Jan Louwerensz | 1504-11-09

G.A. Haarlem Inv I no 1633/Cartul H. Geest Haarlem fol 62

Voornamenindex

Jan Louwerensz aan H. Geest te Haarlem "Volickweij" in de ban van Oesdom. Gebruict Claes Zweersz om 7 R gld en 3 stuvers per jaar, noord: Evert Jansz met land dat nu Willem Heyn bruict, oost: dat Akerland, zuid: Nannetges land, west: Jan Meynen, Danel Dircsz

Borssele, van | 1367-02-14

Codex Dipl Neerl serie 2 dl 2 p 189 en 190

Achternamenindex

Boudiin Lauwenz belooft bij ede aan Floris van Borselen, hem met raad en daad te zullen bijstaan, en niets tegen hem te zullen ondernemen; 1367-05-12: eenzelfde belofte van Clais Louwerensz

bezegeld door: Pieter Wolfaerdsz cureit in Cloetingen, Wouter Hughemansz, Gillys Heynrixsz, Willem van Poortvliet mijn neve, Boudijn Jansz; Wouter Hughemansz, Boudijn Lauwerensz minen broeder, Gillis Heynricksz

Poortvliet, van | 1367-02-14

Codex Dipl Neerl serie 2 dl 2 p 189, 190

Achternamenindex

Boudiin Lauwenz belooft bij ede aan Floris van Borselen, hem met raad en daad te zullen bijstaan, en niets tegen hem te zullen ondernemen; 1367-05-12: eenzelfde belofte van Clais Louwerensz

bezegeld door: Pieter Wolfaerdsz cureit in Cloetingen, Wouter Hughemansz, Gillys Heynrixsz, zijn neef Willem van Poortvliet, Boudijn Jansz; Wouter Hughemansz, Boudijn Lauwerensz minen broeder, Gillis Heynricksz

1496-09-09 |

R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Kennemerland fol 23 (fol 13)

Jaartallenindex

hertog Philips beleent Joost Aerntsdochter met de helft van Claes Remskenscamp, haar aanbestorven bij dode van Claes Dircksz, hoir moeyen zoon. Tot een onversterfelijk erfleen, binnen achtersusterkint niet te versterven, te verheergewaden met een goede snoeck of 5 schell Holl. Hulde doet voor haar haar man en voogd Jan Louwerensz

present: Ingelram de Jonge, Dirck van Bekesteyn, Adriaen Willemsz

1467-03-03 |

G.A. Amsterdam Weeskamer Amsterdam Lade 22

Jaartallenindex

schepenen in Amsterdam oorkonden dat mr Dirck Claesz, clerck, mijt zijn gecoren voecht Peter Andrijesz, quijtschold tot een vrij eigen aan zijnen broder Willem Claesz, sulk landt als hij leggen heeft in die ban van Oosdorp, gemeen myt zijnen broder Willem voirn, dair naist bij gelant zijn west: Simon Jan Claes Louwerensz, oost: Simon Jansz van Hairlem (vgl 1466-08-08)

1504-11-09 |

G.A. Haarlem Inv I no 1633/Cartul H. Geest Haarlem fol 62

Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Jan Louwerensz erkende verkocht te hebben aan de H. geest te Haerlem een stucke lants gheheten Volickweij gheleghen in den ban van Oosdom ende ghebruijct nu ter tijt Claes Zweersz om 7 R gld en 3 stoters sjaers, daer naeste lenden of zijn oost: dat Akerlant, zuid: Nannetgens lant, noord: Evert Jansz lant dat Willem Heijn nu ter tijt bruyct, west: Jan Meijnen en Danel Dirricksz

Cornelis Bolle van Zaenden Willemsz en Floris Bolle Albrechtsz, leenmannen

1490-06-27 |

G.A. Amsterdam Weeskamer Amsterdam Lade 1

Jaartallenindex

schepenen in Amsterdam oorkonden dat heer Tyman Claesz, priester, met zijn momber Thaems Martsz, verkocht heeft aan Jacob Louwerensz ⅔ deel van een made lants gelegen in den ban van Sloterdijck, daer naest bij gelegen sijn oost: Peter Cilling [Silling], west: Jan Claesz van Hoppen, streckende voer van die Ye tot after an den Dwersvennen toe, 't welck heer Dirck Engelsz lant plach te wesen. Hij stelt tot onderpand een huis en erf te Amsterdam (vgl 1490-05-27, 1491-05-29)

1452-04-17 | Velsen

G.A. Haarlem Inv I 1633 fol 40v/Cartul H. Geest Haarlem

Jaartallenindex

Jan Jansz oorkondt dat hij verkocht heeft aan Jan Wal de smit 8 akkers zaetlants geheten Wackerscroft, gheleghen in den ban van Velzen, belent zuid: Claes timmerman, noord: Dirrick Jansz ende Barthelmeus Louwerensz, oost: die beeck ende dwerslant, streckende westwaerts an die Twent, alsook bepaelt is, ende in desen 8 ackeren is een acker gheleghen die langher is meer dan die helfte langher dan eenich van de anderen ackeren, ende die memorije tot Velzen heeft op te helfte van dese selven langhen acker staende 3 sc sjaers jaerlixe rente ende die ander helft van desen langheren acker is abtslants, ende huert men jaerlicx om 3 sc. Daar Jan Jansz zelf geen zegel heeft, zegelt zijn vader Jan Symon Sassenzoon voor hem

1470 (27) |

R.A.H. Coll Aanw 147 fol 62v, 63

Jaartallenindex

(vervolg) Dordrecht: Ysbrant v.d. Colstr 4 £, Cornelis Louwerensz 45 £, Thomas Gerytsz voor het hospitaal van St Jan 24 £; (fol 63) mr Adriaen v. Driesscher 10 £, le père dudit Adriaen 9 £, Jan van Nienkercke -, Gysbrecht Woutersz au pays d'Altena 6 £, Jan Vastartsz 3£ 10sc, Floris v.d. Tempel .., Jacob Nemory IV ..£, Cornelis Jansz pour Pieter Annocque 50£, Claes Dammasz 10£, Jacob van Dobben 22£, Jacob Heinricsz van Duijstburch 7£, Jan Willemsz 3£ 10sc, Claes Gerritsz 6£, Jan van Steenbergen 40sc, Dammas Foppenz 7£, Joosse de Ryswyc 46£, Pieter van Slingelant 18£, Jeronimus Willemsz 9£ 10sc, Jan de Winde 4£ 10sc, mr Jan Albrechtsz 4£, Swaen Berthoudsdochter en haar zuster 6£; (fol 63v) Jacob Pot 220£, Adriaen Hugenz 6£, Gysbrecht Duyc Martinsz 6£, Adriaen Dircsz 100sc, Jan de Roisendale 20£, Willem van Brakel 26£ 5sc. Somma 627£ 10sc

1539-05-10 |

R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Putten, Arkel fol 84

Jaartallenindex

keizer Karel beleent jvr Catharina Laurensdochter, weduwe van Lenart Boon Vranckenz, in leven onse tolnaer van Geervliet, na dode en makinge van de voors. Lenart Boon: 1) vier vierendelen van de helft van den gehelen lande van Cathendrecht met de ambachtsheerlijkheid, 2) vier vierendelen van de helft van der huysinge, hofstede, woninge, potinge, dijcken, uitgorssen, aenwassen, leen van Putten, onversterfelijk erfleen, 3) ¼ deel van ¼ deel van 96 morgen lands, gelegen in een landeken geheten Catendrecht, 4) mitsgaders ¼ van ¼ deel van alsulcke huysinge, hofsteden, boomgaart, bomen en potinge, als op die dycken aldaar binnen ende buiten daerop staende zijn , 5) ¼ deel van ¼ deel van een camp lants, groot 4 morgen, gelegen in Catendrecht, geheten den Oostcamp, liggende langs aen den Oost Schinkel, streckende van den Sluysvliet achter aen den ouden dycksloot, alsoo breet als hij daer gelegen is, 6) ¼ deel van ¼ deel van der ambachtsherenrecht van deze voors. landeken van Catendrecht, leen van Putten, erfleen. Voor jvr Catherine doet hulde Jan Louwerensz (vgl 1538-06-09, 1536-06-14)

leenmannen: Cornelis Barthouds, Vranck van den Hoeve, Willem Criep