1569-03-21 (1568) |

R.A.H. Coll Aanw 518 fol 15/Egmond G

Jaartallenindex

koning Philips oorkondt dat Crijn [Trijn ?] Willems hem opdroeg tbv Luytgen Willemsz: 1) 2 morgen in het gerecht van Mynden in de hofstad van Rutenbergh, streckende van de Vecht tot aan de oude Drecht toe, belend zuid: de erfgenamen van Cornelis Symonsz, noord: de erfgenamen van Wouter van Mynden, te houden van de graven van Holland als heren van Langerak, 2) de voors. 2 morgen met de woninge gelegen in den ambacht van Mynden en in Gysbrechts gerecht van Langerak, leen van Egmond. Opschrift: Tryn Willemsz

mr Cornelis Oem, Pieter Herweijer, Jan Beuckevoort, leenmannen

1569-03-21 |

Inv Arch Delftse Statenkloosters no 43 p 445 regest 234/Klooster St Anna Delft

Jaartallenindex

de 6 grote steden van Holland oorkonden dat zij aan het St Annaklooster te Delft hebben verkocht een rente van 25 £ Vls sjaars, losbaar den penning 16, voor 400 £

1569-03-23 |

Nieuwe Inv Huisarch Almelo regest 84

Jaartallenindex

Goddarth van Raesfeldt, domscholaster te Munster en proost van het convent van St Mauritius, bekent Agnes van Westerholt, weduwe van Hinrick vann Rechteren, heren zu Almelo, met het erve en goed Nortwick, gelegen in het kerspel van Almelo en in het Stift van Utrecht, beleend te hebben. Waartegenover Agnes van Westerholt jaalrijks op St Martin aan de leenheer en de kerkelijke kelner een goudgulden zal betalen

1569-03-27 (1568) |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Kennemerland fol 41, 42, 42v

Jaartallenindex

koning Philips beleent Jan Jansz Teedincz, zoon van Jan Pietersz Berckhoudt, van Hoorn, na dode en makinge van zijn moeder Cornelia Jan Tedincxzdochter, met: 1) ⅓ deel van een huys en hofstad, met een weer daer die hofstede inne leecht, groot 4 ½ gars, ende die werf gelegen aen die westzijde van de hofstede, streckende tusschen der Wysende ende den Zwaechdyck, dat op de Woude belegen plagen te hebben, oost: Frederick Volckertsz en zijn zoon Folckert, west: Frederick Teedincxz, buyten Goude streckende aen den Zwaechdyck ende belegen plagen te hebben oost: Jacob die Hooge en Ofolkert zyn zwager, west: Vrederick Tetenz. Al gelegen in die banne van Westwoud; 2) twee stucken lands geheten "die Hofvennen", gelegen achter Monickendam ende belegen plagen te wesen noord: Agniese Jacob Melisz weduwe met haar kinderen, zuid: Thyman Lutgersz, west: Ide Willem Melisz weduwe met haar kinderen, oost: an die graft van der stede. Ende is groot 4 deymt. Eodem die: zijn twee zusters Niese en Hillegont worden ook elk met ⅓ deel beleend. Daar hij onmondig is, doet zijn vader Jan Pietersz Berchout de eed. In margine: op 1581-01-28 heeft Jan Jansz Teedincxz alias Berckhout zelf de eed gedaan (vgl 1564-08-19)

mr Cornelis Oem, Pieter Herweijer, Jan van Doesborch, leenmannen

1569-04-02 (1568) |

Kroniek Hist Gen jg 1852 p 285/Arch Mathenesse

Jaartallenindex

sententie peremptoir van het Hof van Holland in de zaak tusschen Johan van Matenesse ter eener-, en Jan van der Does, ambachtsheer van Noordwijk en Adriaan van der Does voor zich en zijn vrouw Maria van Borselen, dochter van Elizabeth van der Does, broeders- en zusters kinderen en erfgenamen van Warnaert van der Does ter andere zijde

1569-04-06 |

R.A.H. Coll Aanw 137 Caput Z.H. fol 74v

Jaartallenindex

koning Philips beleent Mathys van Alckemade alias van Berry na dode van zijn vader Jacob van Alckemade genoemd van Berrij, met de ambachtsheerlycheyt ende ambachtsgevolge als malerye, visscherye, vogelrijen, jaerschooten, veeren etc. volgende van den nieuwen aenwassen, uytgorssen, slijcken, rietbroucken, gelegen bij Strijen, genoempt Numansgorssen, streckende van de Westmaze aen den diepe van Stryemonde langes den Group w.w. tot Cormstrijen toe, zuytwaerts tot Wyenekeen, oostwaerts tot t nyeuwelandt van Esse. Te houden tot een onversterfelijk erfleen, gelyk en in alre manieren ende tot zulken laste van erfpacht ende andersins als zijn vader Jacob van Alckemade die van ons gehouden heeft navolgende die brieven van erfpacht. Hulde doet voor hem zijn oom mr Jan t'Elshoudt, advocaat voor het Hof in Holland. Brief van procuratie 1568-11-09

mr Cornelis Oem, Anthonis Hoffslach, leenmannen

1569-04-13 |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Sticht, Gelre etc fol 51v, 52

Jaartallenindex

koning Philips beleent Cornelis Woutersz na dode van zijn moeder Haze Heijnricsdochter met: 1) een huijs en hofstad tot Beesde achter der straten, 2) 6 morgen lands geheten "Fredericks acker", oost: die hertog van Gelre, west; Staes Quirynsz, streckende van der Gemerstege tot des Hartigen dyck toe, 3) 2 morgen geheten Breuckoms kampen, gelegen buitendijks, zuid: Otto van Lexwaerde, noord: de dyck, oost: Otto voors. Te houden als leen van Voorne. Ende mit dat waenverzuym hierinne gepleecht, heeft ons de voors. Cornelis Woutersz betaelt de helft van de hofrechten en heergewaden van de voors. leenen. Eodem die draagt Cornelis Woutersz dit leen op tbv Anthoenis Willemsz, wonende tot Beesde, die er vervolgens mede beleend wordt

mr Cornelis Oem, Cornelis Weylandt, Pieter Herweijer, Jan Beuckevoort, leenmannen

1569-04-15 |

P.N. van Doorninck: Inv Charters van der Does regest 84/Mathenesse, Lecke

Jaartallenindex

koning Philips beleent als heer van der Lecke en Polanen Agatha van Alckemade, vrouwe van Opmeer met ¼ van 12 morgen land met de timmering daarop staande, die Willem van Oisterzele plachten toe te behoren, gelegen in den ambacht van Bleskensgraaf, haar aangekomen volgens zekere transactie gemaakt omtrent de goederen van haar neef Abel van Coelster met diens weduwe Hadewich van Brecht, vrouwe van Groesbeecke. Haar schoonzoon Jan van Mathenesse doet als haar gemachtigde de eed

mr Cornelis Oem, Pieter Herweijer, Jan Beuckenort, leenmannen

1569-04-15 |

R.A.H. Coll Aanw 137 Caput Z.H. fol 68

Jaartallenindex

jhr Niclaes van Vladeracken, zoon van heer Gerrit van Vladeracken, ridder, ende heere als hij leefde tot Geffen, ende jhr Heynrick van Brederode als man ende momber van jouffr. Margriet, dochter van heer Gerryt van Vladeracken, zo voor zich zelf als mede uit naam van hun broer jhr Janne van Vladeracken, overmits zyne nootelicke absentie, ratificeren ende approberen alzulke eed ende huldinge als Willem Pietersz de Haen als hun gemachtigde bij verheffing van zekere lenen gelegen in den ambacht van Capelle, en hen aangekomen bij dode van jvr Cornelia van Bochoven, gedevolveert en verstorven zyn op 1566-09-11. Notaris Hendrik Beukentop, inwoner van 's Hertogenbosch, certificeert de echtheid van de handtekeningen op 17 april d.a.v.

1569-04-23 |

R.A.H. Coll Aanw 138 Caput Zeeland fol 87

Jaartallenindex

schepenen in Sommelsdyck gelegen in Zeeland oorkonden dat heer Carel van Bourgondië heer van Sommelsdyck, St Annenlandt, Vienwaelende Vuerse, Zegwaert en Zevenhuizen, ende heeft vercocht en opgedragen zijn broeder heer Jan van Bourgonigien, here van Froijmont, Janop, Sambre etc tbv vrouwe Loyse van Croij, vrouwe douagiere van der Vere, zyn gesellinnne, een erfelijk losrente van 300£ Vls sjaars, losbaar met 4800£, gevestigd op Sommelsdyck en oick op alsulcke 50 morgen lands als hij en vrouwe Johanna van Cuylenburch liggende hebben in Beyerlant eensamelyck, op zijn heerlyckheyt ende incomsten van Vienwalene in het land van Loon gelegen. De heer van Sommelsdyck geeft volmacht aan mr Gillis Reijnsz, Mattheus van Steynemolen en Marius de Florens, procureurs voor de Grote Raad in Mechelen, om deze vestiging van rente voor de grote Raad te bevestigen. Ende alsoe Cornelis Aerntsz Berckel voorn. noch ter tijdt geen segel en gebruickt, hebbe ick Jan Cornelisz Coman deur bede van de voorn. Berckel mijn segel hier onder aen gehangen. In Margine: mr Cornelis van Ruijck, advocaat voor het Hof van Holland, als gemachtigde van de heer Herman de Bairgonge heeft de afgeloste rentebrief vertoond, 21 februari 1512 [1612], get. E. Gool 1612 (vgl 1569-05-02)

Jan Jansz de oude, Adriaen Gysbrechtsz en Cornelis Arentsz Berckel, schepenen