5 resultaten
Tuyl van Bulkesteyn, van | 1629-04-11
Ons Voorgeslacht 09-1988 p 377
Achternamenindex
leen van Amstel: no 45) Jacob van Tuyl van Bulkesteyn doet hulde voor Arnout Adam van Wassenaer en Duvenvoorde die beleend wordt met 6 £ uit zwijnsbede te Weesp en Weesper karspel
1560-02-08 | Maarssen
Leenregister Huis ten Bosch bij Uitermeer 138 bis afd 2 fol 21v, fol 5
Jaartallenindex
vrou Gheertruyt van Liere als voogdes over haar onmondige zoon Anthonis van Duvenvoorde als collateur van een beneficie gelegen in den kercke van Maerssen op OLVr outaer, oorkondt in rechte erfpacht ghegheven hebben aan Cornelis Diericksz Schipper ende synen naecommers wonende tot Maerssen, 2½ hont lants daer secker huys ende bepotinge op staet, belend oost: OLVr outaer, west: Heyndrick Gherytsz, streckende vuyte Vecht tot an den Heerwech die men gaet nae Maerssen Veenen. Wel verstaende dat Cornelis Dircxz sal betalen in handen van dengheenen diet beneficie bedient ofte sijne nacommers alle jaers, 4 Kar gld 4 stuvers erfpacht, ghelyckerwijs men alle jaers tot desen daege toe ghedaen heeft. Aantekening onderaan fol 21v: Cornelis Ghysbert die Bruck, vyef merghen, 3½ gld, Tuenes Aeriasen in Zasiel karspel, 2 morghen, 2 gld, Dierck Huijech van sijn hofste 6sc, Pieter Ghijsbert vyef morghen 8 gld (twee dezelfde akten)
1491~ |
R.A.H. Coll Aanw 518 E fol 16/Leenregister Egmond E
Jaartallenindex
Leenmannen van Purmerend: Dirck Jansz, wonende tot Amsterdam, ende hem Pieter Johan Thijmasz laest voor hem te voldoen soe wes ander mannen doen; Dirck Jansz in Purmerland; Jan Pietersz van Lantsmeer; Pieter Jacobsz van Lantsmeer; Griet Jansdochter van Broek; Jacob Pietersz Jan Wolfsz, van Purmerende; Lysbeth Jan Maijertsz, oudste zuster, huisvrouw van Jacob Claes van Broek; Haes Heynendochter, wonende te Amsterdam, heeft Dirc Jansz voor geloft; Pieter Pietersz van Sijbe moet oock te komen tussen dit en doi saten na Karspel agter bij Hoorn, onse Hemelvaerts Jan Wybrantsz van Purmerland, gelegen agten ende bij Hoorn [!!]; Luijd Rembrantsz van Purmerland is ut doen sijn Dirck Claes Piettersen van leenlande an de Muyden borger te Oostzanen; Pieter Claesz van Werder te Rarop te seynden daer nae een man verleend is geheten Ruij; item Walraven heeft leengoed van ons, is niet verleend, ende woont tot Midledam ende te volgen ut facit reprobatur
1451-08-14 (1) |
R.A.H. Coll Aanw 516 A fol 28v-33/Leenregister Egmond A
Jaartallenindex
Willem heer van Egmond oorkondt, alsoo juffr. Otto van Egmond heren Willemsdochter onse lieve geminde nigte, mit haar gecoren momber, mit hare vrije wille, overmits enen steden erfcoop voor haar ende haar erven opgedragen heeft Johan van Blanckenfoort, haren swager, tot behoef onser erven en nakomelingen, alsulcke state, huysinge, bouwinge, wintmolen ende goede als onse nichte juffr. Otte voors gecoft heeft t' Egmonde Johan van Apeltheren, in den karspel van Boningen gelegen, bescreven ende bepaelt naer uytwijsinge der rechtbrief daerof: 1) een stuck land buyten der neerwetering gelegen, groot 9 morgen 2 hont en 36 roeden, belend noord: die nije watering, zuid: Arnt Geijkenst (!), oost: juffr. Otto voirs, west: Pieter Vijgen erve, 2) de Korte camp gelegen op te Nieuweteringe, groot 3 morgen 1 hond en 11 roeden Egmonder mate, belend oost: Kouters slagh, west: die camp voirs, zuid: Lambert Sluijter, 3) een stuck land gelegen tussen die oude weteringe, ende nieuwheeldenweerschencamp, groot 28 morgen 51 roeden, belend oost: Koutersslagh, west: Johan Hol ende Otte ende Goert van Boningen, 4) een stuck land geheten op Ghene lange hoiren, groot 10 morgen 26 roeden, belend oost: die gemene straet, zuid: Johan van Gayen, Willem van Santwyc, west: Dirck Willemsz, noord: Johan Hol heur Henrick Dyck [Dirc ?] Willemsz [?]
Herlaer, van | 1568~
W Moll en JG de Hoop Scheffer: Studien en Bijdragen Historische theologie p 333, 339, 341
Achternamenindex
Noordholland in het Geuzenjaar, naar de verhoren in het Belgische Rijksarchief: - (p 333) Warmenhuizen, 1566-10, toen Loef van Herlaer baljuw was, is gebeeldstormd (sedert 1567 is Joost van Veen baljuw etc); verder genoemd: Willem Ysbrantsz, kapellaan van Schoorl, Adriaen Cornelisz die de predikant met zijn wagen ingehaald had, pastoor heer Reijer die op zijn Geusch begon te preken hoewel de heer van Brederode het verboden had, Pieter Jansz Snoick, baljuw van Egmond Harlar, Pieter Jansz, schout; (p 339): Dierik van Geldorf van Herler, schout van Egmond binnen en de Hoef, 33 jaar oud en 9 jaar schout, zegt dat op het huis te Egmond is geweest wijlen de heer van Brederode, de graaf van Egmont, om de Berger- en Egmondermeer te bedijken (....) en verklaart dat de abdij van Egmont en het slot ongedeerd gebleven zijn; Pieter Ossewijer, kapellaan te Egmond, oud 40 jaar, 2 ½ jaar vice cureit zegt dat Loijs Fransz [=Lodewijk Frnasz] tegenwoordig om zijn koopmanschap in Duitsland is, voor wijnen te Straatsburg, en zich niet met de nieuwigheid bemoeit; Jan Vermeije, pastoor van Oud-Karspel, preekt nog steeds Katholiek hoewel Loeff van Herler, hem geraden had de dienst wat te laten cesseren, idem heer Frederik Viti, pastoor van Harinckcarspel
Holland, Merwede