96 resultaten

Haerlem, van | 1203

Leenkamer 418 fol 154 no 196, Leenkamer 433 fol 37/V.I 2 fol 23v no 233/Suys fol 20v no 2/Van Mieris I p 140; R.A.H. Coll Aanw 182 fol 51, 178 fol 301v, 181 fol 106v/Inv Tresorie anno 1498 fol 23v, anno 1441 fol 154 L 196/Groot Repertorium mr P. Beoostenzwene dl III
Achternamenindex

graaf Dirk VII en zijn vrouw Aleid verkopen aan heer Gerrit van Haerlem de tienden van Heemskerk ten erfleen, datum apud Haerlem; datum 1303: idem alleen voir syn sonen ende dochteren

getuigen: Ada, markgravin van Brandenburg, Willem van Teylingen, Jan van Haerlem, Gysbert van Amestelle, Philips van Wassenare, Jacob burggraaf van Leiden, Hugo van Noordwijk, Arnout en Hendrik van Rijswijk, Albert Banjaard, Wouter van Egmond, Agniese en Hadewig van Teylingen

1614-01-08

R.A.H. O.R.A. 1064 fol 133
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Aelbertsberg oorkonden dat Joost Willemsz overdroeg aan Geertgen en Ghieltgen Hermans dochteren, een huis en erve tot Aelbertsberge, belend aen d'een syde: Arent Gerritsz clompemaker, aen d'ander syde: Mudt Reyersz, oost: de Heerenweg, west: de wildernis. Belast met 2 Kar gld erfpacht tbv Arent Gerritsz. Koopsom 284 Kar gld

Thonis Jacobsz, schout, Pieter Nijs en Pieter Symonsz, schepenen

1514-04-08 |

A.R.A. 488 no 178/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex

Gheertruid Lourijs Diericxz van Ancxsten weduwe, impetrante in cas van reformatie, contra Lijsbeth en Katheryna Diericx dochteren, porterssen der stede van der Goude, roerende zeker vonnesse bij die gerechte van der Goude gewesen ten achterdeel van de voors. impetranten. Het Hof bevestigt echter dit vonnis, en condemneert de impetrante in de kosten

1498-12-08 |

R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten fol 59
Jaartallenindex

Philips beleent vrouwe Margriete van den Burch, weduwe heren Evert s heer Claes, ridder, na dode van haar zusters vrouwe Kerstyne van den Burch en jvr Maria van den Burch: 1) ⅕ deel van 100 Vrancr. cronen en van 40 Eng nobels uit de camer van Putten, haar aanbestorven bij dode van vrouwe Kerstyne, haar zuster voorn. als haar enige achtergelaten suster ende leste levende van den vyf dochteren van wijlen Gerrijt van den Burch, haerluyder vader, 2) ¼ deel in ⅕ deel van het leen sub 1), haar aanbestorven bij dode van haar zuster jvr Maria, die aflivich worde achterlatende noch 4 susteren, dochteren van de voors. Gerrit van den Burch. Leen van Putten. Te houden tot een goed onversterfelijk erfleen. Heergewade: een rode sperwer en een stoop Ryn wijn. Hulde doet voor vrouwe Margariete mr Joris sheer Claas, als haar gecoren voogd

1485-07

folio 31 XXXI 1484-1486
Transportregister Haarlem

Jan Joestz als oom en voogd van Zyburch ende Engel, Claes Aerntsz twee dochteren, zyn zusters kinderen, verkoopt [verder niets]

1519-07-27 |

Oude Hof Alkmaar no 74
Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Syberich, Magdaleen en Guyerte Peter Backers sal. drie dochteren, met here Claes Dirck Borritsz als hun bestorven voogd, erkennen verkocht te hebben aan Bartelmeus Dircsz Pros omtrent 2 ½ honderd lands, gelegen in de ban van Groed, geheten Peter Backersland, belend oost: Henric van Berckenroe, west: Willem Petersz (vgl 1520-04-15)

Claes Hughenz (met zijn zegel), Jan Heertgensz en Jan Jansz, leenmannen

1472 |

G.A. Monnikendam Inv 154 fol 53v, 54/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex

excerpta uit akten berustende onder het Galileaconvent bij Monnikendam: item van Jaep Martsz ghecoft van Monikedam: ghecoft van Jacob Martsz ende sijn dochteren die helft van een stucke lants gheheten Jacob Martszven gheleghen bi ons convent op die Leeck voer 9 g.g. sjaers ad vitam Jacobi prescripti et duarum filiarum Wendelmoet et Margarete. Des soe gaven dese twie maechden voers. 18 gld current in pecunias. Van die anderde helft ghecoft van Jacops suster: anno 1485 gecoft dat anderde deel die helfte van dat voers. lant Jaep Martsenven ghenoemt ipso die Lucie virginis a quibusdam viris de Amsterdammis dicti Jan Veerman ende Dirc Melysz voor 73 gld current. Item wij hadden Jan Martsoen end sijn dochteren noch half Geryts lant in dieselfde coep van die 9 g.g. lijfrentes op haer lijf ende die ander helfte hoert ons te voeren toe, ende is gheleghen an die Suydergraft van t convent

1468-03-08 (1467) | Oostzaan

R.A.H. Coll Aanw 238 fol 327/Mem Hof van Holland fol 87
Jaartallenindex

compareert voor het Hof van Holland Dirck Claesz als procureur van de kerkmeesters van Oostzaanden en Oostzaenredam, seggende bij monde van zijn advocaat mr Michiel de Wilde hoe dat een genoemt Geryt Claesz omtrent 14 jaar geleden van myn genedige here te leen houdende was twee sluizen, te weten die een tot Oostzaenden gelegen en d'ander te Zaenredam, welcke twee sluizen diezelve Gheryt Claesz in zyn uytterste voor zyn sterffdach besette ende besprak in tegenwoordicheyt van zyn dochteren en veel andere goede mannen, te weten die een aan der kercke van Oostzaenden, ende d'ander der kerk van Zaenredam. Welke kerkmeesters deden senden een van hoeren medegesellen, oic kercmeester genomt Willem Gerytsz, om die oude verlijdingen ende brieven na de doot van de voors. Gherijt Claesz te hebben van zyn dochteren, die daer mede inne geconsenteerd hadden, welke dochteren dieselve verlydinge leverden in handen van de voors. Willem Gherytsz, uit wiens handen Dirc Fyenz ze met list verkregen heeft. Om deze tevreden te stellen gaven kerkmeesters aan Dirc uit gratie 32 Wilh. scilden. En nog 18 Wilh scilden om in den Hage namens hen belening te vragen. Dirk heeft echter in den Haag de belening op zijn eigen naam laten stellen, waardoor de voirs. twee kercken grotelicken bedrogen syn. Zij eisen nu dat Dirc Fyenz hun 600 R gld zal betalen, te weten elke sluus 15 R gld sjaars ende den penninck 20, beloopt 600 R gld. Benevens nog terugbetaling van de 32 en 18 Wilh scilden

1532-03-05 |

R.A.H. Coll Aanw 118 Caput Z.H. fol 113
Jaartallenindex

burgemeesters en schepenen van Oudewater oorkonden dat jvr Emerentia van Borsselen weduwe Johan van Woerden (ontbreekt een stukje ?) den heer ten Vliets dochteren elck met hun gecoren voogd, volmacht geven aan Hubert van Vliet, zoon van jvr Emerentia, en broers van jvr Wilhelmina en jvr Anna, om namens hen in rechte op te treden (vgl 1532-01-25, 1536-03-18)

1463-04-06 |

G.A. Amsterdam Arch Marie Magdalenaklooster Amsterdam no 7
Haarlem Algemeen

Jacob jonge Jacobsz oorkondt dat hij heeft kwijtgescholden aan het St Maria Magdalenaconvent binnen Amsterdam een stede brief van Hairlem, inhoudende van 3 ½ £ groet sjaers, tot live van Aef, Kathryn ende Merietgyn, mijn drie dochteren, daer moeder of was wijlen Geertruydt Dirc Baerdenzoensdochter. Op te beuren zoolang Aef en Marretgyn, nonnen in voorn. klooster, in leven zijn etc