10 resultaten
Foreest, van | 1438-10-08~
Mem Rosa I-III p 290/dl II fol 238v
Achternamenindex
geleide voor Jan van Foreest "dat hij een scip laden mach in Hollant mit acht last harincx, 2 last anderen goed ende een deel Hollantsche lakenen ende die te voeren daer het hem gelieft, en koren weder te brengen ende dat te vercopen daert hem gelieven sal, durende tot Maije naestcomende" [ongedateerd]
1670-03-15 | Wimmenum
Arch Gem Egmond Inv no 31 Stukken betreffende de duinen van Wimmenum
Jaartallenindex
de WelEd Geldolph van Vladeracken, bailliu en de schout der heerlijkheid van Baccum heeft bij provisie ende soo lang hem baillu gelieven sal ende langer niet, gestelt tot toesiender ende schouwer in des bailliu absentie, Cornelis Gysen, buerman tot Baccum, om de duynheyninge ende duynslooten (in margine: ..... e dagen) te beschouwen achtervolgende de keuze hem Cornelis Gijsen voorgelezen, ondergeschreven schepenen verklaren dat Cornelis hierop de eed heeft afgelegd
Cornelis Lourisz, Pyeter …. [verdwenen], het merck van Leendert Jansen
1440-01-14 |
G.A. Amsterdam regest 411/Arch Oude Nonnen Amsterdam
Jaartallenindex
Jacob heer tot Gaesbeke, Apcoude, Putten en Strijen, erfmairscalck van Henegouwen, verbindt zich alzulke 100 gemeten vrij lands in Westenrijck in het land van Putten, als Willem Eggaert wijlen in zijn testament gaf en vermaakte geestelijken steeden en goedshusen, daer zijn zoon Janne Eggaert dat gelieven sal te geven en te bewijzen, vast en stade te houden; en dat hij ook de gift aan het Godshuis van de Regulieren van Oudenairde in Vlaenderen voor zich en zijn nakomelingen zal vrij houden zonder eenige onkosten meer daarop te leggen voor hen en dengenen aan wien zij het zullen verkoopen (vgl 1419-11-10)
1448-04-26~ |
Cartul St Jan Haarlem no 544
Haarlem Algemeen
eersame ende gheminde heere ende vrijent, u wil gelieven te weten hoe dat Claes Claesz van Zaenden onse medepoerter van u begheert te hebben alsulck gelt als Beatrijs Viviens wedue, sijn oudemoeder, die God genadich sij, onder u tot sijnre behoef geleit heeft. So ist dat wij Claes Claesz van Zaenden geset ende geordineert hebben sijn voecht te wesen Tyman Gerytsz, synen neve. Ende bidden uwer eerbaerheit hem dat gelt bij sijns voechts hants ut te reijken ende over te leveren etc. Gescreven opten 26e dach in Aprille. Die stede van Beverwyck [zondre jaar]
1596-04-04 | Zandvoort
R.A.H. O.R.A. 114 fol 5
Jaartallenindex
schout en schepenen tot Santvoort oorkonden dat de eersame hopman Niclaes de Leure in erfpacht geeft aan Cornelis Symonsz, een bruickwaer lants ghenaempt het Bentvelt in de ban van Santvoert, "waarvan ettelycke besaeijt met thien sacken coorn, etlijck met twintich sacken garsten ende noch etlyck sack erweten, met noch t huijs, schuijer ende bepotinghe daerop staende, streckende van t Cente gat toch achter aen de ghemeene Vrogenwech bij t groote water. Sal noch bij de voors. woninghe ende bruyckwaer blijven drije paerden, drie wagens, carren, ploegen, eggen ende alle andere ghereetschap daertoe dienende. Met noch thien coijen, pincken, versen tot vyftien stucx in t getal en twee calveren, met noch etlijcke deelen rasters sparren. Als oock vleys, vier syden speck, boter, caes, vis, harinck ende alle andere provisie bij t huijs ofte woninge sijnde, alsoe t jegenwoordich bij den voorn. Cornelis Sijmonsz ghebruickt ende bewoent wart. Sullen oock beijde de knechten huere huyeren bij denselven Nicolaes de Leur betaelt worden, te weten Lijck Gerrietsz tot St Jacob '96 tiecomende, ende Jan de Wael tot Meij '97 d.a.v. Ende dat voor de somme van 350 Carol gld sjaers". Belend rondom met de wildernisse. Cornelis Symonsz zal 40 gld jaarlijks betalen aan de Palsgravinne. Nicolaes de Leur en zijn vrouw behouden tot hun dood het gebruik van de boomgaert, plantinge en huysinge en 2 paerden, en hij moet Nicolaes de Leur "halen, brengen en voeren waer ende waerwert hem gelieven sal". De calveren, pauwen, hoenderen, duijven met haere eijeren ende jongen als oock snippen worden door hen half en half gedeeld. Nicolaes zal "alle weecken ghenieten een mengelen room sonder hem tot sijnder gelieven te mogen weijgeren stremmende ofte soetemelck. Sal oock Nicolaes de Leur toestaen soe veel wartelen, aguijn ende andere groente als hem voors. te doen sal hebben"
Govert Garbrantsz, schout, Crijn Cornelisz en Jan Gerrietsz, schepenen in Santvoort
1561-12-31
folio 170 CLVIII, CLIX 1557-1562
Transportregister Haarlem
mr Geryt van Ravensberge als man en voogd van Clara Willemsdochter, verkoopt Steven Jansz van Amsterdam, ½ van een huis en erf op t Spaerne met een halve poorte daer besyden, aen d'een zyde: Baertgen Symon Jansz weduwe, aan wie d'ander ½ van het poortgen toebehoort, en Adriaen Adriaensz snijder, tesamen, an d'ander zyde: Frans Wij en Dirck Wij Claesz, gebroeders, metten voorn mr Gerrit zelve, streckende voor van t Spaerne tot achter in de Lange Veerstraat. Belast met 11 schell op t achterhuys etc. Wel verstaende dat Steven Jansz voorn en zijn nacomelingen weder sullen mogen timmeren ter plaetse daer t oude afgebroken huys gestaen heeft, zulcx als heurluyden dat gelieven zal. Volgens zekere sententie by den Hove van Holland tussen wylen Willem Harmansz Ramp ter eenre en Adriaen Adriaensz voorn ter andere zyde, gewesen op 11 Sept 1543 (1543-09-11), die de voors Steven Jansz bekende uit handen van de voors Ravensberge ontvangen te hebben. Bovendien zal Steven Jansz te zynen gelieven mogen timmeren, vestigen en hechten noordwaarts dicht aen de zydelmuyer van Dirck Claesz Wyen huys, staende in de Lange Veerstraat tussen Frans Claesz Wij en mr Gerrit voorn. Dirck Wij c.s. zal Steven hierin niet mogen storen volgens schepenbrief dd 22 Juni 1541 (1541-06-22). Gedateerd 31 Dec 1561. Koopsom 2750 Kar gld
1553-06-02 |
R.A.H. Coll Aanw 256 fol 215, 216/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex
alsoe Johan heer van Cruningen, Heenvliet etc den Hove van Holland vertoond heeft dat hij van de K. Maj. als heer van het land van Voorne te leen houdt de hoge, lage en middele jurisdictie van de heerlijkcheyt van Heenvliet. Dat zekere tijd geleden geapprehendeert is geweest mr Engel Willemsz, pastoor aldaar, op last en bevel van dr Franchoys Sonnius, ter cause van zekere saecken den voors. mr Engel angeseyt smaeckende ketterye ende heresie, daeraf hij in vangenisse leyt op ten huyse van Heenvliet, zonder dat alsnoch zijn proces gemaect es, omme te doen de judicature, t welck alsnu niet bequamelick gedaen en can werden, mits dat die suppliant alle dage van eneeninghe es op te sitten in dienst van zijne Keyz. Maj. in d'oorloge, zoodat hij suppliant overmits zyn absentie beduchtende es voor eenich quaet inconvenient, daerdeur oeck die voors. Sonnius te min assistentie zoude mogen gecrigen binnen de voors. heerlijkheid. Het Hof van Holland vergunt hem nu de gevangene over te brengen naar de Voorpoort van den Hove in den Hage, om daar te blijven zolang het den suppliant gelieven zal
1564-09-13 |
R.A.H. Coll Aanw 134 Caput Z.H. fol 128v, oud fol 33
Jaartallenindex
Pieter van Berry, wonende in den lande van Brabant, geeft ootmoedelyck te kennen hoe dat zijn jongste broeder Jacob van Berry, overmits hij alhier in Hollandt woonachtig was, naer t overlyden van Johan van Berrij, hem suppliants vader, in sijn beswaernisse genomen heeft alle die brieven ende papieren wesende in den sterfhuize van den voorn. Johan van Berry. Ende deselve Jacob van Berry deselve papieren deur synen ende gevisiteert hebbende, heeft onder deselve bevonden twee francijne brieven deur den anderen getransfigeerd, te weten den enen inhoudende hoe dat de oude here van Rhoon eertyts getransporteerd heeft Johan van Berrij voirs, een gedeelte van de Pendrechtsche ende Roodensche gront, ende de ander wesende de investiture bij den voirs Johan van Berry uyt kracht van het voors. transport genomen. Welke brieven Jacob van Berrij den voorn. suppliant nu seeckere korte tijd geleden eerst gelevert heeft. Ende alsoe hij suppliant de oudste zoon is van Johan van Berry, soe versouckt hij suppliant oetmoedelijk dat U myne Heeren gelieven hem suppliant van de gront in de voorn. brieven gementioneert, te doen hebben behoorlijke investiture, niettegenstaande dat er 9 à 10 jaren verstreken zijn dat deselve niet verheven is. De rekenkamer staat dit toe tegen betaling van het dubbele verlij en investiture
1574-06-23 |
R.A.H. Coll Aanw Caput Z.H. fol 118, 118v
Jaartallenindex
(er staat XVc XXIIII) op huyden heeft mr Anthonis van Woerden van Vliet uyten naam en van wegen Michiel Piggen, als man en voogd van jvr Wilhelme van Woerden Jansdochter, krachtens zijn volmacht dd 15 mei l.l, bij dode van jhr Huybrecht van Woerden van Vliet den behoorlijken eed gedaan in handen van de heer mr Suys heer van Ryswyk, ter cause van een rente van 4£ gr Vls, die jvr Wilhelmina spreeckende heeft ende te leene hout op en uyt die ambachtsheerlijkheid van alinge parochie van sheren Arentsberge ende Amerstol, volgens de brieven van invenstiture dd 1532-03-18 (1531) (vgl 1532-06-10); 1574-05-15: extract uyt zeeckere missive van Michiel Piggen aan mr Anthonis van Woerden van Vliet, geschreven te Mechelen: Alsoo U.E. Vader, myn schoonvader in Holland op ten registeren van den lenen te boecke stont als hebbende van myne huysvrou, uwen moeijen wegen den eed gedaen van eenige leen rente van 4£ sjaars, haer by den here van Vliet, myn schoonvader sal. geassigeneert op de heerlijkheid van Berchambacht, ende ick verstaen dat selven eet binnen sjaars stonde behooren vernieuwt te [worden] ende enen anderen leenmannen van de KEiz. Maj. gestelt van de voors. rente. Soo ist dat ick U.E. bidde op alle vruntscap, alsoo ick mits den periculosen ende verder wech aldaer niet en souden derven comen, dat u gelieven eerstdaags te presenteren aen myn here van Ryswyk president ende leenmannen van Holland, als Floris van Woerden van Vliet ende enige anderen van de vrinden, oock leenmannen wesende, ende denselven eet te doen van mynen en uwer moeyen wegen
Cornelis Oem, Pieter van den Borgh, leenmannen
1567-12-31
folio 243
Transportregister Haarlem
Steven Jansz, van Aemstelredam, verkoopt mr Symon van Crabbemorsch een huysinge en erve opt Spaerne met ½ poort daar besyden, aen d'een zide: Baertgen Jansdochter weduwe Symon Jansz, aan wie de andere ½ van de poort toebehoort, en Adriaen Adriaensz snyder, aen d'ander zide: Frans Wij en Dirck Wy Claes zonen, gebroeders, streckende voor van t Spaerne int viercant tot achter aen de Lange Veerstraet. Belast met 11sc sjaars op t achterhuis. Noch met 37 Kar gld en 10 st sjaars losbaar met 600 gld, staande op de voorhuysinge. Welverstaende dat die voors. mr Symon en zijn nacomelingen in toecomende tyden weder sellen mogen timmeren ter plaetse daer t oude afgebroken huis gestaen heeft, zulcx als dat hemluyden gelieven zal, volgens sententie van het Hof van Holland tusschen wijlen Willem Harmansz Ramp z.g. ter eenre, en Adriaen Adriaensz voorn. ter ander zyde, op 1543-09-11 gewezen. Er is ook een schepenbrief van Haarlem dd 1541-06-21 over dit huis. Koopsom 2400 Kar gld, waarvan eerst aan mr Geryt van Ravensberge, schepen deser stede, afgelost moeten worden de 1100 gld die Steven hem schuldig is