10 resultaten
1419-06-20 | Sandoel
Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 20 (120 ?)/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
schepenen in Sint Gheerdenberghe oorkonden dat voor ons en voor onsen richter gecomen is in eenre gebannen vierschaer, Jacob Noij en overgaf met eenre vryer ghifte Pauwels Schaert die ene ½ van den gehelen huyse ende erve met al zijn toebehoren, gelegen op ten Zandoel, dat Jans van der Heyden was in t laatst van sinen lyve, op die ene side: Stieven Fiers [Siers ??] huys en erve, op die ander side: Laurys Gherytsz erve was, streckende van der banwateringe van Raemsdonc totten Hairsloot toe. Voert gaf Jacob hem op met eenre vryer ghifte die een helft van den gehelen bogaert met zynen toebehoren, gelegen op die een side: Peter Weert Meeusz dyk, op die ander side: die voirs. banwatering. Ende noch gaf Jacob in derselver vierschaer Pouwels voorn. op met eenre verghyenissen een erve met zynen toebehoren dat Jan Peter Tielenz plach te wesen, gelegen opten Zandoel voirs, op die een zide: die voorn. bogaert, op die ander zide: dat voirs. vrij lant neffens die wateringe. Met vrywaring, behoudelic den chynse zyns rechts. Des is waerborge Aernt Moelener Jansz ende Jacob geloeft Aernt deswege schadeloes te houden. "Noch den brijef van ½ van den huse opt Zandoel" (vgl 1423-11-03)
Godscalc Banninck Jansz en Dieric Jansz, schepenen
1416-09-29 | Sandoel
Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 fol 120/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
schepenen in St Gheerdenberghe oorkonden dat Wouter Arnt Boudensz.z opgaf met eenre verghyenisse [aan] Willem Henricsz, die barbier, dat geheel huis en erve dair Arnt Boudensz ut versterf, gelegen op den Sandoel ⅛ deel in den gehelen huis en erve voirs. min, tussen op die een side: Heylwien Aernt Boudensz dochter huis en erf, op die ander side: Heyn Godevaertsz huis en erve. Vrijwaring, behoudens de chyns die erop staat. Bezegelt met onsen zegelen anno 1416 op St Michielsdag. "Noch den brief van dat huys op t Zandoel" (vgl 1319-10-31)
Aernt Moelener Jansz en Jacob Noeij, schepenen
1393-12-05~ | Vraechel sub Oosterhout
Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 II fol 100v/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
"den brief van 4 lopen rogs op Jans goet van der Aelst, die mede tohoren op die goede in den brief van 7 zesteren rogs die ons heer Willem van Duvenvoorde gaf, staende op O. 9. Voir dese vier staen acht in den principalen brief voor welke vier dit lant nae uutgegeven is". Schepenen in Oesterhout doen cond dat Jan Jansz van der Aelst in erfpacht genomen heeft tegen de Carthuizers bij St Gheerdenberg, 3 lopen saets lands gelegen tot twee stukken in die Vrachelsche acker ende neven Dircs land van den Dyck, sjaars om 4 lopen rogs erfpachts. Belast met sheren thyns. bezegeld door schepenen anno 1393 des Donresdages voor St Nicolaesdach (fiche zonder datum)
Henric van Loen en Dieric die moelener, schepenen
1398-05-27 | Waspik
Cartul Carth Raamsdonk anno 1518 II fol 102/Carthuizers St Geerdenberg
Jaartallenindex
"den brief van 4 achtendeel rogs op 1 ½ geerden lants in Cleyn Waspyck die Claes van Beest cocht". Schepenen in St Geerdenberg oorkonden dat Zybrecht Woutgheersz als richter in den ambacht van Cleyn Waspick en met hem Bouden die Voicht, Jan die Ryke, Arnt Willemsz en Geraert Godevaertsz als heemraders des ambachts voirs, verklaren dat voor hen Jan Heynmansz opgaf ten behoeve van Claes van Best, 1½ gheerden lants gelegen in een weer lants dat Heymans Scoutkens placht te zijn, gelegen in den ambacht voirs, ten oosten: Jan Heynman Scouten zoens lant, ten westen: Jan Scherpincs lant. Claes van Best geeft vervolgens dit land weer in erfpacht aan Jan Heynmansz elx jaars om 4 achtendeel rogs. Hij stelt bovendien nog tot een onderpand: drie geerden lants gelegen in Groot Waspyc in een weer lant dat Jan Heymansz daer heeft in een weer lants daer hy nu op woent op ten oesteren kant, ten oosten: Aernt Willemsz lant, westen: Geerbrant Heynmansz lant. Bezegeld door schepenen anno 1398, 27 Mei
Aernt Ubbe en Jan Moelener Willemsz, schepenen in St Geerdenberg
Haven van der | 1363-09-11
Ned Leeuw 04-1935 p 109
Achternamenindex
Sweder van Abcoude, heer van Gaesbeek, Putten en Strijen beleent Heinri de Jonghe Melysz met 24 bunder land in de Zwaluwe, die Maes van der Havenen waren, en Hoescht Jans Wittenz van Maes verkregen heeft; bij zijn overlijden zal dit land komen op de kinderen die hij heeft of zal krijgen bij zijn vrouw Ghertrude Hoesche Jan Wittenz dochter
Roelof de Coc, ridder, Jan die Moelener Jansz, rentmeester v.d. lande van Putte en Stryenen, Jan Aernoutsz van Abbenbroek, Heinrich Aernoutsz van Drenckwaert, Ocker Dirxsz
Cock, de | 1363-09-11
Ned. Leeuw 04 1935 p 109
Achternamenindex
Sweder van Abcoude, heer van Gaesbeek, Putten en Strijen beleent Heinri den Jonghen Melysz met 24 bunder land in de Zwaluwe, die Maes van der Havenen bij tijden waren, en Hoescht Jans Wittenz van Maes vorghe verkregen heeft
Roelof de Coc, ridder, Jan die Moelener Janss, rentmeester v.d. lande van Putte en Stryenen, Jan Aernoutssoen van Abbenbroeke, Heinrich Aernoutssoen van Drenckwaert, Ocker Dirxsoen
Abcoude, van | 1363-09-11
Ned Leeuw 04-1935 p 109
Achternamenindex
Sweder van Abcoude heer van Gaesbeek, Putten en Strijen beleent Hendrik de Jonghe Melysz met 24 bunder land in de Zwaluwe, die van Maes van der Havenen waren, en Hoescht Jans Wittenz van Maes verkregen heeft; bij zijn overlijden zal dit land komen op de kinderen die hij heeft of zal krijgen bij zijn vrouw Ghertrude Hoesche Jan Wittenz dochter
Roelof de Coc, ridder, Jan die Moelener Jansz, rentmeester van het land van Putte en Stryenen, Jan Aernoutsz van Abbenbroek, Heinrich Aernoutsz van Drenckwaert, Ocker Dirxsz
Jonge, de | 1363-09-11
Arch Nassau Domeinraad I fol 133/Ned Leeuw 04-1935 p 109; Reg Rotterdam en Schieland no 854/Reg Putten en Strijen mette houten borden fol 254
Achternamenindex
Sweder van Abcoude, heer van Gaesbeek, Putten en Strijen beleent Heinric de Jonghe Melysz met 24 bunder land in de Zwaluwe, die Maes van der Havenen waren, en Hoescht Jans Wittenz van Maes verkregen heeft; bij zijn overlijden zal dit land komen op de kinderen die hij heeft of zal krijgen bij zijn vrouw Ghertrude Hoesche Jan Wittenz dochter; 1363-10-15: hij krijgt in leen 12 gaarden land in het kerspel van Cathendrecht bij de windmolen, belend oost: Hughe Jacobsz
Roelof de Coc, ridder, Jan die Moelener Jansz, rentmeester van het land van Putte en Stryenen, Jan Aernoutsz van Abbenbroek, Heinrich Aernoutsz van Drenckwaert, Ocker Dirxsz
Drenkwaard, van | 1363-09-11
Ned. Leeuw 04 1935 p 109
Achternamenindex
Sweder van Abcoude, heer van Gaesbeek, Putte en van Strijen beleent Heinri den Jonghen Melysz met 24 bunder land in de Zwaluwe, die Maes van der Havenen waren, en Hoescht Jans Wittenz van Maes vorghe verkregen heeft
Roelof de Coc, ridder, Jan die Moelener Jansz, rentmeester van het land van Putten en Stryen, Jan Aernoutsz van Abbenbroeke, Heinrich Aernoutsz van Drenckwaert, Ocker Dirxz
Abbenbroek, van | 1363-09-11
Ned Leeuw jg 04-1935 p 109
Achternamenindex
Sweder van Abcoude, heer van Gaasbeek, Putten en Strijen beleent Hendrik de Jonghe Melisz met 24 bunder land in De Zwaluwe, die van Maes van der Havenen waren en Hoescht Jans Wittenz van Maes verkregen heeft, bij zijn overlijden zal dit land komen op de kinderen die hij heeft of krijgen zal bij zijn vrouw Ghertruden Hoesche Jan Wittenzdochter
heer Roelof de Coe, riddere, Jan die Moelener Jansz., rentmeester van den lande van Putte en Strijen, Jan Aernoutssoen van Abbenbroeke, Heinrick Arnoutssoon van Dronckwaert, Ocker Dirxsoen