1475-11-23 | Schoorl

Arch Marquette no 1106/Cartul Assumburg no 282

Jaartallenindex

Heynrick Claesz van Thoernnenburch, schout van Schoerl, oorkondt dat Pieter Pietersz die cuper verkocht heeft aan Jan van Assendelft, rentmeester van Noorthollant etc, "500 roeden brueclants min 5 ½ roede, die roede voor een stuver". Ende noch gelyede Pieter voorn. dat hij den rentmeester verkocht heeft 9 snees brueclants ende 4½ roe staende mit elschoute, die roe 3 groot. Welke landen voorn. belent hebben mit eygen ende mit erve, oost: Jan Symon Alkenzone, west: Pieter Maertsz. De schout zegelt "ter begeerten van Pieter Cuper voirn"

schepenen en tughen: mr Dirick Claesz, Vrederick Claesz

1491-03-29 |

Cartul Reg St Jan Heiloo fol 205v

Jaartallenindex

schout van t Noerteynde van Schermer en leenmannen van de grafelijkheid van Holland oorkonden "dat wij tot versoucke ende bede gegaen zijn ten huyse van jouffrou Machtelt van Poelenburch, die aldaer mit goede voirsienicheyt ende als wel hebbende haer verstant, voir ons gecomen is, mit Jan van Riecken hant, haers voechts, end gelyede dat zij vercoft heeft den Regulieren van Heyligeloe buten Alcmaer een stucke lants gelegen in Myzencoech in den banne van 't noerteynde van Schermer, geheten die grote weyde, ende belent hebben mit eygen ende mit erve Dirck Pieterszn an die oestzijde ende Willem Jansz an die noertzijde"

Garbrant Jansz, schout, Willem van der Voerde en Jan van der Bouchorst, leenmannen

Beresteyn, van | 1482-03-06

G.A. Amsterdam Weeskamer Amsterdam Inbrengregister Weeskamer no 825 fol 351

Achternamenindex

de volgende goederen behoren toe aan Claes Jansz [zie 1475-01], die wijnvoirlater met zijn 3 kinderen, bewezen voor de weesmeesters voor haar moeders erfenis, en "behaeghden Ot Goertszoon ende Ghijsbert Beresteijn: Claes oud 5 jair Odulfi, Stiin oud 2 jair Victor, Cornelis wart geboren omnium Santorum, Cornelis is boeven gecomen ende gelyede voldaen te wesen van zijn moeder erff bij consent van die burgemester ende Peter Jacobssoen, meester Jan in den Hort"

1495-04

folio 115 XCI 1492-1495

Transportregister Haarlem

Alijt mr Ysbrants weduwe met haar gecoren voogd Allart Woutersz gelyede, alsoe Dirc Jansz de slotemaker hoer vercoft heeft een huis en erf in de Scachestraet, an d'een zide: Jacob Zalen kinderen, an d'ander: mr Jan de barbiers weduwe, afterwerts streckende an Jan Jansz coffermaker dat zy belooft de voors Dirc zyn leven lang durende, dat nu echter Henric Dircsz aangenomen heeft de voors. Dirc Jansz zyn vader te zullen onderhouden en dat zij daarom dit perceel nu aan Henric overdraagt

1465-05-15 |

Bissch Oud Arch Haarlem/Arch Carmelieten Haarlem no 8

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Pieter Hughenz gelyede dat de Vrouwenbroederen binnen Haerlem tegens him ofgecoft ende ofgelossent hebben al alsulck 9 scell Holl payments sjaers als hij staende hadde op ten huijse metten erve liggende ende staende in de Vleyschoudrenstraet, toebehorende den Vrouwen broeder, tusschen an die een zyde: de Halle, an die ander zyde: Baerten Roelen, afterwaerts streckende an Pieter Walichsz pasteybacker

Wouter van Bekesteyn (zegel: klimmende leeuw met dwarsbalk eroverheen) en Claes Gheryt (zegel, benedenkant afgebroken: een staande bijl, herald. links vergezeld van 3 bollen), schepenen

1505-03-10 (1504) |

Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 134/St Bavo Haarlem

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Alydt Huyge van Assendelftsdochter met Tyelman Allairtsz als haar voogd gelyede dat die kerkmeesters van de parochiekerk aldaar jegens haar afgekocht en afgelost hebben 3 R gld sjaars pacht die zij staande had op een erve dairop Lysbeth Coman Diricsz huys te staen plach ende dat nu in dat grote kerckhof van derselver kercke gemaict is (vgl 1491-10-21)

Dirick Spycker (zegel: keper, beladen met 3 rozen, in linkerbovenhoek: zespuntige ster) en Jan Foppez, schepenen

1512-08-28 |

G.A. Haarlem Cartul Carmelieten fol 33v/H.S. Ryck no 34

Haarlem Algemeen

leenmannen van Holland oorkonden dat jouffrou Cunera Clais Adriaenszoons weduwe van Meerdervoirde met haar gecoren voogd Dierick van Almonde en gelyede alsoe wijlen haar man Claes Adriaensz van Meerdervoort ghemaect heeft ghehadt een misse ter weecke ten eeuwigen daghe. De prior van het Carmelietenklooster waar Claes begraven ligt, neemt aan deze mis etc te doen. Cunera belooft daarvoor uit te reiken 6 R gld sjaars an zeker lant daer den prior vastan wesen sal. Zij stelt tot onderpand al haar goederen

Floris Bolle en Gheryt van Adrichem, leenmannen

1512-04-03 |

G.A. Haarlem N 184 (achterin)/Cartul Leprooshuis

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Jan Foppenz als man en voogd van Brechtlant Pietersdochter gelyede dat Geerte Pietersdochter, syns wijfs zuster, hem uitgekocht heeft uit de nalatenschap van wijlen Pieter Pietersz en Lijsbeth Huygendochter, wijlen huerluyden vader ende moeder. Voorts belooft dieselve Jan Foppez dat zieckhuys buyten deser stede daer de voors. Geerte provenierster in is om dese voors. erfenis niet moeylyck te wesen in tijden toecomende. Onderteykend: Bolle (vgl 1502-08-25, 1519-11-19, 1531-03-10, 1531-03-15, 1531-03-30)

Claes Diericxz van Paendren en Geryt Steffensz, schepenen

1493-04

folio 45v XXXII 1492-1495

Transportregister Haarlem

Pieter Claesz als bestorven voogd van zijn moeder Reynu Vredericsdochter, die zieckzuchtich in bedde leyt, gelyede dat Jan Gijsbrechtsz als man en voogd van Lysbeth Jansdochter, hem in den name van zijnre moeder voldaen en betaalt heeft van alle gelden en goeden die de voors. Reijnu en Jan Lambertsz de voors. Lijsbeth Jans dochter vader voirtijts in hijlicke gebrocht heeft en de voors. Pieter in den name als boven scelt de voirs Jan Gysbrechtsz daerof en van al t geen hij of zijn moeder in toecomende tyden eysschen souden mogen, geheel en al quijt. Hiervoor lijt Jan Gijsbrechtsz hem sculdig te wesen 40 R gld

1512-11-10 |

Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 249/St Bavo Haarlem

Haarlem Algemeen

schepenen in Haarlem oorkonden dat Govert Claesz gelyede, al ist zoe dat dair een put gemaect en gedolven is after zijn huys op zijn erve dat hij gecoft heeft van Geertruid Claes Alfertszdochter, bagyn, in de Slickstege, soe is nochtans die cost gedaen geweest van Katryn Garbrantsdochter, oick bagyn, die t huijs mitten erve dair besyden an, toebehoort. Wairomme hij Govert kent, dat zij Katrijn, met haar huis voirs. altyts bruycwaer van dese voirs putte hebben sal, des sal zij die helpen houden in raecke, en staende wesen half en half; Poll. In dorso: van Govert Clasen pette [= put]

Andries van Foreest (zegel: geënte dwarsbalk) en Claes Jansz Cantert (een cruis), schepenen