florens van der Tolle: al die scouwinghe van Tedingherbroeke tot 10 sc, en in heer Ghisebrechts land 17£ waardland [buitendijks]; no 120) Jacob en Arnoud, de twee stiefzoons van heer Florens van der Tolne, houden in leen 4 morgen en een huis daarop [Voorburg ?]

Arkel, van | 1344-12-12

Cartul Marienweerd no 538

Achternamenindex

Mabely vrouwe van Buren en Bosinchem oorkondt dat Jacob Creinsken Henricssen, Rolof, Egbrecht en Lambrecht, Bieen zonen tbv de abdij Marienweerd afstand doen van al hun aanspraken op zekere landen in Tricht "in onzen lande" o.a. (8) een hofstad tussen Gerard Roelofsz en de heer van Arkel (9) een hofstad, buitendijks tussen Alaert Walraven en de heer van Arkel

Blochoven, van | 1410~

Leenregister Culemborg fol 4

Achternamenindex

leenregister Culemborg: - Gerijt Hamer 5 ½ morgen land tot Honswijc in het gerecht Culemborg, belend boven: Jan van Blochoven, beneden: Willem Dircsz; - Huge Hamer 3 morgen tot Honswijk, belend boven: Jan Geryt Jansz.z. met land van jvr Lysbeth van Blockhoven, van de Mijddelwech aan den dyck toe en buitendijks die paepliche provende en de kerk van Tulle, beneden: Gerijt Hol

Cock, de | 1424-07-26

Reg Rotterdam en Schieland no 2196

Achternamenindex

de Cock van Rubroek: hertog Johan verklaart als heer van Arkel in erfleen gegeven te hebben aan Lysbet Huge Jan Kocs dochter de helft van een huis en hofstede binnen Rotterdam op de Middeldamme buitendijks, belend oost: Jacob Lewe, west: Aernt van Ryede en Jan Herpersz, haar aanbestorven van Huge Jan Kocsz, gewoonlijk geheten Huge Dircsoen, haar vader

Slijck, van | 1443-02-08

Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 140v

Achternamenindex

leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Splinter Egbertsz van der Slijck draagt op de tiende op Emenesse, buitendijks, noordwaarts aan de Eem. "Vervolgens worden Aernt van Ameronghen en Peter van Hamersveldt die hij [wie is deze "hij"? , de tekst is letterlijk overgenomen] heeft bij Splintersdochter van Everdinghen" ieder voor de helft met deze tiende beleend

mannen: Jan van Clarenborch, Willem Aerntsz

Beest, van | 1342-10-01 (1341)

Cartul Marienweerd no 515, 522

Achternamenindex

Jan Groot Rijcwijnsz [van Beesde] en Hubrecht Meusz, schepenen in Beesde, oorkonden dat Gerrit Gysbrandsz en Willem van Haren aan Goswijn Meusz opdragen: 1) 5 morgen 2 hont 29 scafte in Beesd an Erpwade, belend tussen St Pietersland en de gemene watering; 2) 1 ½ hont 4 ½ scaften in Beesd an Erpwade, buitendijks, belend: St Pietersland en de gemene watering (vgl 1343-03-01)

Beusichem, van | 1226-03

Brom Regest no 760; Sloet no 493

Achternamenindex

Otto, bisschop van Utrecht geeft aan het kapittel van St Jan te Utrecht de eigendom van de novale tienden van de landen die buitendijks binnen de parochie van Beusichem zullen aanwassen, nadat Steven ridder van Beusichem van zijn recht daarop afstand had gedaan en zulks met uitzondering van de tiende uit de waard voor Radinchem waarover partijen het niet eens zijn geworden

Mathenesse, van | 1372-01-14

Reg Rotterdam en Schieland no 956

Achternamenindex

Danel van Matenesse, ridder verklaart, nadat zijn neef Simon Philipsz van Matenesse hem had opgedragen 2 morgen land in het ambacht van Matenesse, buitendijks in een kamp land van 3 morgen geheten het Vrije land, belend oost: Heijnrick Eggebrechtsz en west: Ghysbrecht Gheerlofs, strekkende van de oude dijk tot aan de nieuwe dijk, dit land in erfleen gegeven te hebben aan Simon

Haren, van | 1342-10-01

Cartul Marienweerd no 515, 522

Achternamenindex

Jan Groot Rijcwijnsz [van Beesde] en Hubrecht Meusz, schepenen in Beesde, oorkonden dat Gerrit Gysbrandsz en Willem van Haren aan Goswijn Meusz opdragen: 1) 5 morgen 2 hont 29 scafte in Beesd an Erpwade, belend tussen St Pietersland en de gemene watering; 2) 1 ½ hont 4 ½ scaften in Beesd an Erpwade, buitendijks, belend: St Pietersland en de gemene watering (vgl 1343-03-01)

Dalem, van | 1369-06-30

R.A.H. Coll Aanw 92 fol 63v

Achternamenindex

Machteld vrouwe van Voorne oorkondt dat jvr Lysebet 's Grooten zuster was en haar zoons Broes en Jan haar hebben opgedragen tbv Ghisebrecht de Grote Bruijstiaensz 8 morgen land en een hofstad in het gerecht van Beesd, die Ghisebrecht die Grote van haar te leen hield, waarvan 2 morgen gelegen zijn buitendijks naast Gheenencamp, tussen s hertogen dijcke en Ghisebrecht van Dalen