1545-09-06 |

R.A.H. Coll Aanw 120 Caput N.H. fol 399v

Jaartallenindex

jvr Maria gravinne van der Marcke en van Arenberg wordt na dode van haar broer jhr Robbrecht grave van der Marck en Arenberg, beleend met die overtocht tot Voorburch mit sulken nutschappen en profyten als daertoe staan. Te houden tot een onversterfelijk erfleen. Fop Willemsz, rentmeester van Naaldwyk, legt de leeneed voor haar af

leenmannen: Pieter van Halmael, Cornelis Barthouts, Willem Criep

1484-03-27 (1483) |

R.A.H. Coll Aanw 108 Caput Arkel etc fol 12/Reg Max. Philips fol 4

Jaartallenindex

Max. en Philippus belenen Gillis van Valckesteyn Willem Symonsz.z den dienst van lantmeeter te zijn van allen den lande ende polres, die binnen den lande en heerlijkheid van Putten gelegen zijn, mit alsulcke nutschappen en profyten, emolumenten ende opcomingen en vervallen als daartoe staende ende gewoenlic is. Leen van Putten te houden tot een erfleen. Heergewade: een stoop Rynwijn. Vervolgens draagt hij deze dienst over aan Reyner Willemsz dier er tenslotte mede beleend wordt

present: Gerrit van Abbenbroek, Jan van Rietvelt, Claes van Ruyven

1526-08-02 |

R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Vriesland fol 4, 5

Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Thiart Bourmannia, ridder, Raad ordinaris des keizers in zijn Raad van Vriesland, opdroeg tbv vrouwe Maria vrouwe van Sevenbergen, Nyencoop, Noordeloos: t land van Schellinck in hoge, middele en lage jurisdictie met allen renten, nutschappen en profyten. Met het verzoek om vrouwe Maria hiermede te belenen. Op 1527-07-18 beleent Karel vrouwe Maria met dit leen tot een onversterfelijk erfleen. Hulde doet voor haar Aernt Jansz van der Sluys als haar gemachtigde (vgl 1527-07-05)

Vincent Dammas, auditeur v.d. camer v.d. rekening , Gerrit van Loo, clerck ord. derselver camer, Cornelis Barthoud Jansz, Anthone le Bucq, leenmannen van Holland. Bezegeld door Gerrit van Loo en Cornelis Barthouds, daar Vincent Dammas en Anthone le Bucq geen zegel gebruiken, zij ondertekenen de akte; 1527-07-18: mr Barthout van Assendelft, secretaris ordinaris van den Rade van Holland, Cornelis Berthouts, Willem Pietersz Criep

1437-10-04 |

R.A.H. no 97 fol 77v/Lenen Margaretha van Bourgondië fol 40v

Jaartallenindex

hertog Philips oorkondt dat hij zekere open brief gezien heeft waarin Margaretha van Bourgondië gaf aan haar secretaris Daniel van Nyenwail dat schoutambacht van horen alingen lande van Texel, na dode Harman Palstaveren, ende oick alinghe die wildernisse mitten duynen ende die handtghiften ende anders hoe die ghenoemt syn mogen van selven horen alinger lande van Texel mit horen huyse ende boemgaerde ter Burch, na doode van Florys van der Boechorst Willemszoen, met alle nutschappen, profyten die daartoe behoren, voor zijn leven, dd 1436-11-11. Hertog Philips confirmeert vervolgens deze brief

1507-06-10 |

R.A.H. Coll Aanw 113 Caput N.H. fol 29

Jaartallenindex

Karel beleent Symon van Swieten Hugenz na dode van zijn vader Huge Huigenz van Swieten met: 1) die oude hefsanden gelegen tussen Vlieland ende die nieuwe hefsanden, met alle nutschappen en profyten, uit.. (?) de Zeevanck daer aff hy tot aller tyden onse rentmeester van Texel tot onser behouff goede bewysinge en rekeninge wert gehouden te doen, 2) 12 morgen in het ambacht van Hasertswoude tot een recht leen, 3) een tiendeken bij de stad Leiden in den ambacht van Zoeterwoude, streckende van Rodenburgerlane ter stede waert tussen den Ryn ende de Leytsche Vaert die men tot Delft vaert

present: Dirck van Boneem, Adriaen de Milde, clene Jan Bruyn

1440-03-20 (1439) | Purmerend

R.A.H. Coll Aanw no 100 fol 151v

Jaartallenindex

hertog Philips oorkondt dat heer Geryt van Zijl, ridder, hem heeft opgedragen tbv onsen getrouwen raad ende camerling heer Johan heer van Montfoorde het slot, stad en dorp van Purmereynde ende Neck mitter vrijer heerlycheit, hooge, middel en lage, water, windt, wage, thyns, thienden ende mit allen anderen hoiren toebehooren. Item die ambochtsheerlycheit ende dagelix gerechte van Purmer, Purmerlant ende Ylpendam, streckende also verre als die ban dair af gelegen is, mitten ghiften van der kercke, schout en schepene aldaer te zetten ende anders mit allen nutschappen ende profyten ende vervallen daertoe behoorende. De heer van Montfoort wordt hiermede vervolgens beleend tot een erfleen, te verheergewaden met een goede heeckt of 20 schell Holl daarvoor

1543-12-06 |

R.A.H. Coll Aanw 122 Caput Vriesland fol 74, 75v

Jaartallenindex

leenmannen van Holland oorkonden dat Dirrick van Leeuwen opdroeg tbv Janne Coock, volgens brieven van octrooi door den keizer aan Cornelis van Bergen, heer van Zevenbergen, bisschop tot Ludick, op 1540-03-13 verleend, "die oude hefsanderen, gelegen tussen wielandt ende die nieuwe hefsanderen met alle nutschappen en profyten uytgenomen de zeevond, daarof hij tot allen tyden den rentmeester van Texel goede bewysinge en reeckeninge gehouden wordt te doen". Zoals Dirk tot nu toe ten rechten leen gehouden heeft. Met verzoek om Jan Coock hiermede te belenen. Op 1543-12-08 beleent de keizer Janne Coock met dit leen "die oude hefsanden, gelegen tussen Wielant ende die nieuwe hefsanden" [betreft het eiland Eyerland bij Texel] behalve de zeevond. Te succederen op zoons of dochters, doch niet in de zijlinies (vgl 1541-03-13)

leenmannen: Joost de bastaard van Brederode, Claes van Adrichem

1505-04-29 |

R.A.H. Coll Aanw 111 Caput N.H. fol 246

Jaartallenindex

Philips oorkondt dat onse lieven en getrouwe ridder heer Adriaen van Poelgeest hem opdroeg tbv onse geminde Huge van Swieten, 2 percelen van lenen, te weten: 1) die oude Hofzanden gelegen tussen Vlyelant ende die nieuwe hofszanden, met allen nutschappen ende profyten daer of komende, uytgenomen die zeevanck, 2) ende hiertoe 12 morgen lands in den ambachte van Hazerswoude die de voors heer Adriaen ten rechten leen hield. Daar de voors. Hugo van Swieten getroude sonen heeft waarop die voors. rechte lenen kunnen succederen, ende de voors. heer Adriaen van Poelgeest geen zonen heeft, heeft Hugo hierover moeten accorderen met de rekenkamer en met de thesaurier generaal. Tegen betaling van 100£ gr Vls zal hij met deze rechte lenen beleend mogen worden. Vervolgens wordt hij beleend (vgl 1504-08-14)

present: Dirck van Boneem, Reynier Willemsz, Huge Gysbrechtsz, cleene Jan Bruijn

1565-01-31 (1564) |

R.A.H. Coll Aanw 135 Caput Kennemerland fol 65v en 66v, oud 16v

Jaartallenindex

koning Philips oorkondt: dat wij achtervolgende seeckere brieve van accorde ende opdrachte bij ons verleent Maximiliaan de Cock edelman van onsen lieven en getrouwen neve, ridder van onser ordenen, heeren Lamoraal van Egmont, Prince van Gavre, grave van Egmond etc, gegeven binnen onser stad van Brussel dd 1564-11-06 l.l, verlijt ende verleent hebben Maximiliaen de Cock de hefsander [?] genaempt t Eijerlant gelegen tusschen Vlielant ende nyeuwe Heffsander, met alle nutschappen, profyten daerof comende, uytgenomen de seevond, daer of hij tot allen tyden onsen rentmeester van Tessel t'onsen behouve gehouden wert, bewijsinge ende reliqua te doen t'onsen profyte, als t selve al breder in de brieve van accorde verklaert staet. Te houden tot een recht leen. Ende gemerckt de voorn. Maximiliaen De Cock uijten lande na Spangien getrokken is, soe heeft ons hulde en manschap gedaan mr Adriaen Numan, onsen Raad ende meester van onsen rekenkamer, daartoe door Maximiliaen gemachtigd bij missive dd 18 januari l.l. Op 1565-06-05 doet Maximiliaen de Bloys dict de Cock bovengenoemd, zelf de eed (vgl 1564-01-18)

mr Gerart Reynou, mr Cornelis de Jonge, mr Jan van Dam, mede onse Raden en meesters van onse Rekenkamer; 1565-06-05: mr Cornelis Suys, here van Ryswyk, President en Stadhouder van de lenen in Holland, mr Reynier Monis, Raad en Proc. Gen. bij het Hof van Holland, Joachim Cornelisz van Myerop, leenmannen

1558-10-24 |

R.A.H. Coll Aanw 466 fol 87/Leenregister Brederode fol 61

Jaartallenindex

eigenhandig testament van Gheryt Aelbrechtsz, liggen ziek te bedde (volgens octrooi dd 1540-03-12, [lees: 42/41]): 1) de nog onverdeeld in de boedel aanwezige goederen van wijlen zijn huisvrouw Elisabeth Claesdochter blijven buiten deze beschikking; 2) van zijn lenen maakt hij aan Jan Jansz van Bancken de hofstede van Rodemburgh, mitten boomgaard en mit 2 morgen lants, mitte laen ende mit andere nutschappen daertoe behorende, gelegen bij der stede van Leyden, oost, west en zuid: het clooster van Rodenburg, noord: Gherijt zelve, mit Dirck Jacobsz. Binnen 6 weken na de dood van de testateur zal hij dit leen moeten verheffen. Hij mag het verkopen, waarna hij ⅓ deel van de koopsom moet uitkeren aan Maghtelt Aelbrechtsdochter, huysvrou van Dirck Jacobsz, die bij niet-verkoop ⅓ van de vruchten van dit leen behoudt; 2) testateur verkocht vóór datum deser aan Jan Jansz van Bancken die lenen leggende op de Rijpwateringe, groot 2½ morgen, leen van Brederode, voor 350 Kar gld, te betalen in het jaar 1559. Hij draagt zijn exec. test. op om het dit leen op te dragen, het geld moet in de boedel komen; 3) de goederen hem aangekomen van Dirck Claesz Gel, te weten 16 hont lants bij der Waddinge, nu in gebruik bij Jan Pietersz van Rossum, en nog ander goed zal Machteld voors. vooruitnemen, waerjegens de 4 kinderen van wijlen zijn broeder Claes Aelbrechtsz weder hebben sullen uijt sijn portie van de goederen en de voors. gemene boedel so veel de goederen van Dirck Claesz gecomen bedragen sullen; 4) tot zijn erfgenamen in zijn andere goederen institueert hij Machteld voors. voor de ene helft, en de voors. kinderen van wijlen Claes Aelbrechtsz in de andere helft. Tot zijn executeurs benoemt hij Michiel Jansz, wijntapper, Jan Jansz van Bancken en Claes Cornelis Jan Roelofsz, huijs sittenmeesters van St Pancrasparochie alhier [Leiden]. Eodem die wordt dit testament door Pieter Claesz, onder-secretaris der stad Leiden ter hand gesteld aan notaris Schuijten (vgl 1542-03-12, 1559-04-18, 1558-11-19, 1560-06-23)

in presentie van heer Geryt Claesz Goel [Gael ?] en Cornelis Michielsz W