1452-06-17 |

Arch Leeuwenhorst Inv no 69 regest 461/Cartul fol 82

Jaartallenindex

schepenen in Leiden oorkonden dat Jonkvrouw Geertruut Jan Heynricszoons weduwe aan Willem Berthoen, rentmeester van der Leede, een brief overdraagt waardoor deze gestoken is (regest 367)

Gheryt Rijswijc en Paidse Pietersz, schepenen

Meer, van der | 1276-11

v.d. Bergh II no 324

Achternamenindex

Wilhelmus dictus Berthoen de Mere o.a. is arbiter in het geschil tussen de burgers van Antwerpen en enige ridders

1460-06-12 |

Bronnen Gesch Abdij Rijnsburg regest 848

Jaartallenindex

Huyghe Jansz verkoopt aan zijn neef Cornelis Willemsz 1 g.g. Vrancr croon, die Huyghe's moeder had staan op een huis en 4 hond land in het ambacht van Voirhout. Bij wanbetaling te verhalen op zijn huis en land te Catwyck. Met zegel van zijn oom Willem Berthoen, rentmeester van de abdij ter Lee

1481-12-21 |

Bibl Seminarie Warmond bergnr 0063

Jaartallenindex

Agnese van Noortich en van der Buechorst, abdis, Staes van Brakel, priorisse en het convent van Lewenhorst maken bekend dat zij door de Raad van den graaf van Oestenrike, van Bourgognen etc in den Haag gedagvaard waren ter zake van Ewout Willem Berthoen, weleer rentmeester van de kloostergoederen, en dat zij geweigerd hadden aan die dagvaarding gehoor te geven, op grond van hun aloud exemplierecht. Tevens verklaren zij aan hun pachters en huurders, dat dezen geen betalingen mogen doen aan genoemde Ewout, of zijn broeder Jan Duyker of aan Dirck van Delff

Valkenisse, van | 1276-11

v.d. Bergh II no 324

Achternamenindex

verdrag over de tol op de Hont of Westerschelde: geschil tussen de burgers van Antwerpen enerzijds en o.a. Witto et Arnoldus de Valkenesse, Nycolaus de Stapple, Johannis filius Kemponis de thelones sive conductu de Valkenisse,, over de tol in de Hont anderzijds, worden als arbiters aangewezen: Zimarus junior, Nicolaus de Winenghem scabini de Antwerpen, Wilhelmus Berthoen de Mere, Arnoldus de Valkenisse

Beelaert | 1276-11

v.d. Bergh II no 324

Achternamenindex

verdrag over de tol op de Hont of Westerschelde: in het geschil tussen de burgers van Antwerpen enerzijds en Arnoldus de Lovanio dominus terrae de Breda, Arnoldus Belairt, Petrus Belairt, Dankardus Scillart, Gilbertus de Rieland, Wilhelmus filius Bettonis de thelones sive conductu de Rilland, Witto et Arnoldus de Valkenesse, Nycolaus de Stapple, Johannis filius Kemponis de thelones sive conductu de Valkenisse, Hugo dictus Kempo filius Anthonii, Betto filius Henrici dicti Priester de Inclinort, Constantinus de Damme de theloneo sive conductu de Agger, over de tol in de Hont anderzijds, worden als arbiters aangewezen: Zimarus junior, Nicolaus de Winenghem scabini de Antwerpen, Wilhelmus Berthoen de Mere, Arnoldus de Valkenisse

zegels: Petrus de Scoude, Egidii de Businghem, Sigerii de Ramslo

Beusichem, van | 1276-11

v.d. Bergh II no 324

Achternamenindex

verdrag over de tol op de Hont of Westerschelde: in het geschil tussen de burgers van Antwerpen enerzijds en Arnoldus de Lovanio dominus terrae de Breda, Arnoldus Belairt, Petrus Belairt, Danhardus Scillart, Gilbertus de Rieland, Wilhelmus filius Bettonis de thelones sive conductu de Rieland, Witto et Arnoldus de Valkenesse, Nycolaus de Stapple, Johannis filius Kemponis de thelones sive conductu de Valkenisse, Hugo dictus Kempo filius Anthonii, Betto filius Henrici dicti Priester de Inclinort, Constantinus de Damme de theloneo sive conductu de Agger, over de tol in de Hont anderzijds, worden als arbiters aangewezen: Zimarus junior, Nicolaus de Winenghem scabini de Antwerpen, Wilhelmus Berthoen de Mere, Arnoldus de Valkenisse

zegels: Petrus de Scoude, Egidii de Businghem, Sigerii de Ramslo

Brabant

Damme, van | 1276-11

v.d. Bergh II no 324

Achternamenindex

verdrag over de tol op de Hont of Westerschelde: in het geschil tussen de burgers van Antwerpen enerzijds en Arnoldus de Lovanio dominus terrae de Breda, Arnoldus Belairt, Petrus Belairt, Danhardus Scillart, Gilbertus de Rieland, Wilhelmus filius Bettonis de thelones sive conductu de Rilland, Witto et Arnoldus de Valkenesse, Nycolaus de Stapple, Johannis filius Kemponis de thelones sive conductu de Valkenisse, Hugo dictus Kempo filius Anthonii, Betto filius Henrici dicti Priester de Inclinort, Constantius de Damme de theloneo sive conductu de Agger, over de tol in de Hont anderzijds, worden als arbiters aangewezen: Zimarus junior, Nicolaus de Winenghem scabini de Antwerpen, Wilhelmus Berthoen de Mere, Arnoldus de Valkenisse

zegels: Petrus de Scoude, Egidii de Businghem, Sigerii de Ramslo

Kempe | 1276-11

v.d. Bergh II no 324

Achternamenindex

verdrag over de tol op de Hont of Westerschelde: in het geschil tussen de burgers van Antwerpen enerzijds en Arnoldus de Lovanio dominus terrae de Breda, Arnoldus Belart, Petrus Belart, Danhardus Scillart, Gilbertus de Rieland, Wilhelmus filius Bettonis de theloneo sive conductu de Rilland, Witto et Arnoldus de Valkenesse, Nycolaus de Stapple, Johannis filius Kemponis de thelones sive conductu de Valkenisse, Hugo dictus Kempo filius Anthonii, Betto filius Henrici dicti Priester de Inclinort [van Hinkelineoord], Constantinus de Damme de theloneo sive conductu de Agger, over de tol in de Hont anderzijds, worden als arbiters aangewezen: Zimarus junior, Nicolaus de Winenghem scabini de Antwerpen, Wilhelmus Berthoen de Mere, Arnoldus de Valkenisse

zegels: Petrus de Scoude, Egidii de Businghem, Sigerii de Ramslo

1447-11-19 (4) |

Arch Marquette no 942/Arch vanLimburg-Styrum

Jaartallenindex

(vervolg) Ende sel sal Jan van der Bouchorst hoerren alre vader alsulcke goede gebruijcken ende die renten ontfaen zijn leven lanck gelycken hij tot desen dage toe gedaen heeft. Ende des sel een yegelyck van zijn kinderen van den outsten bedde voors. alsulcke goeden gebruycken ende die renten ontfaen gelijcken hij hem bewijst heeft off uytreiket tot hoers vaders doet toe sonder die renten dan in te brengen off eenich bewijs off uytreyckinge daeroff te doen. Voorts so sullen hebben na dode Jans van der Bouchorst die Jouffrou van Noortikerhout off die men oock hiet Joufrou Lysbet van Alkemade voors. zijn geechte wijff mit hoeren kinderen, alsulcke goeden als Jan nu heeft off hiernamaels noch vercrijghen mach, te weten heerlicheden hoech ende lage na utwijsinge der brieven die hij daeroff heeft off hiernamals vercrijgen mach, leengoeden, eygelicken goede, lijfrenten, huysen, huysrade, cleynoten, gelden ende alle die ander goeden roerende ende onroerend hoe ende in wat manieren die genompt mogen wesen, utgeseyt ende gesondert die goeden ende lijfrenten der kinderen van den outsten bedde alst voors. staet. Gebroeders verklaren vervolgens over en weer met deze regeling tevreden te zijn en elkaar vertichtbrieven te zullen geven. Voorts soo hebben sij geconsenteert an beyden siden dat Jan van Noirtich hoer broeder sel gifter wesen na hoir vaders doet van der cappelrye in den gasthuys van der Nortich, daer nu ter tijt besitter of is Heer Maessen [?], priester. Gedaen in den dorpe van Noirtich in den huyse Jans v.d. Bouchorst . Met getuigen. Onder staat: ende ick Mathys Jansz van Delfft clerck onder die stat ende den bisdom van Utecht etc. Hij geeft twee afschriften een in het Duyts het ander in het Latijn. In dorso: Testamente van Heer Jan van der Bouchorst die oude, anno 1447 (17e eeuws afschrift)

getuigen: Heer Arent Danelsz, priester, Willem Berthoen, rentmeester van Lewenhorst, Jan Bol Jansz