1488-11

folio 169 CLI 1486-1489

Transportregister Haarlem

Jacob Suijcker en zijn vrouw Dyewer Jacobsdochter maken elkaar de bruijcwaer van al hun goederen

1489-06

folio 8v VIII 1489-1492

Transportregister Haarlem

Aelbrecht Jansz verkoopt Geryt Maertsz ⅓ deel van een huis en erf op Bakenes buyten om, an d'een zide: Gijsbrecht Aerntsz hoppenaer, an d'ander zide: Angnyese Cronen weduwe, afterwaerts streckende mitter mede bruijcwaer van de poort in de Clercstege

1482-11-02 | Heiloo en Oesdom

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 179/Arch Zijlklooster Haarlem

Jaartallenindex

leenmannen der grafelijkheid van Holland oorkonden dat mr Mychiel Gerijtsz ende Geryt Jacopsz als gasthuismeesters van St Lijsbettengasthuis binnen Alcmaer, verkocht hebben aan het Zylklooster te Haarlem een stucke lants leggende te Heylo in den ban van Oesdom, t welc belent hebben zuid en west: een notwech dair dit selve lant mede die bruijcwaer van toebehoert, noord: Symon Heijnricsz ende Willem Claesz ende an die oostzijde: Willem Willemsz

Gerijt Vrericxz en Jan Sijmonsz, leenmannen

1509-01-16 |

Genealogie v.d. Does fol 142/Fam Arch Bredius/Leenregister Wassenaer

Jaartallenindex

Jane van Halewijn vrouwe van Wassenaer, als voogdes van haar zoon Johan van Wassenaer, beleent jvr Heijnric Willemsdochter van der Does met die rechte leenwaer ende bruijcwaer van ½ van de smaltienden van Leiderdorp en St Pancrasparochie binnen Leyden, gelyc die proost van St Pancraskerk die wederhelft of heeft. Haar aangekomen en bestorven bij dode van haar vader Willem van der Does. Haar man en voogd Jacob Heerman doet de eed voor haar

leenmannen: mr Geryt van der Mije, Gheryt van Lockhorst

1454-01-26 |

Cartul St Jan Haarlem no 417

Jaartallenindex

scepene in Leijden oorkonden dat Gijse Dirc Florys Kermersz.z, Florijs Ysbrantsz en Clais Ysbrantsz opdroegen aan den commandeur van St Jan te Haarlem sulke huyer, bruijcwaer ende rechten als hoir ouderen ende zij gehadt mogen hebben an sulke 20 mergen lants als die commenduyer etc leggende hebben in den ambochte van Zoeterwoude, die sij ende hoir ouderen voirtijts in huyrwair pleghen te gebruken. Vervolgens hebben Florys Claesz als rentmeester van de heeren van St Jan, en broeder Doef die Roede als een dyenre des commenduyrs voors. aan voorn. Ghijse kwijt gescholden zijn achterstallige huur, te weten de helft van 7½ Eng. nobel

Willem Heerman en Symon van den Woude, schepenen

1497-07

folio 78 LXIX, LXX 1495-1498

Transportregister Haarlem

Dirck Symonsz verkoopt Gheryt de Visscher en Angnijese Symonsdochter, zyn wijfs moeder, tesamen [½ van] den eygendom en bruijcwaer [van den huize en erve] gelegen op t Grote Heiliglant, daer denselven Gheryt en Agnyeze d'ander helft of toebehoert, gelegen tussen den huijse dat hij nu ter tijt bewoent ende den huijse toebehorende Gheryt de Visscher en Angnyese, zyns wijfs moeder voirs

1485-12-10 |

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 203/Arch Zijlklooster Haarlem fol 16

Haarlem Algemeen

Ysbrant Claisz erkent jaarlijks schuldig te zijn aan het Zijlklooster te Haarlem 2 R gld, zoolang zijn zuster Agniese, wonende en geprofessijt in het voorn. klooster, leeft "wanttet niet dan lijfrenten en sijn tot suster Agniesen lijf, die den convent sijn anghecomen bij dode van Allart onsen broeder, voir hoir deel van de erfnisse, dair t convent die bruijcwaer of hebben sel, alsoe lange als Agniese mijn suster levet ende niet langer"

bezegeld door Ysbrant Claisz en Vrederijck Symonsz

1452-10-18 | Limmen

Arch Abdij Egmond Inv no 407

Jaartallenindex

Arijs Claesz, scout tot Limmen, oorkondt dat alle degenen die land gehuurd hebben te Limmen den abt van Egmond beloofd hebben hem of zijn rentemeester "al alsulke sculde als sij sculdich sijn van lanthuijer van verjaerde sculde nae inhout den register die den rentemeister daer of heeft, ende in mijn wilkoerboeck staet, ende van al alsulke voerwaerden als datselve register inhout, daer den eersten bruijcwaer of wesen sal in den jaer van LII ende den eersten dach van betalinge van verjaerde sculde in den jaer van LIII alreheyliger misse. Ende des huijer ende wilkoer ende voerwaerden sullen duren 9 jaren lanc. In kennisse etc bezegeld anno 1452 op St Lucasdach". Zegel van Arijs Claesz: een klimmende leeuw waaroverheen een stok [onduidelijk]

1476-12-16 |

Arch Grote Gasthuis Haarlem Inv no 46/2/St Elisabethsgasthuis Haarlem

Haarlem Algemeen

schepenen te Haerlem oorkonden dat Hillegondt Vliegersdochter Ysebrant Rietcarpers weduwe met hair gecoren voogd Theeus Gerytsz opgaf aan de gasthuismeesters van St Elisabethsgasthuis ½ huis en erf, onderdeel, ende daertoe ½ die bruijcwaer van der ander helfte van den huis en erf voors, alsoe lange als dieselve Hillegondt leven zal ende niet langer, gelegen op tie Spairne tusschen Jan Reijersz an deen zijde, Pellegrim Florisz aen die ander zijde, afterwaerts streckende aen Pellegrim voirs. Belast met 10 sch sjaars op het heele huis en erf

Wouter van Bekesteyn (zegel: klimmende leeuw met een dwarsbalk eroverheen) en Jan van Schoten (heraldisch rechts: een kruis, links: klimmende leeuw), schepenen

1459-03-16 |

Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 186 fol 69v regest 180/Cartul Zeven Getijden Haarlem/Arch St Bavo Haarlem

Jaartallenindex

Geryt van Spairnewoude oorkondt dat hij vercoft heeft tot enen vrijen eygen den cantoirmeysters in de parochiekerk te Haarlem alle zulke eygendom, rechte toeseggen, bruijcwaer ende lyftocht als ick hebben mach of gehadt mach hebben tot desen dage toe an alle den venen ende laechten die mij angecomen ende gemaect sijn bij Geertruydt van Bakenesse, mijn wijve sal. ged, ende die ick selve gecoft of vercregen mach hebben, waerse gelegen sijn binnen de bannen van Hillegom, van Heemstede of daer buyten. Worden de cantoirmeesters met betrekking tot de venen aan de Zuytlaen in rechte betrokken voor het Hof van Holland dan zal hij [Geryt] voor hen optreden. Worden hem deze venen afgewonnen, dan zal Geryt de daarvoor betaalde 7½ Eng. nobels terug geven, waarvoor here Tatick Claes Halszoon met Jan van Sparnewoude als voogd zich borg stelt. Bezegeld door Geryt van Sparnewoude en op verzoek van here Tatick door Geryt Jansz