13 resultaten
Hohensaxen, von | 1596
Batavia Illustrata bl 891
Achternamenindex
Hans Philip Baanderheer van Hohensaxen in Zwitserland, gouverneur van Gelder 1582, stierf 1596, doorstoken door zijn broederszoon, x 1593 te Utrecht Françoise van Brederode
1467-04-27 |
A.R.A. Leenkamer 39 Copie fol 129/Reg Charolais fol 63
Jaartallenindex
mr Anthonis Michielsz beleent q.q. Aerndt Willemsz met 4 morgen land in Oude Goudriaen, oost: Lem Boulinck, west: Dirk Willemsz [zyn broeder]. Leen van Arkel. Na zijn dood zal dit leen erven op Adriaen Dircksz, zyn broederszoon
Jan Dedell, Florys Gaell, leenmannen van Holland
Cralingen, van | 1378-01-26
Reg Rotterdam en Schieland no 1008
Achternamenindex
enige ambachtsheren zijn bereid hun ambacht in Riederwaard te bedijken: - de burggraaf van Leyden, Willem van Cronenburch: Cairnesse, oedsier van Cralingen, Boudyn van Roden en zijn broederszoon hun ambacht [Roon], de heer van oesterhout zijn ambacht [Ridderkerk], de heer van Putten
1477-12-13 |
R.A.H. Coll Aanw 106 Caput Vriesland fol 4v/Reg Maria Max. fol 2v
Jaartallenindex
hertog Maximiliaan beleent Jan Pietersz een huys ende een huijsweer leggende in den ambacht van Hem, tussen den Gawech ende die Weijmaerts, hem aanbestorven bij dode van zijn vader Pieter Jan Heddenzoon. Tot een recht erfleen. Na zijn dood te versterven op Geryt Florisz, zijns broederszoon
1499-10
folio 56 XLVII 1498-1501
Transportregister Haarlem
Wouter Dircsz als oom en voogd van Willem Pietersz, zijn broederszoon, daar hij bij wille en consent van coman Willem, zijn zwager en zuster man, voorloofde te waren, lijt dat Henric Gerijtsz tselve hun al voldaan en betaald heeft van de erfenis van Katrijn Pietersdochter, des kints moeder, die in haar leven desselven Henrics geechte wijf was
1455-12-20 |
R.A.H. Coll Aanw 516 A 94/Leenboek Egmond A fol 98
Jaartallenindex
Willem heer van Egmond geeft aan zijn neef Floris Jansz van Cranenbroeck ten vrijen eygen twee mergen lants min een veerdeel, gelegen in den ban van Wognum bij de oude Gou, streckende van de Goude an den Somerdijck, daer lendens van sijn zuid: Melis Claessen ende zijn zoon Ripprant, noord: Pieter Claes Dodenzoon, Jacob Broederszoon en Thomas Lambregtsz, die hij tevoren ten onversterfelijken erfleen gehouden heeft
1435-09-07 |
R.A.H. 516 B fol 50/Leenboek Egmond B fol 43
Jaartallenindex
Johan heer tot Egmond oorkondt dat onse neve Floris Jansen van Cranenbroeck hem heeft opgedragen den vrijen eigendom van 3 ½ morgen lands gelegen in den ban van Nibbixwoude ende is geheten het keweijde, daer lenden of sijn oost: jonge Jan Grietenz, west: Doeve Claes swager. Hij wordt er mede beleend tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een zeel witte winde. Item in deselve jare is Floris gekomen voor mijn Heer, en heeft hem opgedragen 2 morgen lands en ¼ deel van een morgen min uyt 4 morgen lands ende ¼ deel min luttel meer, gelegen in den ban van Woggenom bij de ouwe Gouwe, streckende van de Gouw an de Somerdijck, daer lenden af zijn zuid: Melis Claesz en sijn zoon Ripprant, noord: Pieter Claessen Dodenssen, Jacob Broederszoon en Thomas Lambertsen
mannen: Gerrit Pietersz, Jan Jacobsen present
1535-03-09 (1534) |
R.A.H. Coll Aanw 117 Caput N.H. fol 354
Jaartallenindex
tonen en geven ootmoedelyck te kennen Roelant van Heemstede, heer tot Otlant, en Jan van Alckemade als gemachtigden van heer Franchois van Heemstede volgens hun procuratie, gepasseerd onder het zegel der stede, volmacht ontvingen om te verkopen aan Roelant van Heemstede here tot Leisveld, zyns broederszoon, ongehijlict ende eenloopen synde ende geen kinderen hebbende in echten staat gewonnen, de ambachtsheerlijkheid van Arlenderveen, Outshoorne, die hoge-, middele- en lage jursidictie, ende de heerlijkheid an de vrije hoeven met alle toebehoren, liggende in Rielandt. Leen van Holland, recht en versterfelijk leen. Hetgeen aan supplianten niet toegestaan is zonder consent van Z. Maj. Zij verzoeken nu consent tot deze overdracht [zonder datum]. Onder staat dat "gemerckt dat heer Franchois van Heemstede beyde [!] ongehijlict zyn en geen getroude zoon hebben" keurt de rekenkamer dit goed op 1534-03-09, stilo curiae G. Renoy (vgl 1535-02-26, 1535-03-12)
1550-01-29 |
R.A.H. Coll Aanw 252 fol 298/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
request van Pieter Symonsz, als broeder, Allert Thaemsz, broederszoon, mitsgaders die andere vrunden en magen van Dirick Simonsz van Oostzanen, dat de voorn Dirck ongeveer een jaar geleden bevangen is van zekere frenesie, crancsinnicheyte ofte melancholie, dat hij altoes anxt ende bevreest was gevangen te werden, nemende oorsaecke uyt dien dat hij eertyts proces voor desen Hove gehad hadde tegens die kerkmeesters ofte weesenvoogden van Oostsanen. Op hun verzoek had de baljuw van Kennemerland hem een brief geschreven, dat hij van geen enkele breuk beticht werd. Op St Agnietendach j.l. had hij zich met een mes in de keel gekwetst. Zijn broeders dochter had erger weten te voorkomen. Terstond was hij daarna tot zijn verstand gekomen, had gebiecht en het heilig sacrament ontvangen. Zedert dien had hij zich redelyk gedragen en zijn verstand met mate gebruikt. Zij verzoeken nu echter toch verlof om als het weer mis zou gaan, hem in verzekerde bewaring te mogen stellen. Het Hof staat dit toe
1641-06-21
Not Arch Egmond Inv 788 akte no 172
Transportregister Egmond
testament van de eerbare Ariaen Pietersdochter, weduwe van Cornelis Gerritsz Louwen, buer tot Egmond op die Hoeve. Aan Pieter Jansz, haar overleden broederszoon, legateert zij 500 Kar gld. Aan Pieter Ariaensz die innocent is, wesende een zoon van Maritgen Theunisdochter, haar testatrices overleden broeders dochters zoon eveneens 500 gld. Aan Maritgen Adriaens, haar broeders dochter die bij haar woont, 300 Kar gld. Tot haar universele erfgenamen stelt zij de kinderen van: Ariaen Pietersz, van Aeffgen Pieters, huisvrouw van Clement Symonsz van Poelenburch, van Tonis Pietersz, van Dieuwertje Pietersdochter, van Pieter Pietersz en de kinderen van Anna Pietersdochter, haar overleden broers en zusters. Willende ende begerende dat het kind van wijlen Anna Thuenis, van Griet Thuenis, en het kind van wijlen haar broer Thuenis Pietersz, mede sullen sullen succideren en komen in de plaats van haar overleden moeder. Aldus gedaen ten huyze van de testatrice in presentie van de eerbare Joost Ariaensz Ryscamp, burgemeester, en Aelbert Jacobsz Walenburch