1541-09-21 |

R.A.H. Coll Aanw 121 Caput Z.H. fol 182v

Jaartallenindex

Antheunis Cornelisz wordt na dode van zijn vader mr Cornelis Antheunisz beleend met 6 morgen in Crimpen, streckende van de Ysseldijck tot aan de Merwede, te houden tot een recht leen. Daar Antheunis onmondig is, doet zijn oom Jan Antheunisz de eed voor hem

leenmannen: heer Gerrit heer tot Assendelft, Heemskerk etc, ridder, onse 1e Raad, heer Johan van Renesse, heer van Maingny, Malle, ridder, Cornelis Barthouts, Anthonne Lebucq

1543-10-27 |

R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 203, 204 (205 ?)

Jaartallenindex

Betsman Antheunisz wordt na dode van zijn vader Antheunis Bettez beleend met ⅓ deel van 5 lynen en ⅓ deel van ⅔ deel van een lyne in Stollaertsdyk en in de westtiende van Spyckenisse, leen van Putten. Daar Betzman onmondig is, doet Cornelis Jacobsz de leeneed [als hoedanig ?]. Op 1551-05-12 doet Betsman Antheunisz de eed in handen van heer Gerrit van Assendelft

leenmannen: Cornelis Barthouts, Jan van der Woort, Antonne Lebucq, , Nicolaes Barthouts; 1551: Cornelis Barthouts, Willem Jansz Schout

1534-02-18 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Z.H. fol 248v, 250

Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Pieter Jansz opdroeg tbv Jan Antheunisz, uyt Stolwyck, 9 morgen lands gelegen bij Bercoude in t nedereynde van Stolwijck. Met het verzoek om Jan Antheunisz hiermede te willen belenen. Op 1534-02-19 beleent Karel Jan Anthuenisz na opdracht door Pieter Jansz met 9 morgen lands gelegen bij Bercoude in het nedereynde van Stolwyk, oost: Wouter Pietersz, west: Dirc Dircsz, Neel Dircsz en Willem Dircsz

mr Arent Bouwensz, Jan Adriaensz, leenmannen, door gebreck ons zegels gebeden de eersame en wijse Adriaen Dircsz, schout van Stolwijck, deze brief voor ons te bezegelen; 1534-02-19: Cornelis Barthout Jansz, Willem Pietersz Criep, Jan Adriaensz, leenmannen

1544-04-18 |

R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 237

Jaartallenindex

Andries Antheunisz Paadtse droeg op tbv Antheunis Claesz van Spyckenisse, een houcke meetken met zijn toebehoren, gelegen in Brabant in het land van Putten. Vervolgens wordt Antheunis Claesz hiermede beleend tot een recht onversterfelijk erfleen

present: mr Antheunis Herweyer, doctor in de medicynen, Adriaen van Lanelle, Anthonne Lebucq

notaris | 1557-10-12

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl VI dossier 523/5, dossier 580

Achternamenindex

notaris te Delft: Hendrik Anthonisz Meerhoudt; idem: 1560-03-02 (1559): akte van Henrick Antheunisz van Meerhoudt, notaris te Delft, houdende attestatie van schout en gezworenen van Hoogeveen betreffende het op 1540-01-20 door hen tbv Jan van Uytrecht gewezen vonnis (1555-08-15, 1564-08-26, 1541-1566 (proces)

1538-10-14 |

R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Zeeland fol 61v

Jaartallenindex

Karel beleent Antheunis Jacobsz Muijs na dode van zijn vader Jacob Antheunisz Muys met enen middeldyck gelegen tussen den nieuwen westerschen dyck ende den Zuyderlande, in de ban van Rugge in onsen lande van Voorne. Leen van Voorne, tot een recht erfleen, niet te versterven

mr Cornelis Morsch, Cornelis Barthouts, Willem Criep, Anthonne Lebucq, leenmannen

1530-04-21 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Arkel, Putten fol 47

Jaartallenindex

Karel beleent Andries Antheunisz Paetse, na dode van zijn vader Antheunis Jacob Paetse met een houck meetken met synen toebehoren, gelegen in Brabandt, in onsen lande van Putten, Te houden tot een recht onversterfelijk erfleen. Daar hij minderjarig is, doet Claes Claesz, baljuw van Warmond, de eed voor hem

Vincent Dammas, auditeur v.d. rekenkamer, mr Marcelis van Zegerscapelle, Anthonie le Bucq, Simon van der Does, leenmannen

1537-06-09 |

R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 11

Jaartallenindex

Karel beleent Meije Antheunisz na dode van zijn broeder Theunis Florisz met ½ van 4 ½ morgen lands, gelegen in die Langeslagen ende Corte slagen [waar ?], oost: Herdeyn d'oude, west: de H. Geest binnen Gorcum ende Gysbert Oertszoons erfgenamen, streckende van Papersgat tot Antheunis Bartelmeusz lant toe. Leen van Arkel tot een erfleen

mr Joost Sasbout, Raad ordinaris in de Camer van onsen Rade, Jacob de Jonge, here tot Baerdwijk, Raad en meester v.d. camer v.d. rekeninge, Cornelis Barthout Jansz, leenmannen

1537-10-17 |

R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Zeeland fol 31v, 33

Jaartallenindex

Karel beleent Marinus Marinusz na dode van zijn grote vader Symon Antheunisz met: 1) 1/36e deel in de heerlijkheid van Vosmaer in onsen lande van Zeeland, met renten, thienden, visserien, vogelrien, dyckettingen, uytgorssen, aenwassen etc, uitgenomen de tienden van Oude Vosmaer; 2) ¼ van 5 houcken tienden mitter rapinge bij den hoop, in St Joostenland en polre binnen onsen lande van der Tholen, te weten: a) de houck achter Watervliet, b) de houck achter Bouwen Piersz, c) de houck van de Oostwelge, d) de houck van de Westwelge, e) de houck achter Huge Eewoutsz, ende die rapinge daartoe behorende; 3) ½ van een blocktiende, gelegen in onsen lande van der Tholen, ende is geheten het Oosteinde van Doorloo, groot 6 morgen of daaromtrent. Tot onversterfelijke erflenen. Daar Marinus nog onmondig is, heeft Jan Cornelisz Zytwint, een van de testamenteurs van Simon Antheunisz de eed gedaan. Op 1543-06-09 heeft Marinus Marinusz zelf de eed gedaan

Cornelis Barthouts, Willem Pietersz Criep, Anthonne Lebucq, leenmannen; 1543-06-09: dezelfden en Nicolaes Barthouts

1541-08-23 |

R.A.H. Coll Aanw 123 Caput Zeeland fol 121v

Jaartallenindex

Heindrick Antheunisz wordt na dode van zijn vader Anthonis Heindrick Govertsz beleend met ½ van 18 gemeten tienden en 16 gemeten vrij vroonland, gelegen in Naters in en omtrent onsen lande van Voorne, mit alsulcken recht als wijlen Willem Claesz en Bertelmeus Pancrasz die hier voortyts vercregen hebben gehad van Ghysbert van Ysselsteyn in den jare 1450. Leen van Voorne, tot een onversterfelijk erfleen. Zijn neef Adriaen Davidsz doet hulde

leenmannen: Cornelis Barthouds, Jan Gans