5 resultaten

1582-12-31

folio 235v
Transportregister Haarlem

burgemeesters etc van Haarlem verkopen Nicolaes de Leur, capiteyn, des voors. convents brouwerie, sulcx die nu achter tegens t convent es affgebroocken, alwaer hij dezelve jeghens het convent blint moet maekcen, met een erf aan de noordzijde dat hij op de roijinge moet bemuren ten minste 10 voeten hooch, jegens t convent houdende gemene heyninge mit Harman Cornelisz. Welck huijs en erve belent hebben oost: de Grote Houtstraet, west: t voors. convent, zuid: capiteyn Nicolaes de Leur, noord: Harman Cornelisz voors.

St Michielsconvent

1577-01-16

folio 166
Transportregister Haarlem

mr Maerten Bitter, universeel erfgenaam van wijlen Margriete Pouwelsdochter, weduwe en boedelhoudster van Ludolf Gysbrechtsz, verkoopt aan zyn nichte Guerte Willemsdochter ½ van een huysinge, erve en brouwerie, leggende over t Spaerne, aen d'een zide: de weduwe en erfgenamen van Gerrit Cornelisz Vlaschman, aen d'ander zide: de weduwe van Havick Pietersz, streckende voor van de Spaerne achter tot in de Dyckstrate. Mitsgaders ½ van schuren metten erven en thuyn besyden den anderen in de Dyckstrate voors, aen de een zyde: de weduwe en erfgenamen van Gerrit Cornelisz voorn, aen de ander zyde: de weduwe van Havick Pietersz, achter streckende aen de Vuyle Beeck. Belast met 43£ 15 scell sjaars. Koopsom 230 Kar gld

1578-11-13

folio 226
Transportregister Haarlem

Dirck Steffensz Soutman voor hem zelf en als bestorven voocht van zijn jonger broeder Claes Steffensz. Tesamen erfgenamen van hun vader Steffen Diricsz, brouwer, verkopen aan Romain Langedul, brouwer, twee huizen en erven en brouwerie, over de Spaerne, besyden malcanderen, an d'een side: Swarte Margrietenstege onder den huyse gaende, an d'ander side: Cornelia Cornelisdochter Havick Pietersz weduwe, achter streckende en vuytgaende in de Achterstrate. Met nog een huysken, schure en erve in deselve Achterstrate, aen d'een side: Willem Wiggersz van Paenderen, aen d'ander zyde: de voorn. erfgenamen, met de weduwe van Steffen Diricsz, streckende voorts mette brete van de twee huyskens erve beneffens t erve van Symon Ruijchavers erfgenamen aen de Vuyle Beecke. Belast met 13 sch sjaars op de twee huizen op t Spaerne. Koopsom 3000 Kar gld

1581-03-16

folio 104
Transportregister Haarlem

jhr Aernt van Duyvenvoorde als man en voocht van Guyrte Willemsdochter verkoopt zijn zwager Martijn Ruychaver Willemsz ½ van een huysinge, erve en brouwerie gelegen over t Spaerne, waarvan de wederhelft aan de voorn. Martyn toebehoort, aen d'een zide: die weduwe en erfgenamen van Gerrit Cornelisz Vlasman, aen d'ander zide: Havick Pietersz's weduwe, achter streckende voor van den Spaerne tot achter in de Dyckstate. Met noch ½ van 2 schuren met hun erven en thuyn, gelegen besyden den anderen, in de Dyckstraat voors, aen d'een zide: de weduwe en erfgenamen van Gerrit Cornelisz Vlasman, aen d'ander zide: Havick Pietersz's weduwe, achter streckende aen de Vuyle Beeck. Daervan denselven Martyn ½ competeert, in allen schyne als dezelve huysinge en schure bij wijlen Ludolf Gysbrechtsz en zijn huisvrouw Margriet Pouwelsdochter bewoont zijn geweest. Belast met 43£ 15sc sjaars, losbaar met 700£. Koopsom 541 Kar gld gereed geld

1472-08-16 |

G.A. Haarlem no 1661 Lade V/Arch St Maartensgasthuis Haarlem
Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Jacop Huijge Roupersz ende Katherine Huijge Roupersdochter, met haar broeder Jacop als voogd, tezamen ter eener zijde, ende die vinders van der brouwerie van des gemeens gilde wegen van deser stede an dander zijde, met elkander overeengekomen zijn: 1) dat Jacop en Katherine aan de vinders van het voorn. gilde tot het gemeene gilde behoef en om de rechte arme huiszitten daerin te wonen, in eigendom heeft opgedragen alle sulcke huijsingen ende cameren mit hoeren erven als zy nu ter tijt samen hebben gelegen an malcanderen in de Gasthuijsstrate tusschen den susteren van St Clara van der 3e orde der penitencien an deen zyde, die stege mitter medebruicwaer van derselver stege an d'ander zijde, afterwaerts streckende an den susteren voorscr, ende sijn alle vrij sonder huyer, 2) een stucke weydtlants gelegen in den ban van Akersloot, belent zuid: Geryt Claeisz, noord: Jacop Gerytsz ende coman Clais, west: Michiel Rembrantsz, 3) een coeweydlants gelegen int Lamoer in denselven ban, gemeen met Griet Claes die Wisselairs weduwe. Dit goed zal onvervreemdbaar zijn, bij brand zullen de huisjes weer opgebouwd moeten worden, op een boete van 200 gouden Wilh sc. Alleen voor herbouw van genoemde huisjes zullen de goederen mogen worden verkocht. Begeeren Jacob en Katrijne twee van de genoemde cameren ter beschikking te stellen van hun arme magen, dan zal dit moeten geschieden

Gheryt Steffensz en Thomas Thomasz, schepenen