Bedoelde u soms?
geldolf | geldolff | geldolfs | gheldolff | gherolf | ghildolf

17 resultaten

1386-09-21 | Oosterhout

Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 91/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex

scepen in Oesterhout oorkonden dat Gheryt Ghijbenz erkende vercocht te hebben aan Gheldolf Haec van den Houte, tot behoef van het convent van de Sartroysen bij St Gheerdenberghe, 4 bunre beemden gelegen binnen de vierschaer van Oesterhout, tusschen den Gruenendyc ende die Donga in een stuk neven Heyn Neven erve op die zuidzijde, en Jan Heylenz erve op die noordzijde. In welken beemden voirs. Gheldolf voirn. ghevest ende gheerft metten vonnisse en met den rechte van den lande tbv het voorn. godshuis also dat hem vaste en zeker zyn zal tot eeuwigen daghe. Gegeven anno 1386 op St Mathysdach Evangelist

Jacob Camerlinck en Dieric die molenaer, schepenen in Oosterhout

smid, de | 1330-05-13

Cartul Marienweerd no 369
Achternamenindex

schepenen en gezworenen van Grave: Jan veren Lydekenz, Ynwein Wernersz, Brusten de smit, Willem de Witte, Lambrecht Abenz, Gheldolf de snider

Snijder | 1330-05-13

Cartul Marienweerd no 369
Achternamenindex

schepenen en gezworenen van Grave: Jan veren Lydekenz, Ynwein Wernersz, Brusten de smit, Willem de Witte, Lambrecht Abenz, Gheldolf de snider

Hack | 1292

Van Mieris II p 409, 410
Achternamenindex

verlaring onder ede afgelegd door Loper van Bridorp omtrent de paalscheiding tussen Holland en Brabant dd 1326-12-26: 32 mannen "sceyden die pallen met tonnen op masten ghesteken van den Hollanschen weghen, die van Oisterhout loept tote Gheldolf Haecs waert, ende benoirden Gheldolf Haecs ommetrent 100 roeden, ende alse westwaert op Clippelberch, die leghet in t moer, ane die noirtzide ane die berch, ende alzo te Sonsele, mar die kercke van Zonsele stond binnen 's Hertoghen palen ende also doir dair een Vlederbose stond, in die Merke lopende; ende dat doe Gheldolf Haec liet was, dat hi buten den palen van Hollant ghevallen was, ende dit was doe men scref 1292"

1346 | Oosterhout

Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 91v/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex

nota ex valde antiqua et corrosa cartula iste conscript: heere Willem van Duvenvoirt gaf den prior en den convent 7 zesteren rogge in t jaar ons Heren MCCC XLVI (1346). Item die here van der Leck heeft den convent gegeven 2 sesteren rogs en 2 lopen in zijn testament int jaer MCCC 83 (1383). Item so gaf here Willem here van Oesterhout heren Willemszoens 16 morgen lants met hueren, toebehorende, die zyn erfelyck uytgegeven om 15 viertelen rogs, int jaer MCCCLXXVI (1376). Item so gaf Wouter Sterck den convent 5 bunderen beemden opt Craenschot anno MCCCLXXVIII (1378), Agniese van Loven man; so gaf jonffr Agnese voirs. den convent 35 lopen rogs die henric Pyloeker en Michiel Michielsz betalen tot Ulendonc, MCCCXCVI (1396). Noch 5 lopen rogs die Pieter Arnts sculdich is. Noch ½ sester op Willems goet van Seters. Item: - 5 lopen rogs ten Hout die nu ghift Heyn Arnt Nesen, - 2 Dordr. gld sjaers die Jan Godekens op 3 bunder beemden bet., - een stuk lands gelegen an die Dongha jegens die kercke van s Gravenmoer 6 R gld, - 10 gr 1 d die Heyn van Lier jaerlicx betaelt 1394, - vercoft Gherit Ghibenz den convent 4 bunder beemden gelegen tussen den Gronen dyck ende die Donga, anno 1386, - vercoft Wouter van Bavel den convent 9 lopen rogs anno 1372. Dit zijn alsulke goede als wij van outs gehad hebben en nieuwe goede voer vercreghen syn die wij hopen dat ons in onse nieuwe goede afcorten sullen. Item in den eersten 28 gr op 9 lopen saetlants die Arnt Hyems plagen te wesen op ten datum anno 1366. Item: - 10 gr 1 d Holl op Philips Nachtegaels guet, anno 1349, - 12 gr chyns die Gheldolf haec ons gaf, - 9 gr die ons die selve Gheldolf Haec gaf anno 1402. Tota summa pecuniarum in Oesterhout 50 R gld 15st. Somma siliginis 32 sesteren. Tota summa siliginis in terra domicelli de Nassau 8 sest., facit circa 12 hoet 2 sack Dordr. mate

Boekel/Bokel | 1328-10-05

Reg Rotterdam en Schieland no 360, 372
Achternamenindex

Johannes pastoor te Breda, schrijft aan Adolf bisschop van Luik dat hij ingevolge diens opdracht, vóór de kerk te Raemsdonc Theodericus de Mathenesse als erfgenaam van wijlen Theodericus Bokel, Everocker, broer van Theodericus Bokel, Johannes Boues, Johannes Gheldolf, Johannes Jonghe, Matheus baljuw van de stad Geertruidenberg, destijds in Raemsdonc vertoevende, en Johannes Deken, het in de doorgestoken brief heeft aangezegd, welke laatste antwoordde dat hij de tienden gepacht had en zich borg stelde

Uytternesse

Jonge, de | 1328-10-05

Reg Rotterdam en Schieland no 360
Achternamenindex

Johannes pastoor te Breda, schrijft aan Adolf bisschop van Luik dat hij ingevolge diens opdracht, vóór de kerk te Raemsdonc Theodericus de Mathenesse als erfgenaam van wijlen Theodericus Bokel, Everocker, broer van Theodericus Bokel, Johannes Bues, Johannes Gheldolf, Johannes Jonghe, Matheus baljuw van de stad Geertruidenberg, destijds in Raemsdonc vertoevende, en Johannes Deken, het in de doorgestoken brief heeft aangezegd, welke laatste antwoordde dat hij de tienden gepacht had en zich borg stelde

Loper, de | 1326-12-26

Van Mieris II p 409
Achternamenindex

verklaring van Loper van Bridorp: - de heer van Striene bouwde zijn huis te Oosterhout met de "torne" in Brabant en de kapel in Holland (1289); - de heer van Striene had met die van St Gheerdenbergh ruzie over beesten en Loper had de beesten zelf zonder onenigheid naar St Gheerdenbergh gebracht; - twist over scheiding te Gheldolf Hacswaert, toen Niclays van Putte een kind was en het goed op hem gekomen was; Loper was toen baljuw; de genoemde mannen regelden een grensscheiding (1292)

Willem van Wieldrecht, Wiscaert van Dubbelmonde, Willem van Dubbelmonde, Wiscaert van den Berghe, Jan van Almensvoete, Pieter van Oechvliet, Boudyn Arendsz, Willem Hughemansz, de Loper en nog 7 ongenoemde, knapen van Claes van Putten heer van Strijen en van de heer van Breda 16 mannen, o.a. Godevaert van Berghen, Wouter van den Houte

sterk verkort

Mathenesse, van | 1329-01-25

Reg Rotterdam en Schieland no 377, 379
Achternamenindex

Adolf bisschop van Luik schrijft aan deken van het kapittel te Beele aan de pastoor te Breda en aan heer Johannes Scureman, pastoor te Kessel, indien zij Theodericus de Mathenesse als erfgenaam van wijlen Theodericus Bokel, Everocker, broer van Theodericus Bokel, Johannes Boues, Johannes Gheldolf, Johannes Jonghe, Matheus baljuw van de stad Geertruidenberg, destijds in Raemsdonc vertoevende, en Johannes Deken, het in de doorgestoken brief aangekondigde heeft aangezegd,en dat zij niet daaraan voldaan hebben, hen in de ban te doen; Johannes pastoor te Breda antwoordt dat hij de twee eerstgenoemden voor de kerk van Ramesdonc in de ban heeft gedaan

1412-07-12 | Oosterhout

Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 91v/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex

scepenen in Oesterhout oorkonden dat Jan Sier alse voocht en momber Henrics zyns broeders kinderen erkent namens deze kinderen verkocht te hebben aan het Sartroysen convent te St Gheerdenberge, 300 roeden beemde lants gelyck dat zij gelegen tussen die Dongha en den Gronendyck oist ende west en tussen des convents erve an beiden ziden zut en noort. Ende vrij met heren thynse. In welken voors. erve brueder Hughe van s Gravensande, procurator des convents voirs. gevest en geerfd is met vonnis en met recht tot behoef van den convent voirs. Ende Note Godevaertsz is waarborge als van der voirs. kinders vaders syde, ende Zebrecht Zebrechtsz als van der voirs. kinderen moederzyde. Oic hebben Jan Sier voirs. en Jan Petersz alse van der zyde der kinderen voirs. Gherit Stepensz en Arnt Stephensz alse van der moder zyde ten heyligen gezworen ende op haeren eedt genomen dat zij op desen tyt gheen beter orbaer en weten met desen erve voirs. tot der kinderen behoef. In kennisse etc bezegeld met onsen zegelen

Gheldolf Haec en Roelof Staessenz, schepenen