5 resultaten

1518-03-16 (1517) |

R.A.H. Coll Aanw 242 fol 404/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex

op huyden is bij den Hove geordonneert ende geauthoriseert Pieter Mathysz, schout van Medemblick, overmits gebreken aldaer vallende int exereeren ende administreren van der justitie, dat hij van wege den Koning als grave van Holland zal kiezen en nemen twee van de vier vredemakers in Oostwoude, ende 2 andere van de 4 vredemakers in Wervershove, ende daertoe Arys Pouwelsz, Maerten Dircsz en Jacob Pietersz, maicken tesamen 7 personen om scepenen der stede Medemblick te wesen, die voors. personen van Oostwoude ende Wervershove bliven noch thans vredemakers van de voors. dorpen

1536-09-02 |

R.A.H. Coll Aanw 246 fol 169v/Mem Hof van Holland
Jaartallenindex

gehoort bij den Hove van Hollandt dat rapport van de commissaris geordonneert omme te hoiren die ingelande op Catwoude buyten den nyeuwen dam ende Catwouwerdyck ofte die van Haecxwijc ter eender-, ende de schout van Catwoude ende die van Monickendam ter andere zijde, nopende het haelen ende betalen van de aerde daer die voirs. van Catwoude ofte Haecxwyck haer dijck mede maicken. Het Hof ordonneert dat de dijk in questie sonder dilay opgemaakt sal worden met aerde die de voors. van Haecxwijck sullen mogen hallen buytten sdichs omtrent haren dyck daer die van Monnickendam hem dat wysen sullen etc

1517-02-21 (1516) |

A.R.A. 490 no 252/Sent. Hof van Holland
Jaartallenindex

erfgenamen van wijlen Claes Corff impetranten van zekere brieven van maintenie contra Adriaen Dirixszoon, scout van Alckmair en Willem Brouwer, gedaagden, roerende die recrancie van der visscherye van den Quackelbrugge mit hoeren toebehoeren binnen der stede van Alckmair, die impetranten in erfpachte hebben van Z. Ko. Maj., contenderende daervan in duechdelike possessie te wesen ende dat die gedaichden hemluyden daerinne barbacie (?) gedaen hadden mits dat hunlieden belieft zoude hebbe een visscherye te maicken onder die steenen brugge bij Voshollen huys voir aen de voirs. Quackelbrugge. Het Hof ontseyt die impetranten t mandement in cas van attemtaten bij himluyden begeert, doet of de sequester bij den Hove gestelt ende adjugeert de voors. Adriaen Diricsz gedaichde als officier van den Coninck die recreantie angaende die visscherije van den steen brugge daer questie off is, ende condemneert de impetranten in de costen

1502-03-21 (1501) (3) | Heemskerk

Arch Marquette no 1106/Cartul Assumburg no 127
Jaartallenindex

(vervolg) 5) een stucke landts gelegen in den ambachte van Heemskercke ende wijlen Dirick van Assendelft onsen saligen vader joncheere Johan grave tot Nassouwen [vander van Engebrecht] van zijnen vrijen eigen goeden opgedragen heeft, ende gelegen zijn achter Diricx huyse voors, ende geheten zijn Vredericsvenne ende belent heeft zuid: Huyge van Diemens erfgename, noord: Dirck van Assendelft voorn. met Duvenne, oost: Merten Willemszoons landt, west: Dirck voors. mit zijnen cleynen boemgaert; 6) 9 mergen landts ende 4 mergen, maicken tesamen 13 mergen landts gelegen in Maeslant ende wijlen Dirick Bertoutszoen van Assendelft van onsen saligen ouders te leen te houden placht. Hij wordt beleend met al deze lenen, behoudens de lijftocht die vrouwe Alydt van Kijfhoeck, weduwe van heer Claes van Assendelft, ridder, moeder van de bovengenoemde Gerrit, daarop heeft. Daar Geryt nog "binnen zijn mondigen jaren is" heeft Pieter Hanneman, zijn rentmeester, hulde en manschap gedaan

1516-12-23 |

Kroniek Hist Gen jg 1848 p 219/Arch 5 Kapittels Utrecht
Jaartallenindex

1517 copie also an bysschop Ffrederik ghescreven zyende. get. Philips Hosz, waarbij hij verzoekt de voldoening zowel van de aan Adolf neef van Herman van Lokhorst geleende als aan hem [bisschop Frederik] voorgeschotene gelden, betreffende de laatstgenoemde gelden als hebben bij 300 mijlen van hyer voor hem gekocht "eyn guede nye marteren" voor 62 Hong. gld, alsmede enige "gulden huber" voor 18 Hong. gld, ook een stuck silvers voor 28 gouden gld. Dat hij daarenboven voor hem had gekocht voor wel 100 gld "zoebelen", voor welke som hoewel eindelijk voldaan zijn, hij "twewerff ut Lyttauwen ende Ruijssen" vergeefs heeft moeten rijden, wysschelen maicken ende knecht senden uit ende in "boven 1000 mylen". Dat hij door heen en weer reizen van Pfortzheim ende Baden naar Wijk bij Duurstede en Vollenhoven vele onkosten gemaakt heeft, dat hij hierdoor is verpligt geworden alles te verkopen. Nu hij vernomen heeft dat de bisschop binnenkort in stilte het Sticht zal verlaten, verzoekt hij hem te deken (denken ?) aan zyne "zyell ende furstliche woerden" en hem te geven wat hem toekomt, te meer daar hij hem als schrijver 6 maanden lang op eigen kost, lijf en leven in den Kleefschen oorlog heeft verzeld, de bestorming van Gennep heeft bijgewoond, ende "soe wal als ander ritere ende krijchliede geavontuert heeft, waarvoor hij niet meer dan 12 gouden gld heeft ontvangen en nog 36 gouden gld te vorderen heeft. Indien zijn vorderingen (o.a. 138 gouden gld 8 st geleend geld) niet worden voldaan, zal hij daar overal ruchtbaarheid aan geven