5 resultaten
1517-05-21 |
R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 179v
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat Ysaack Mertinsz hem opdroeg ½ van 10 morgen lands, gemeen liggende met der jonckvrouwe van der Burch in den ambachte van Monster bij Quinshole, tbv mr Jan van Utrecht Jacobsz, die er volgens mee wordt beleend tot een onversterfelijk erfleen
mr Barthout van Assendelft, Lenaert Boon Vranckez, Cornelis Berthout, leenmannen
1496-12-29 |
R.A.H. Coll Aanw 110 Caput N.H. fol 68
Jaartallenindex
Philips beleent Martin Evertsz van der Polle na dode van zijn oom Jan Mertinsz van der Polle met 4 ½ morgen lands in Snoddelwairt bij Oudewater, zuid: de Yssel, oost: Jacob Gherytsz met land en erve, noord: die Linschoten, west: Ghysbrecht Hermansz en Gerrit Taedsen weduwe met haar kinderen mit eygen en erve. Tot een onversterfelijk erfleen
present: Ingelram de Jonge, Jan van der Zevender, Dirck van Boneem
1524-09-09 |
R.A.H. Coll Aanw 116 Caput Vriesland fol 40-41v
Jaartallenindex
Karel oorkondt dat voor de president v.d. Raad in Holland mr Nicolaus Everardi in absentie v.d. stadhouder-genraal, Gerrit Dircsz opdroeg tbv Adriaen Mertin Adriaensz, nu ter tyd onse schouts van Texel sone, de navolgende percelen leen: 1) een hofstede met vier hondert lants gelegen tot Burch in onsen lande van Texel, belend zuid: Dirrick Rippersz, west: Ysbrant Guttez en Wouter Dircsz, oost en noord: Oge Nannincxz, 2) 2 stukken land geheten Hoperen in onsen lande van Texel, oost: Ysbrant Coenenz, zuid: Alart Haijenz, west: Gerrit Jansz, noord: Willem Gerritsz. Vervolgens wordt Adriaen Mertin Adriaensz met deze percelen beleend. Daar hij onmondig is, doet zijn vader Merten Adriaensz alias schout Merten de eed voor hem. Vervolgens draagt Mertin, onse schout van Texel, over tbv zijn zoon Adriaen Mertinsz, alsulcke een huysinge ende cogge staende tot Backum, als hij van de grafelijkheid in leen hield. Adriaen wordt hiermede beleend tot een onversterfelijk erfleen, en zijn vader doet de eed voor hem. Op 1539-05-31 doet Adriaen Mertin Adriaensz zelf de eed
leenmannen: mr Tielman van Dullekem, Raad v.d. reeckeninge in den Hage, Jacob van der Wiele Adriaensz, Vincent Dammas, Cornelis Barthouds; 1539-05-31: heer Zegelyn van Elveringen heere tot Hofwegen, ridder, Cornelis Bertouts, Willem Criep, Anthunis le Bucq
1417 (9) |
Thesauriersrekening Haarlem 1157 bergnr 174
Haarlem Algemeen
(vervolg) deze 41 schutten hadden elcx 1 knecht 10 dagen lanc: Jan Wouter Galenz, Symon Gysbrechtsz, Jan Neckenz, Aernt Pouwelsz, Henric Hone, Aernt Claisz, Lottyn Luytgenz, Symon Louwenz, Jan Schody Florisz, Weent Petersz, Jan Clais Diertsz, Jan Claisz vleyshouwer, Diert de zeilmaker, oude Jan, willem Dircsz, Willem Luttekins, Bertout Lottynsz, Jacob Tymansz, Godevert Ponssenz, mr Gherijt barbier, Dirc Henricsz, Dirc Willem, Pieter Heynenz, Pieter Dircsz, Clais Heynenz, mr Amelger, Ysbrant van Schoten, Andries ontgelt, Andries sceepmaker, Peter Laen, Gheriit Dullert, Floris Jan Florisz.z, Gheryt Jelisz, Willem Herc [Hert ?], Clais Jansz van Hillegom, Willem van Polsbroec, Willem Rodetgensz, Claes van Zaenden, Jan Dircsz kannemaker, Peter Wisse, Vrederic Jan Brawenz (fol 36). Deze 9 schutten waren ut elx mit 1 knecht 4 dagen: Henric Matheusz, Evert Hugenz, Clais Symon Scarpincsz, Berwout Jan Beresz, Dirc Ave, Jan Peter Claisz, proper Jan, Henric Claisz, Symon Jacop (fol 36v). Willem Herts, scip; Aernt Claisz, scip; Claes Mertinsz, scip; Andries Claisz, scip (fol 37-38v)
1470 (33) |
R.A.H. Coll Aanw 147 fol 71, 71v, 72
Jaartallenindex
(vervolg) (fol 71) Reyner Claasz 10sc, Jacob Ogiers 4 £ 11sc, Adriaen Dircsz 24sc, Adriaen Aerntsz 60sc, Pieter Claesz de Rotterdam 8sc. Rynland: Willem van Alkemade te Alphen 100sc, Ysbrant van Oesthusen à Oegstgeest 30sc, Marie Jacobs te Coudekerke 40sc, Gerrit Jansz te Naeldwijk 40 sc, Ysbrant Jansz te Alphen 60sc, Adriaen Wilelmsz 10sc, Dirck Egbertsz te Wassenaar 7sc, Floris Jansz te Reynsburg 50sc, Alyt Jacobsdochter te Reynsburg 117 sc 6d, Jan Lambrechtsz te Reynsburg 26sc, Willem Willemsz 30sc, Symon Willemsz van Bretten 5sc; (fol 71v) Matheus en Heyn Jacobszonen 20sc, Jorge Dircsz 2sc, Jan Jansz te Bodegraven 16sc, te Naeldwyc: Doede Jansz 37sc 7d, Henric Jansz 4£ 10sc, Jacob Pietersz 7£ 10sc, Floris Aerntsz 45sc, Pieter Willemsz 30sc, Cornelis Gerritsz 52sc 6d, Jan Aerntsz 30sc, Dirc Heije 60sc, Wouter Jansz 15£, Jan Gerritsz 25sc, Jan Claasz 6£, Wouter Gerritsz 30sc, Berthelmeus Henricsz 22sc 6d, mr Dirc Gysbrechtsz 60sc, Claes Hughenz 60sc, Floris Hughenz 24sc, mr Arnoud Feutkinsz 30sc, Pieter Florisz 6£ 15sc; (fol 72) Huge Willemsz, Wassenaer 28sc, Dirc Carelsz, Naeldwyc 60sc, Claes Jansz, Wassenaer 16£ 5sc, mr Dirc Mertinsz 100sc, Eewout Willemsz, Noortich 7 sc, Pieter Jansz, Wassenaer 26sc, Pieter Claesz 7sc, Willem Willemsz 14sc, Andrien Heinricsz 6sc, Jehan Aelwynsz 50sc, Willem Willemsz 5sc, Aelwin Claesz 8sc, Arent Willemsz 20sc, Dieuwer Claes Liclaesdochter 12sc, Wouter Gerritsz 28sc, Aelwyn Jacobsz 6sc, Jan Andries Symonsz.z 13sc, Alijt Aelwynsdochter 20sc, Geryt Dirc Kempenz 10 sc, Mathys Hugen 52sc, Geryt Dircsz 13sc, Aelwijn Pieters 20sc