70 resultaten
1427-07-24 |
R.A.H. 85 fol 112v
Haarlem Algemeen
bevelinge van die houtvesterije van Hairlemmerhout op minen joncheer van Gaesbeeck, in alre maniere als die hier op Adriaen van der Woert geschreven staet
1583-05-11 |
Ms Opstraeten III fol 1515/Gaasbeek
Jaartallenindex
Albert Proeijs tbv St Peters te Utrecht: Alemansweert. noch 3 ½ morgen die here Jacob here van Gaesbeeck plegen te wesen
present: Aernt Ram, Willem Willemsz van Rossum
Heeze, van | 1440-03-12
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 287v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: Tymen van Heze draagt op: 1) een hofstede met een camp land in het kerspel van Zoes, belend zuid: Lambert Petersz, noord: Reyner Aelbertsz en Jacop Nenninck, 2) een stuk land, belend beide zijden: jhr van Gaesbeeck, 3) een stuk land, belend zuid: Reyner Aelbertsz, noord: jhr van Gaesbeeck, 4) 2 acker, zuid: Gerit van Zuijlen Lambertsz, noord: Jan Zuermont, hem aanbestorven van Gherberich Wouter Matheuszdochter en haar kind
Asperen, van | 1385-09-29
R.A.H. Coll Aanw 45 fol 384
Achternamenindex
verzoening tussen de heer van Gaesbeeck, de heer van Abcoude en de heer van Asperen ter andere zijde; de heer van Asperen moet komen en vergiffenis vragen en hij moet naar Geervliet
1450-11-08 |
Ms Opstraten III fol 1244/Gaasbeekse lenen fol 4
Jaartallenindex
mangelinge tusschen Jacob here van Gaesbeeck ende Aernt van Bosch met 1 morgen op Barbersweert tegen 1 morgen op Rietvelt, met welken morgen op Barbersweert Arnt van den Bosch verlijt wort
present: Jan van Jutfaes, Cornelis van Suytoert
1492-09-24 |
R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Sticht fol 7v, ingestoken papier
Jaartallenindex
Max. en Philips belenen Jan Ruysch Alfertszoon met: 1) een gesate lants van 20 morgen groot met allen hoeren toebehoeren, gelegen in den kerspel van Camerick in des heren gerechte van Gaesbeeck, belent plegen te hebben Gerrit Didolfsz en Heynric die bastert van Loenresloot, 2) 1½ viertel lands gelegen in des joncheren gerecht van Gaesbeeck op den Haeck, ende die meente naest gelegen is aen die zuidzijde, streckende met den eenen eynde aan den Westveenderdyck ende met den anderen eynde aen die cleijn wateringe. Hem aanbestorven bij dode van zijn vader Alfert Ruysch. Daar Jan onmondig is, doet Anthonis van der Horst de eed
present: mr Gerrit van der Mije, Dirck van Boneem
1463-08-04 |
A.R.A. Leenkamer 39 Copie fol 88/Reg Charolais fol 45
Jaartallenindex
mr Anthonis Michielsz beleent q.q. Willem Symon Vredericsz met alzulk leen als hij van de graaf van Charolais als heer van Putten in leen hield, die hem van mynen jonckheer van Gaesbeeck verleend waren op 1450-11-17
hier waren bij: Jan van Noortich van der Boeckhorst, Henrick van der Laen
Gaasbeek, van | 1442-01-02
Leenregister Abdij St Paulus Utrecht 505 fol 75, 74v
Achternamenindex
leen van de abdij St Paulus te Utrecht: jhr Jacob heer tot Gaesbeeck, Abcoude, Putten en Strijen wordt binnen jaar en dag beleend met het leen dat de heren van Abcoude van de abdij in leen houden, nl een stuk land gelegen in den Slage in het gericht van Zoes, geheten die Nonnenmaet, belend zuid: Rutger Jacobsz erfgenamen, noord: Gheryt Jansz, oost: Willem Smit en Jaocb Pothoff c.s, west: strekkende an die Eme; jhr Jacob van Gaesbeeck draagt dit leen op en vervolgens wordt Steven van Zuylen van Nyevelt Willemsz ermee beleend
mannen: Johan van Hamelenberge, Albert Willemsz, Henric Jansz
1469-12-28 |
Ms Opstraeten III fol 1297/Gaasbeekse lenen II fol 48v
Jaartallenindex
Maria Jansdochter van Meerten na dode haers vaders Jans van Meerten: 25 schilden ut den weerdt opten Dwerdyck. Ende haer vader Jan van Meerten haer bij tijde van Jacob here van Gaesbeeck voortyts gemaeckt heeft. Hulde: haer broeder Ernst van Meerten
present: Gerrit van Suylen van Blieckenborch, mr Willem van Wyck
1463-11-13 |
Ms Opstraeten III fol 1288/Gaasbeekse lenen II fol 40
Jaartallenindex
Hyndersteyn. David etc oorkondt dat Jan die bastert van Gaesbeeck hem opdroeg een steenhuijs geheten Hyndersteyn metter hofstede daer t op staet, met allen synen toebehoren, gelegen in Nederlangbroeck, ende met 8 morgen lants. Ook Jacob ende Sweeder bastaerden van Gaesbeeck doen afstand van hun rechten. Daerna is gecomen here Willem van Hyndersteyn, Ridder Duytscher oerdens toonende ons besegelde brieven, daer hij ende syn overste, de lantcommandeur der Balye van Utrecht, gemachtigt was dese goeden ende landen te vercopen etc met synen mombers hant Jan van Suylen van Amerongen. Ende heer Willem voors. ginck des ut ende verteech daeraff. Vervolgens wordt Beernt Grauwert met dit leen beleend ten Zutphensen rechte, te verheergewaden met 1£ goets gelts
present: Roeloff van Bevervoerde, Raedt ende hoefmeester, Gerrit van Suijlen van Blieckenborch, deurweerder, Ernst van Meerten, schout tot Wyck; present: Roeloff van Bevervoerde, Aernt van Yselsteijn, Ernst van Meerten