1440~ |

R.A.H. Coll Aanw 465 fol 91/Leenregister Brederode fol 47v

Jaartallenindex

Reynalt heer tot Brederode oorkondt dat Reynalt Walravensz uit zijn eigen goed heeft opgedragen een stuck lants geheten dat vierendeel van der Hoijck gelegen in den ban van Marcken, ende belent heeft oost: Peter Henricsz, oost (!): Jan Dircsz. Hij wordt er vervolgens mede beleend tot een onversterfelijk erfleen, te verheergewaden met een roode sperwer [zonder datum, ± 1440]. In margine: item dit voers. lant heeft mijn heer van Brederode Margriete Reynersdochter opgecomen was geeygent, actum 1487-02-08

mannen: Gijsbert van Vyanen van Rijsenborch, Willem van Wael, Gysbert van Bloemendael

1497-03

folio 59v LIII 1495-1498

Transportregister Haarlem

Gherijt Harmansz als man en voogd van Duve Claesdochter en Claes Henricsz als man en voogd van Geertruid Claesdochter, lyen dat Zijbrant de Coninck hen voldaan heeft van de erfenis van hun beider huisvrouwen, opgecomen van Dirck Claesz hoer beyder huisvrouwen broeder, die in Engelant gestorven is

1499-10

folio 57 XLVII 1498-1501

Transportregister Haarlem

Jan Jansz Bruijn, de brouwer, lijt dat Alijt Henric Gerytsz weduwe, zyns wijfs moeder, hem voldaan heeft van de erfenis die hem in naam van Zwaen Henricsdochter, doen zij leefde zijn wyve, de voors Alyts dochter, opgecomen en aanbestorven is bij dode van Henric Gerytsz, zyns wijfs vader

1601-06-13 |

G.A. Haarlem Recht Arch Inv no 82/I fol 12

Haarlem Algemeen

Quirijn Heeren als man en voogd van Anna Cornelisdochter transporteert aan Jan Dircsz Druijfvesteijn een rentebrief van 16 £ 7sc 6d sjaars, losbaar met 262 £, die aan zyn comparants huisvrouw opgecomen es bij overlyden van haar vader Cornelis Jansz Besem, sprekende ten laste van Cornelis Jansz, Broer, metselaer

1457-01-03 (1456) |

Arch Kerkvoogdij Haarlem Inv no 186 fol 73 regest 150/Cartul Zeven Getijden Haarlem

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Dirck Allaertsz transporteert aan Jacob Dyelofsz, Claes Gherijtsz, Pieter Jansz ende Henrick Gerytsz tesamen alle die erfnisse ende goede, roer ende onroer die him opgecomen ende anbestorven zijn bij der doot van zynen oom Geryt Allaertsz, waar ook gelegen binnen Haerlem en daerbuiten

Geryt Pietersz van Benninckbroeck en Jan van Spanckeren, schepenen

1493-11

folio 68 XLIX 1492-1495

Transportregister Haarlem

Jacob Jansdochter, mater van Magdalenenconvent, met Jacob Engbrechtsz als voogd, lijt dat Willem Pietersz t convent voldaan heeft van al t geen t convent in de naam van Alyt Pietersdochter, professide suster in t voors convent opgecomen en aanbeatorven is by dode van Katrijn Pietersdochter, doe zij leefde hoer beyder zuster, en dit om 14 R gld eens

1460-02-04 (1459) |

Arch Kerkvoogdij Haarlem Inv no 186 fol 17v regest 179/Cartul Zeven Getijden Haarlem

Haarlem Algemeen

schepenen in Haarlem oorkonden dat Duyve Jan Claeszweduwe met haar zoon Pouwels Jansz als voogd, erkende dat de canteriemeesters en de H. Geestmeesters te Haarlem haar voldaan hebben van alle zulke erfenisse ende goeden die derzelver Duyve opgecomen en anbestorven zyn bij de dood van Fye Roedinck Jacobsz wyf, hoere nichte, daer God die ziele of hebben moet

Geryt van der Meer en Claes Lieve, schepenen

1507-01-27 |

Oude Hof Alkmaar no 76

Jaartallenindex

Jan Jansz, schout in de ban van Haerlemmerliede, oorkondt dat Symon Jansz voor hemzelve, en Angnyese Henrick Jansz weduwe met Melis Jacobsz de cuyper, als haar gecoren voogd, gelyeden dat sijluyden die mater en gemene zusteren van t oude Hof te Alkmaar, in volle betalinge ende voer de alinge uytcoep van de erfenisse en goeden die t selve convent uyten name van Hillegont Jansdochter, medezuster in t voors. convent, opgecomen en aanbestorven zijn bij dode van Hillegont Claes van der Meeren wijf, gegeven hebben tot een vrij eigen, een stuk land gelegen in de Waert in de ban van Haerlemmerlyede, belend noord: Andries van Foreest, oost: Ysbrant Pietersz, zuid: Aechte Pieter Heynricsz dochter, west: die zusteren van Zyl

Dirck Havicxz, Steven Gerritsz, schepenen en tuygen. Daar Jan Jansz, schout voorn, zelf geen zegel heeft, verzoekt hij zijn vader Jan Reijnsz voor hem te zegelen

1524-06-22 | Themaet

Leenregister Huis ten Bosch bij Uitermeer 138bis fol 11

Jaartallenindex

Arent van Duvenvoerde Gysbrechtsz oorkondt dat Cornelis die Ridder hem verthoent dat mijn oem Johan van Duvenvoerde, Raet der Kon. Majesteit in zijnen Hove van Holland, in mijnre absentie hem verlijt ende verleent hadde sulcke 3 mergen lants als him opgecomen ende anbestorven waren bij dode van zijn vader Jan de Ridder, die ze van den huize ten Bosch tot Utermeer te leen houdt, gelegen opt Themaet, belend: die Nouwerna, ter andere zijde: Hughe van Aemstel. En dat hij hem verzocht heeft zijn huysfrou jvr Wendelmoet daaraan te verlijftochten. Arent consenteert in de belening hem door zijn oom gedaan en tevens in de lijftocht voor zijn huisvrouw jvr Wendelmoet. Daar Arent geen zegel gebruikt, zegelt zijn voorn. oom voor hem (vgl 1500-09-30, 1543-06-28)

1616-10-31 |

G.A. Haarlem Recht Arch Inv no 82/I

Haarlem Algemeen

Frans Adriaensz, smalwercker, transporteert aan Borrit Pietersz Doorn ½ van een losrentebrief van 225 gld capitael en 14 gld 1st en 1 oortgen sjaars, bij mr Jacob Claesz Franchoise schoolmeester tbv Dyewer Adriaensdochter van Adrichem op 1607-08-20 voor schepenen van Haarlem gepasseerd, vermogens de doorgestoken brief, van welke rentebrief Pieter Adriaensz hem comparants broeder de wederhelft competeert, als hen tesamen opgecomen en verstorven door doode en overlyden van wijlen mr Jan van Adrichem