1445-03-05 |

Cartul St Jan Haarlem no 1046

Jaartallenindex

Willem Gherijtsz herroept het testament dat hij gemaakt heeft Gheertruydt "mynen dochter kint" ende Machtelt mijnre dochter kinderen. Item soe maeck ick Machtelt mynre dochter kinderen elk 100 Beyerse gld, ende daer sullen zij mede ofstaen van alle myne goede roerende ende onroerende. Sterven zij allen dan zal dit goed op Willem voors. of zyn erfgenamen terugkomen. Zij mogen dit goed niet vervreemden of "versetten" tenzij met toestemming van hoeren oem Jan Willemsz, en van Symon Aelbrechtsz, haeren moyen man. Sterft Jan Willemsz vóór zijn vader dan zullen zijn kinderen voor hem "instaen ende erff nemen met eenre handt, item desgelyck zoe zullen Fyen kinderen mede alzoe doen mit eenre handt". Acta sunt haec in Haghacomitis, presentibus honorabilibus viris Jacobo filio Johannis alias nuncupato Eijptgen et Johanne filio Wilhelmi calciatore, incolis ville Hagensis. Voor notaris Andreas filius Gerardi, clericus Traj, keizerlijk notaris (vgl 1451 op St Katrynendach, 1451-11-25)