10 resultaten

1482-03-18 |

Bissch Arch Haarlem/Cartul Klooster in den Hem Schoonhoven Inv no 119 II fol 154v
Jaartallenindex

schepenen in Gornichem oorkonden dat broeder Herman Maech, priester, en prior van den convente der regulieren op die Donck in Alblasserwaert, opdroeg broeder Henrick Aelbrechtsz, prior der Regulieren tot Sint Michielsberghe buten Scoenhoven den doorgestoken brief (vgl 1476-08-18)

Henric Volkijer Jansz en Aryaen Aryaensz, schepenen

1423-04-24 |

R.A.H. Coll Aanw 77 fol 124v/Memoriale Ducis Johannis fol 80, 81 (los ingestoken)
Jaartallenindex

heemraden in Alblasserwaert: dese wert t Saterdages 24 April geschreven dat sij op Dinsdages dairnaistcomende bij minen heer Tordrecht comen souden om met hem te spreken van slants oirbaer, ende daertoe was hun alle goet geleide gegeven voirt en weder. Sonder argelist

1503-05-11 |

R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten fol 114v
Jaartallenindex

Philips beleent Heerman Gijsbrechtsz met 10 ½ morgen land gelegen in Alblasserwaert in Moelnersgrave, gemengder vuer en gemengder aerde met Tort [!] Vastraetsz erfgenamen, oost: des priesters land van Mullnersgraver kerck, west: van outs Muelners lant. Leen van Arkel. Tot een onversterfelijk erfleen. Heergewade: een Vrancr schilt (vgl 1505-08-08)

Tielman van Dullecum, cleene Jan Bruyn, leenmannen

1449-12-10 |

R.A.H. Coll Aanw 465 fol 34v/Leenregister Brederode fol 19v
Jaartallenindex

item dat huijs tot Craijensteyn mit een hoeve lants daaraen gelegen, en dat ambacht van Sliedrecht gelegen in Alblasserwaert als hierboven voorscreven staet, heeft Aelbert van Naeldwijc ons opgedragen en dat hebben wij wederom beleent Adriaen van Naeldwijc, sinen soen. Ende dat hebben Henric en Jacob van Naeldwyc, zijne brueder, belieft (vgl 1447-04-12)

mannen: her Ghisbert van Vyanen van Heemskerc heer tot Nordelose, her Ghisbert van Vyanen van Risenborch, Hoekelom

1532-01-19 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Z.H. fol 106
Jaartallenindex

Karel beleent Elisabeth Woutersdochter na dode van haar broeder mr Arent Woutersz, priester, met 10 ½ morgen lands gelegen in Alblasserwaert in Molenaersgrave, gemengde veure en aerde mette wederhelft met Willem Aertsz, die selve geheel gebruyct, oost: spriesters van Molenaersgraver kerck, west: outs [!] Molenaers lant. Leen van Arkel, tot een onversterfelijk erfleen. Haar man Joost Hendricxz doet de eed

Jacob Coppier, onse heemraad van Rijnland, Cornelis Barthout Jansz, leenmannen

1476-08-18 |

Bissch Arch Haarlem/Cartul Klooster in den Hem Schoonhoven Inv no 119 II fol 154v
Jaartallenindex

schepenen in Gorinchem oorkonden dat Jan Dircsz, Jan Jansz, Rutger Jansz ende Adriaen Jansz opdroegen here Herman Maech, priester ende prior van den convent op die Donck in Alblasserwaert, 5 gouden overl. Rynse gulden sjaers, erfelic ende ewelic op 10 morgen lands gelegen in Lang Nylant, belend an d'een side: Wilm Dircz c.s, an d'ander side: Cornelis Woutersz c.s, streckende van den Lierbroecschen Vlijet totten Kedichemscher afterdijk toe. Losbaar den penninc 14 (vgl 1482-03-18)

Anthonis Gherytsz en Jan Hermansz, schepenen

1457-03-17 (1456) |

A.R.A. Leenkamer 323 opgeplakt op fol 58/Reg E.L. 9
Jaartallenindex

hertog Philips oorkondt dat voor stadhouder en leenmannen Florijs van Kyfhoeck en Goidscalck Oem van Wyngaerden hem opgedragen hebben de ambachtsheerlijkheden van de dorpen van Strevelant, van Leckerlant, van Brandwijck, van Ghibelant ende van Blaskynsgrave, mitten tienden, veeren, visscherijen, erven, renten en anders allen haren toebehoren gelyck Florys van Kyfhoeck, des voirn. Florys vader ende die voirn. Godschalc in t jaer 1440 l.l. als dycgraven van Alblasserwaert mit den dyckrechte voir haer vrije eygen goede bij wijsinge ende vonnisse van de dyckheemraden gewonnen hebben, ende die men van ons eer sij mitten dycrechte verloren waren, te houden placht. Vervolgens beleent de hertog Floris en Godscalc elk met de rechte helft van deze heerlijkheden, tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden elc mit enen roden havick of enen gouden Vrancr scilt daervoor

mannen: heer Lodewyc van Treslong, Jacob van Cats, Gheryt van Assendelf, mr Lodewijck van der Eycke, mr Anthonys Michiels, mr Heyndrick van der Meije, Jan Ruychrock, Claes die Vriese, rentmeester generaal van Holland

1447-04-12 |

R.A.H. Coll Aanw 465 fol 33v, 34v/Leenregister Brederode fol 19v
Jaartallenindex

Reynalt heer tot Brederode beleent Aelbert van Naelwijc (!), onsen neve, met dat huijs tot Crayesteijn met een hoeve lants daeran gelegen an die oestsijde, ende hiertoe dat ambacht van Slydrecht daerover gelegen in Alleblasserweert, te houden tot een onversterfelijk erfleen, na dode van onsen neve Aelbert te komen op sinen soen Henric, also ver als hi dan in levenden live is ende op sinen kinderne die hij van wittachtiger geboert after liet. Sterft Henric kinderloos dan zal dit leen komen op zijn jongere broeder Jacob. Sterft deze kinderloos dan komt het op zijn wettige leenvolger; 1449-12-10: item dat huijs tot Craijensteijn mit een hoeve lands daaran gelegen en dat ambacht van Sliedrecht gelegen in Alblasserwaert als hierboven voirschreven staet, heeft Aelbert van Naeldwyc ons opgedragen en dat hebben wij wederom beleent sinen soen Adriaen van Naeldwyc, ende dat hebben Henrick ende sijne bueder Jacob van Naeldwyck belieft

mannen: Ghysbrecht brueder tot Brederode, Ghijsbert van Bloemendael, Hubert van Laer; 1449-12-10: her Ghisbert van Vyanen van Heemskerc heer tot Noordelose, her Ghisbert van Vyanen van Risenborch, Hoekelom

1462-03-26 (1461) (4) |

A.R.A. Leenkamer 323 fol 56, 56v/R.A.H. Coll Aanw 93 achterin
Jaartallenindex

(vervolg) item Jacob Gherytsz heeft getoont in de voors. Rekencamer opten dach als boven enen verlyebrief van Henric Burchgrave van Montfoirde van 1450-05-02, daermede him verlijet is te houden tot enen onversterfelijken leen die helft van eenre tiende gheleghen in den gerecht van Streevenkerck, belend boven: Henric Arentszoons erve, ende beneden: Willem van Mijnen. Ende dander helft van denselven tiende is verlyet den voorn. Joest Gherijtsz, des voorn. Jacob Gherytszoons broeder bij des voirs. ...... van Montoirde van de date als boven, te houden als boven. Voirt zo hebben die voirn. Jacob ende Joost Gherytsz getoend van den voirs. geheelen tiende veel oude brieve van Vrou Lutgeer van Wulvenhorst die dese tiende toe te behoren plagen ende aen den voirs. jonkhere van Montforde daerof gecomen sijn, den alder oudsten brief van dien gegeven des Dinsdages na H. Sacramentsdach MCCCLXVII. In margine: Denwelcken tienden h[un] oud[ers] alsoe het niet en sijn die tiende die de graeflicheijt aen roeren ontslagen syn in placcaeten van de Rekenkamer opten 26e dach van Merte anno 1461 sec. Curs. Curiae Holl. Want dese tienden liggen in Alblasserwaert aen ene side van der Lecke, streckende tot Dordrecht waert. Ende dat tiende van den Tureken (of Turcken ?) die mynen voirs. genad. here toebehoren soude liggen aen d'ander syde in Crymperwaert in t bedryf van de rentmr van Scoenhoven diewelcke tienden gebruycken die heren van Utrecht

1491-05-14 |

R.A.H. Coll Aanw 108 Caput Arkel fol 85v/Reg Max. Philips fol 27, Caput Heusden no 1,2,3 en 4
Jaartallenindex

koning Max. en Philips beleenen Willem van Mairle Meedairtsz met de leenen hem aangekomen bij doode van zijn vader Meedairt van Mairle, te houden van hen als heeren van Arkel; 1) heerlijkheid en dorp geheeten Ottenlant in Alblasserwaert met hoge en lage gerechten met die helft van der thyns, thienden, excysen en toebehooren tot een onversterfelijk erfleen, behoudens jvr Lysbeth van der Air weduwe van de voirs. Willem Medairt haer douarie daaraan, naar uitwyzen van de andere brieve in dato 1489-09-13; 2) ⅔ deel van eenre tiende gelegen in Schimmenoirde streckende van der Staden tot Twisschelt toe, sonder thijns en met 6 roeden dijcs gelegen an der Lingen, dairt blockhuys plach te staene, tusschen den dijck des lants van Dalem ende Dierick Roulofsz, met 2 paer oude swanen te houden in der heerlijkheid van Dalem totter voirs tiende, tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een stoop Rijnwijn of de waarde daarvan; 3) een huysinge ende erve mit sijnen annexie ende toebehoiren als Medairt voirs. hadde staende tot Gornichem, streckende oost ende west van der Haven recht uyt tot die stadt erve achter die muyren tot tusschen Claes Tillemans, Wouter Aelbrechtsz en Martyn Janszoons erve gelegen aen die zuidzijde, Henrick die Zwarte, Coen van Zwolle, Adriaen Snoucken en Medairt van Mairle voirs. erfnamen aen die Noordzijde tot een recht erfleen, te verheergewaden met een pont goeds gelts; 4) die thiende gelegen in Dalem, onderdeelt met Heer Willem van Ysendorens erfgenamen, streckende van den hogen weg totten Spycxen lande toe, ende ¼ deel van der tiende in Dalem ende ⅓ deel van de tiende int oudelant in Dalem, tot een onversterfelijk erfleen. Teverheergewaden met een paar witte handschoenen

getuigen o.a. Floris van Wyfvliet