Bedoelde u soms?
keije | keijler | keijser | keizer | keuijer | koeijen | kueijters | kuijper

10 resultaten

1592-12-16 | Overveen

Arch Grote Gasthuis Haarlem no 70/25, 70/26
Jaartallenindex

schout en schepenen in de ban van Overveen, Tetroede en Aelbertsberge oorkonden dat de gasthuismeesters van St Elisabethsgasthuis in een eeuwige erfpacht verpacht hebben aan Jan Kueijer een morgen lants in de ban van Overveen, door Jan voorn. belend aan beide zijden, streckende voor van de Herenwech tot aen de wildernisse ende Catwyckercroft toe; op denzelfden dag geven zij in erfpacht aan Marcus Snaet van Tielt, 1½ hont lants te Overveen, daer hij Marcus Snaet een wint olymoelen op gestelt heeft, belend zuid: de Zylwech, noord: de Cathuysers buyten Amsterdam, west: t gasthuis zelve, oost: die huyzinge genaemt Nuts mits en toebehorende Reijer Heynricxz molenaer, fugityff ende latitant. in dorso: 1626-02-10 gesplitst volgens accoord

Engbert Melisz Prins, schout, Baert Claesz en Willem Jansz, schepenen

1583-02-12

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 36
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Overveen etc oorkonden dat Anna Kueijersdochter, geassisteerd met haar zoon Jan Pieter Kueijer als voogd, overmits haars mans absentie, mitsgaders Jan Gerritsz van Hillegom, Adriaen Symonsz Kueijer en Stijn Ruijven weduwe Jan Symonsz, geassisteerd met de voors. Adriaen Kueijer als voogd, erkennen schuldig te zijn aan Wigger Claesz Cousebant, brouwer, een losrente van 6 Kar gld sjaars. Onderpand: ½ van 5 morgen lands daar haar huys op staet, noord: die Croft, zuid: Tonis Jansz, oost: Adriaen van Berkenrode, west: die kinderen van (wijlen) Pieter Jansz Raet. Dit onderpand wordt gesteld door Anna Kueijersdochter. Vervolgens stelt Stijn Cruijven (!) tot onderpand een stuk land genaemt "Verloren Kost", groot 1½ morgen, zuid en oost: Willem Dircsz Deijman, burgemeester van Haerlem, noord en west: mr Maerten Bitter

Dirck van Bronchorst van Batenburg, schout, Cornelis Dammisz en Jan Jansz, schepenen

1586-08-27

R.A.H. O.R.A. 1062 fol b
Transportregister Bloemendaal

rol gehouden bij de schout van Overveen: de weduwe van Barent Heijndricxz molenaer met Hans Taemsz contra Anna Kueijersdochter; Cornelis Florisz Voer.. contra Jan Jacobsz duinmeier; de schout van Overveen als transport hebbende van Fransoys Berckman contra de weduwe van Pieter Claesz, eertyts waert in de Hoijbarch; de schout contra Adrijaen Kueijer; Jan Claesz van Schoten contra Pieter Jansz Koudehorn; Marytje Cornelis van Amstelredam contra Baert Claes Baertsz.z

1584-10-06

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 63
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Overveen oorkonden dat Cornelis Jansz, inwonende poorter van Haerlem, erkende verkocht te hebben aan Jan Matijsz, linnewever, als man en voogd van Kateryn Claesdochter, Jan Antonisz als man en voogd van Cornelia Claesdochter, Neeltgen en Alijt Claesdochteren tesamen, een stuk lands groot 3½ morgen in de ban van Overveen, genaemt de Koekoek, zoals hetzelfde door Willem Joesten moutmaker gebruikt is geweest, zuid: Adriaen van Berkenrode, west: een seecker stuk land, toecomende enige Amsterdammers, noord: die Doetkamp, oost: zeeker land geheten Borderlant, toecomende Anna Kueijer (vgl 1584-12-04)

Dirck van Bronchorst van Batenburg, schout, Krijn Jansz en Willem Jansz, schepenen

1582-02-20

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 21
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Overveen etc oorkonden dat Jan Mathijsz de linnenwever, poorter van Haarlem, als man en voogd van Styn Claesdochter, tevens vervangende zynre huisvrouwen drie jonge susteren, tesamen erfgenamen van wijlen hun moeder Maryten Gerritsdochter, erkennen t.o.v. de weesmeesters der stad Haarlem als oppervoogden van de 3 kinderen, verkocht te hebben en deswege schuldig te zijn aan Elisabeth Gerritsdochter, poorteres van Haerlem een losrente van 6 Kar gld sjaars. Losbaer met 100 Kar gld, onderpand: een stucke lants in de ban van Overveen, oost: die kinderen van Jacob van Huessen ende Anna Symonsdochter Kueijer, zuid: Adriaen van Berkenrode, west: die erfghenamen [! voors. ?], noord: die Doetcamp

Dirck van Bronchorst en Batenburg, schout, Pieter Willemsz en Jan Jansz, schepenen

1583-09-28

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 49
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in de ban van Overveen oorkonden dat Pieter van Blanckeroert Cornelisz, schepen der stad Haerlem, erkende verkocht te hebben aan Gerrit Willemsz Bol van Overveen, wonende in die Vogelesanc, eerst een vervallen hofstede met omtrent 7 mad land daartoe behorende, gelegen in den Vogelesanck, belend nu ter tyt zuid: Jochem van Rinsdorp [Rendorp], poerter van Amstelredamme, noord: die weduwe van Pieter Bertholomeusz Koeijer, oost en west: die wildernis. Ende noch een crofte ofte een stucke lants, groot 2 morgen 5½ hont, ghelegen besijden den Anderen Houdt in de banne voorn, oost: die voors. Pieter Kueijer huys en erve, met die erfgenamen van Joest van Hillegom, zuid, zuidwest en west: die wildernisse, noord: de voors. Pieter Kueijers weduwe. Belast met 5£ 15sc goets gelts op de vervallen hofstede te erfhure. Ende nog 24 st erfhuur sjaars op de voors. corft, groot 2 morgen 5½ hont

Dirck van Bronchorst en Batenburg, schout, Pieter Cornelisz en Thonis Jansz, schepenen

1587-01-22

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 86
Transportregister Bloemendaal

Dirck van Bronchorst van Batenburg, schout, Cornelis Pietersz en Baert Claes Baertsz, oeck mede Dirck Dircksz, schout tot Hillegom ende Jan Heyndrick Willemsz en Dirk Al[bertsz ?], schoudt ende schepenen van den dorpe van Overveen, Tetrode etc, ende oock mede van Hillegom, oorkonden dat Gerrit Willemsz Bol, van Overveen, wonende in de Vogelesanc, ende Pieter Cornelisz alias Pieter Langeneel, van Aelbertsberch, erkennen verkocht te hebben en schuldig te wezen aan mr Pieter van der Hoech en joffrou Cataryne van Dorp, een jaarlijkse lijfrente van 25£ Vls per jaar, uit te betalen binnen Haerlem. Losbaar met 200£ Vls. Onderpand gesteld door Gerrit Willemsz Bol: een vervallen hofstede met 7 maden lands daartoe behorende, gelegen in de Voghelesanc in de ban van Overveen, belend zuid: Jochim Rindorp, burger der stad Amsterdam, noord: de weduwe van Pieter Kueijer, oost en west: de wildernis. Ende noch een croft ofte stuck lants groot 2 morgen 5£ hond gelegen besijden den anderen Houdt in de ban van Overveen, oost: Pieter Kueijers huys met die erfgenamen van Joost van Hillegom, zuid en zuidwest: die wildernis, noord: Pieter Kueijers weduwe. De voorn. Pieter Cornelisz stelt tot onderpand 5 morgen te Hillegom, noord: de weduwe van Dirck Claesz, zuid en zuidoost: de zoon van Floris Bol, west: de schouwatering. "Op huijden soo is mij secretaris van Tetrode gebleken dat de inhoud van deze bij de nagelaten weduwe van Philips Claesz opten 9e Juli 1635 aan Gerrit Gerritsz van der Weelt als administratie hebbende van jhr Pieter van Endegeest is voldaen en afgelost, ende oversulcx alhier geroyeert den 9 Juli 1635"

1585-11-30

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 78
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Overveen etc oorkonden dat de broers Claes Pietersz Doeren en Borrit Pietersz Dornen, en Nanning Jansz Deijman als man en voogd van Gryetgen Doren Pietersdochter, zuster van Claes en Borrit, allen poorters van Haerlem, om alle onenigheid en kwesties die tussen hen zouden kunnen rijzen te voorkomen over de gemeenschap die zij tesamen hadden, ende een zeker stuk land in de ban van Overveen, groot bij meting van mr Pieter Bruijning 2062 roeden 3 voeten. Zij verdelen dit land: a) Claes zal hebben voor zijn ⅓ deel de noordzijde van dit land, b) Nanning het middelste deel, c) Borrit de zuidzijde, elx in die groete van 687 roeden. Claes zal een notweg hebben over het land van Nanning. Ingeplakt: op huyden den 21 Febr 1606 compareerde voor mij Balthazar Cornelisz, schout van Tetrode, Adryaen Willemsz secretaris van Haerlem, ende heeft voor mijn verklaart van een bor[g]tochtbrief gepasseert was ten behoeve van de voors. Aeryaen Willemsz op eenen Borrit Pietersz Dooren op t lant nu toebehorende Jacob Jansz tot Hamburch, gecasseert was en voor nul gehouden. Actum op datum als boven. Ende was gepasseerd in den jare 1588 bij Dirck van Batneburch, schout aldaar

Dirck van Bronchorst van Batenburg, schout, Jan Pietersz Kueijer en Gerrit Dircksz Slinck, schepenen

1585-05-27

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 73
Transportregister Bloemendaal

schout en schepenen in Overveen onder die heerlicheyt van Brederode, oorkonden dat Joffrou Anna van Sparwoude, wonende tot Haerlem, met Michiel van Woerden, als gecoren voogd, erkende verkocht te hebben aan Magdalena Backens, weduwe van Jan Gerritsz van der Nyenburch als grootmoeder en voogdesse van Maijken, nagelaten weeskind van Nycolaes van der Nyenburch, jegenwoordig oud wesende omtrent 12 jaren, een jaarlijkse losrente van 18£ 15 schell van 40 gr Vls per jaar. Onderpand: ½ van zekere hofstede genaemt Bollenhofstede, liggende in de jurisdictie van Overveen

Dirck van Bronchorst en Batenburch, schout, Cornelis [Dammisz] en Jan Pietersz Kueijer, schepenen in Overveen

1586-01-28

R.A.H. O.R.A. 1062 fol 80
Transportregister Bloemendaal

schepenen in Haerlem, schout en schepenen in de ban van Tetrode en Overveen oorkonden dat Claes Pietersz Doorn, poorter tot Haerlem, opgaf Reymburch Claesdochter, weduwe van Heijnrick Symonsz, van Aemstelredam, een stuk land groot 7 hondt, t welk gedeeld en afgescheiden is voor ⅓ part uit en van een stuk land in t geheel groot 3 morgen 3 hont, welk ⅓ part belend is zuid: Nanninck Jansz Deijman x Grietgen Doern Pietersdochter, noord: de erfgenamen of nazaten van Dirick Willemsz van Zantvoort en Dirick Frans, van Overveen, oost: die Berchkamp, west: die Heerwech. Reymburch zal haar notweg hebben over het land van Nannick. De comparant verbindt voor de vrijwaring ½ van een huys en erve waarvan de andere helft aan zijn schoonmoeder Hillegond Pietersdochter, weduwe van Symon Dircx, toebehoort binnen Haerlem op die Oude Graft, op de hoek van de Raecx, aan de ene zijde: de zelve Raecx, onder den huijse gaende, de andere zijde: de huijsinge van Cornelis van Hattem, achter streckende an de huysinge van Aernt Zegersz. Tot meerder zekerheid stelt zich nog borg de voors. Hillegond Pietersdochter met Franchoys van Caverson als voogd, als principael schuldener van de voors. Claes Pietersz Doorn, haar zwager [= schoonzoon]

Willem Dircsz Deijman en Jacob Ysbrantsz, schepenen in Haerlem, Dirck van Bronckhorst van Batenburch, schout, Gerrit Woutersz en Jan Pietersz Kueijer, schepenen in de ban van Tetrode en Overveen

Haarlem