1506-02-03 (1505) |

R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Arkel, Putten fol 146

Jaartallenindex

Philips beleent jvr Cornelye van Goir Jordensdochter na dode van haar vader Jorden van Goir met een woning met 8 hont lant te Schelluynen bij de kercke en nog 3 ½ morgen op die Oude Giessen, genoemd die heerlyckheid, gelegen in het land van Arkel. Met Roelof van den Halte als voogd maakt zij dit leen terstond tot lijftocht voor haar man Jacob Gout, Raad en Rentmeester Generael van Noordholland

Driel, van | 1444-10-27

Taxandria 1923 p 256

Achternamenindex

stierf Kathrine Jordensdochter van Driel "Willem Jacobssoen van de Wiel was, aen die minderbroederslach, die sterf op sint Simen en Juden avent. Bit voer die siel", opschrift St Janskerk 's Hertogenbosch

Goor, van | 1506-02-03

R.A.H. Coll Aanw 112 Arkel fol 146

Achternamenindex

jvr Cornelye van Goir Jordensdochter wordt na dode van haar vader Jorden van Goir beleend met een woning met 8 hont te Schelluijnen en nog 3 ½ morgen op de Oude Giessen, de Heerlicheijt, in het land van Arkel; met Roelof van den Halte als voogd maakt zij dit leen meteen tot lijftocht voor haar man Jacob Gout, Raad en Rentmeester Generaal van Noordholland

1559-07

folio 58 L 1557-1561

Transportregister Haarlem

Anna Claesdochter weduwe mr Jan de Grijmde, in zyn leven secretaris dezer stede, met mr Lambrecht Jacobsz, pensionaris derselver stede, hair gecoren voocht te deser saecke, ende Lourys Willemsz als vader en voocht van zyn twee weeskinderen gewonnen bij wylen Lysbeth Cornelisdochter, zyn eerdere huisvrouw, daervoor hij beloofde te waren, als erfgenamen van wylen Joost van Hillegom in zijn leven burgemeester deser stede, voor d'een helft en Luyt Ghysbrechtsz voor hem zelf en voor alle zijn mede erfgenamen van wylen zyn moeder Agnyes Jordensdochter, in haar leven huisvrouw van de voorn. Joost van Hillegom, voor d'andere ½, verkopen aan Pieter van Dorp een huysinge en erve in de Schachelstraat, tussen an d'een zide: Anna Korssendochter, an d'ander zide: Yslant Dircsdochter, Huych Symons weduwe en Cornelis Gerytsz, achter streckende en uitgaende met een poorte in Vranckestege van Kyeten. Belast met 1 sc 1 penn. Pieter van Dorp mag geen licht hebben op Cornelis Gerytsz voors. erve. Ende sal de gote leggende tussen desen huyse en Anna Korssen voorn. uytgaende in de Schachelstraat blyven leggen. Ende voorts in allen manieren als de voors. huysinge en erve de voorn. Joost van Hillegom en Guerte Jordensdochter toebehoort heeft. Koopsom 1000 Kar gld. Gedateerd 15 Juni 1560

Alkemade, van | 1477

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland no 103b/Geëxtendeerde Sententiën 1966 p 418, 192

Achternamenindex

Clemense Pieter Jordensdochter, weduwe van Jacob van Alkemade, gedaagd door Jacob Claesz Leftland (Lesthand ?), verzet in verband met grondrente [te Hillegom]; 1481-07-17: na opheffing van het Parlement wordt deze zaak verder behandeld door de Grote Raad, beroep tegen het vonnis van het Hof van Holland, dat verweerder in het bezit van onroerend goed te Hillegom bevestigd; dit goed was verkocht omdat eiser in gebreke was gebleven een rente te betalen; beroep ongegrond verklaard

Lefthand | 1477

Grote Raad Mechelen Geextendeerde Sententiën 1966 p 418, 192

Achternamenindex

Jacob Claesz Lefthand (Lefhand) contra Clemense Pieter Jordensdochter, weduwe Jacob van Alkemade, verzet in verband met een grondrente [te Hillegom]; 1481-07-17: na de opheffing van het Parlement wordt de zaak behandeld door de Grote Raad. Beroep tegen het vonnis van het Hof van Holland, dat verweerder in het bezit van onroerend goed te Hillegom had bevestigd; dit goed was verkocht omdat eiseres in gebreke was gebleven een rente te betalen; beroep ongegrond verklaard

1538-01-24 (1537) |

G.A. Haarlem no 2144a (of u ?) Lade Z

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat mr Gheryt Harmensz Ramp, priester, opgaf ten vrijen eygen aan Cornelis Basgen Claisz een huis en erf in de Kerkstraat met eenre stege ende poorte bezyden, ter ener: Dirck Claesz Raet, ter ander: Claes van Scoerl, after streckende an Machtelt Jordensdochter met de eigendom van der muyre. Ende voorts streckende an Dyrck die messemaker ende Aernt Jacobsz mit een schure oostwaerts streckende an Aernt Jacobsz voirs. ende zuytwaerts an Cornelis Broersz en Margriet Lambertsdochter, mit noch een bachuse alzoe t betymmert staet, oost: Margriet voirs, west: Dirck voirs

Jan Mathysz en Ysbrant Claesz, schepenen

1464-05-19 (2) |

G.A. Amsterdam Inv B.W. 573a regest 486/Arch Carthuizers bij Amsterdam fol 52

Haarlem Algemeen

scepene in Hairlem oorkonden dat Zweder, Heynric, Claes, Geryt mit Zweders hant voirsz zijns broders ende voichts, ende Jacob, alle Boudyn Albouts kinderen wijens ziele God ghenadich sij, gezamenderhand verkocht hebben aan de Carthuizers bij Amsterdam een zate lants mitter huijsinge ende geboemten die dair nu ter tijt op ende in staen mit allen zinen toebehoren alzo groot ende alzo cleyne als Boudyn Albout voirs. dit int laetste van sinen lijve to behoren plach, gelegen in die prochie van Hairlem ende binnen den ban van Adikendamme, ende belent hebben zuid: mit eygen ende mit erve Jan Jordensz ende Mercelije Jordensdochter tezamen, noord: Wouter Gheijen erfnamen, streckende van der Spaerne westwert an die Vreedsloet. Op verzoek van genoemde broeders zegelt Dirc Jan, schout in den ban van Adikendam, voor hen (vgl 1413-10-22)

Allijn Claesz en Heynric van Hillegom, schepenen

1548-04-25 |

Inv Arch Kerkvoogdij Haarlem no 214/St Bavo Haarlem

Haarlem Algemeen

op heden zijn vergadert geweest ten huyse van Machteld Jordensdochter weduwe Symon Spycker, wonende in de stad Haarlem, en fabryck ofte kerkmeesters van St Baven parochiekerk binnen Haerlem, ter eenre, ende Pieter van Adrichem Florisz uyten name ende als gemachtigt bij brieven van procuratie van zijn neve heer Florys Say van Adrichem, presbiter, pater en confessor van de Regularissen in de Beverwyck, ter andere zijde. Ende bekende gesamentlicken dat de voorn. heer Florys Say in den jare 1536 gefondeert heeft op het hooge altaar der voors. kerke die anderde misse, welke misse hij gedoteerd en begiftigd heeft met de som van 700 Kar die de kerkmeesters toen ontvangen hebben, en die daarvoor alle jaren zouden uitreiken den priester die de voors. anderde misse lezen en celebreren zoude die somme van 24 Kar gld ende die costers der voors. kerke voor dat zij luyden de voors. misse dienen of doen dienen en voor enige andere moeiten: 30 stuver. Dat sedert dien heeeft heer Floris aan genoemde kerkmrs in dienste gegeven een losrente van 4 Kar gld sjaars, losbaar den penninck 16, in 2 brieven waarvan de ene brief die mentie maact van 1 Kar gld sjaars gecasseert is overmits die aflossinge van dien. Omme die voers 4 gld jaerlicx te ontfangen ende weder uyt te reyken den priester die de voors. misse leesen en celebreren zoude in supplement en begrooting van die cleynichheyt van zijn loon, mit welcke misse die voors. kercke nu ter tyd te zeer gegraveert en belast is bij de redenen na verclaert. Zij komen voor het doen van de mis jaarlijks 8 gld tekort. Zij zyn nu met Pieter van Adrichem q.q. geaccordeerd bij tussenspreken van Adriaen Florisz van Adrichem, des voors. Pieters broeder. Kerkmrs zullen terstond aan Pieter tbv heer Flors Say de rentebrief van 3 gld sjaars en nog 16 gld contant teruggeven, waarmede de 1 Kar gld sjaars voors. afgelost is. Verder zullen kerkmrs de 700 gld terugbetalen, waarmede zij ontlast zullen zijn van het doen van de eeuwige mis (transfix 1548-05-04, vgl 1536-09-11)

Martyn Wolfertsz, mr Pieter van Foreest, Gheryt Thomaesz, Pieter uyten Haege Joestenz ende Jan Arisz, fabryck ofte kerkmeesters; get: Pieter van Foreest Corenlisz, Gheryt Thomasz, Martin Vossert, Jan Arysz, get. Adrichem