Maarssen, van | 1390-01-16

Ons Voorgeslacht 09-1988 p 385; Libro III fol 124

Achternamenindex

leen van Amstel: no 63) 3 morgen land bij de wildernis van Bylmerbroec aan de Bancmeer, gemeen met Ruysch Arnoutsz, belend noord: de leenheer, zuid: de papenprove van Ouderkerk, west: de Bankmeer, zuidwest: het Abcoudermeer, 1390-01-16: Claes van Maersen voor Willem van Maersen met ledige hand; 1392-05-01: Claes van Maersen bij dode van zijn vader oude Willem van Maersen; 1415-02-17: Willem van Maersen na dode van zijn vader Claes; 1440-10-17: Jan Willem Claesz van Maersen alias Jan van der Haer na dode van zijn vader; 1428: (no 203) Claes Coedinc Jan Broec Willemsz.z. bij dode van zijn broer Willem Jansz

1459-09-12 |

Ms Opstraeten III fol 1267/Gaasbeekse lenen II fol 4v, 5

Jaartallenindex

Huge van Loenresloot van Maersen: ⅓ deel van ½ van ⅔ van 11 morgen lants daer Jan van Wyck en Sweder Dircxz van Maersen in datselve weer in gelant sijn in Abcoude. Bij kinderloos overlijden van Hugo te komen op zijn broeder Jan "ende nae Jans doot op Catharina haer beyder zuster Dircx dochter van Maersen, die Dirck had bij joncfr. Jutte sijn wyve Hugedochter van Loenresloot". Ende hiernae Catryn van Loenresloot Jans wijf van uten Hamme. Willem van Maersen dat ⅓ deel van ½ van 22 morgen in Abcoude, onderdeelt met Reyer van Wyck en Hugo ende Jan van Maersen, des voorn (in margine: mr Willem ende) Willems broederen. Daerna sijn dochter Alyt van Maersen

present: Albert van Teylingen Simonsz, Willem van Maersen; Hugo van Maersen, Albert van Teylingen Simonsz

1460-03-21 |

Ms Opstraeten III fol 1283/Gaasbeekse lenen II fol 30

Jaartallenindex

Jan van Loenresloot Dircxz van Maersen: ½ van ⅔ van 11 morgen, daer Jan van Wijcx erfgenamen, ende Willem ende Huge van Maersen in tselve weer mede ingelant syn [in Abcoude]

present: Jan van Suylen van Natewisch, Frederic uten Hamme

1518-03-04 |

G.A. Monnikendam Inv no 154/Diversorium Galileaconvent fol 46v

Jaartallenindex

schepenen in Amsterdam oorkonden dat Stijn van Maersen mit mr Jan van Maersen, haer soen ende voecht in desen, Jacob Jan Berensoenszoen, Jan Jacobs Jans Berenssoensz ende mr Jan van Maersen voern, hoeren vier vierendelen, erkent schuldig te zijn aan Verdouwe ende Lijsbeth Pieters Reijsersdochteren, 9 currente gld jaerlicse losrenten op een huijs en erve in die Gansoert, belend noord: Jacop Muijs, zuid: Stijn voorn.

Ystans [?] Claesz en Cornelis Banning, schepenen

1463-01-10 |

Ms Opstraeten III fol 1289/Gaasbeekse lenen II fol 35

Jaartallenindex

Huge van Loenresloot van Maersen, nae dode sijns broeders Jan van Loenresloet Dircxzoon van Maersen, ½ van ⅔ van 11 morgen [te Abcoude], daer Jan van Wyck ende Sweder Dircxz van Maersen in t selve weer lants mede in gelant sijn. Stervende Huge sonder kinder te erven op Catrina, sijnre suster, ende nae Catrynen doot op haer soon Dirck Sloijer. Te verheergewaden met ½ vierendeel halff botter

present: Ernst Taets van Amerongen, Henrick Knoep

1451-05-23 |

Ms Opstraten III fol 1245/Gaasbeekse lenen fol 6

Jaartallenindex

Willem van Maerssen t rechte ⅓ deel van ½ van 22 morgen onderdeelt met onse neve Jan van Wyck, ende Huge ende Jan van Maersen, des voorn. Willems broeders, gelegen in Abcoude, des proosten gerecht van St Peters, Willem voirs. bij dode sijns broeders Sweders van Maersen aengecomen ende aenbestorven. Met ½ vat botter [te verheergewaden]. Ende noch 4 morgen aldaer by dode syns broeders Sweeders. Ende lyftocht Willem van Maersen voirs. zijn wijve Avesoete Willem Berniersdochter

present: Jan van Jutfaes, Cornelis van Zuydoort

Maarssen, van | 1127-10-02

v.d. Bergh I no 113

Achternamenindex

bisschop Godebald bepaalt de marktplaatsen te Utrecht, onder zijn getuigen-ministeriales Mentetus en Goeswinus van Maersen, broers

Maarssen, van | 1494-03-15 (1493)

R.A.H. 110 Afd Sticht Utrecht fol 8, 5

Achternamenindex

Jooste Dircksdochter van Maersen wordt na dode van haar oudere zuster Jooste Dircxdochter van Maersen beleend met 6 morgen te Abcoude bij der Holendrecht aan de Groenendijck; hulde doet haar gecoren voogd Adriaen Willemsz de Wilde; zij draagt dit leen vervolgens op tbv Alijt meester Conraet Stael, Joosten natuurlijke dochter, die er vervolgens mee beleend wordt; hulde doet haar neef Jan Duijst; vervolgens maakt zij dit leen tot lijftocht voor haar moeder Joost Dircksdochter van Maersen

getuigen: Jacob Clamp, Jan Wijnantsz, Jacob Adriaensz, Willem Jacobs van Assendelff natuurlijk zoon, onze leenmannen

Ruysch | 1390-01-16

Ons Voorgeslacht 09-1988 p 385

Achternamenindex

leen van Amstel: no 63) 3 morgen land bij de wildernis van Bylmerbroec aan de Bancmeer, gemeen met Ruysch Arnoutsz, belend noord: de leenheer, zuid: de papenprove van Ouderkerk, west: de Bankmeer, zuidwest: het Abcoudermeer, 1390-01-16: Claes van Maersen voor Willem van Maersen met ledige hand

1531-09-12 | Maarsen

Leenregister Huis ten Bosch bij Uitermeer 138bis fol 15

Jaartallenindex

Aernt van Duvenvoerde Ghysbrechtsz oorkondt dat Willem van der A hem heeft opgedragen 2 ½ morgen land te Maersen in die mate, belend boven: die costerije tot Maersen plach te syn ende nu ter tyt Pieter Ruijs waener [?] toe behoert, beneden: die Rijn. Ende noch ½ morgen lands, opstreckende van dese voerscr lande aen de Vechtdijck, belend boven: Willaem selve, beneden: de Rijn, en dat hij Cornelis Ghijsbertsz hiermede heeft beleend tot een onversterfelijk leen tot een Suytfenschen rechte. Welk land belast is met 3£ was jaarlijks tbv de kercke tot Maersen (vgl 1555-03-12)

Gherlof Gherijtsz, Maerten Ghysbrechtsz, leenmannen