1474-10-03 |

Kroniek Hist Gen jg 1854 p 331, 332/Arch Harderwijk

Jaartallenindex

Willem van Egmond, stadhouder generaal van Gelre gelast namens de hertog aan Johan van der Horst, ambtman van Over Betuwe, om de goederen van Wynand van Arnhem niet aan te tasten. "Alsoe Pieter van Langevelt ons te kennen gegeven heeft, hoe dat binnen cortten tijden zedert dat hij gevangen is mijns voirs genad. heer, soe heeft belieft Barthold Hack ende Ghysbert van Rantwyck pandinge te doen aen sekere zijne gereyde goeden tot Randwyck ende tot Heteren in uw ampt gelegen, seggende dieselve goeden toe te behoeren heren Wynand van Arnhem. Ende alsoe die voirs. suppliant noch ter tijt mijns voirs. genad. heren gevangen is, soe en is hem nijet mogelyc op dese tijt syne voors. goeden te verantwoorden als recht is". De stadhouder beveelt nu dat er geen rechtsvordering op deze goederen gedaan mag worden binnen de e.k. 14 dagen. Op 1474-10-08 schrijft de stadhouder dat hij bemerkt heeft dt er desondanks een rechtsvordering tegen deze goederen gesteld is. Hij meent dat dit buiten hun voorkennis is geschied, en beveelt opnieuw niets tegen deze goederen te ondernemen