2 resultaten
1437-10-04 |
Inv Arch H. Geest te 's Hage dl II regest 252
Jaartallenindex
schepenen in den Haghe oorkonden dat Dirck Evertsz erkende schuldig te zijn aan Margriete Arntsdochter een rente van 4 £ Holl sjaars op zijn huis en erf waarin hij nu woont in de Veenstraat (!) streckende doergaens totter nieu strate die Willem Engbrechtsz geordineerd heeft, belend zuid, vooraan: Pieter Gerritsz, achteraan: Jacob Willemsz scrien maker, noord, vooraan: Phillips Nubuyersweduwe met haar kinderen, achteraan: Aelbrecht Henricksz, oost en west: de heerstraat. In margine: habet anno 1557 Cornelis van Steijn, saelmaicker, nu: mr Aernt Symonsz barbier; dese renten zijn ghecomen van Dirck Hoochstraeten ende zijn wijf Baerte, lyfrenten
1439-07-16 |
Memoriale Rosa dl VI no 108 p 420, no 151 p 446
Jaartallenindex
roerende der gyfften van der kerken van Oisterwyck. Jan van Heerlair Coenenz gemachtigt van zijn broeder Adriaen van Hairlair, zegt dat syn oom Jan van Hairler zinen broeder Adriaen gegeven heeft die kercke van Oisterwyck, dair hij rechte collator aff is als hy seyt overmits verlyinge die hij dairaf heeft van myn genad. here van Bourgondië. Daar tegenover staat here Dirc Wouman die een presentatie heeft van de hertog van derselver kercke. Zij submitteren de uitspraak aan de Raad met uitsluiting van de geestelyke rechter. Partyen wordt opgedragen op 1 Oktober voor de Raad te verschynen. Verder wordt geordineerd dat Henric van der Goes die tyenden der kercken van Oisterwyk toebehorende, sal vercopen van wege de hertog, en de opbrengst onder zich houden tot er uitspraak is gedaan; 1439-07-28: bevel aan Otto de bastaard van Arkel om de opbrengst van een tiendrecht, toebehorend aan de kerk van Oisterwijk in sequestratie te houden, hangende de procedure tussen heer Dirc Wouman en Adriaen van Hairlair; 1439-09-05: de Raad wyst de collatie van de kerk te Oisterwyk toe aan Adriaen van Herlaer