1529-07-09 |

Ms Opstraeten dl III fol 1425/Gaasbeek

Jaartallenindex

Geertruid Alfertsdochter: 1 morgen metten huijse die daerop staet te Abcoude. Hulder: haer zoon Jacob Pelgrumsz

present: Egbert Croeck, Johan van Roden

1527-05-08 |

Ms Opstraeten dl III fol 1414/Gaasbeek fol 20

Jaartallenindex

Geertruijt Alfertsdochter na dode van haer nicht Geertruijt Mathys Borgersdochter: 1 morgen lants met een huijsinge daeropstaande te Abcoude proostije gerechte. Hulde doet haer soon Jacob Pelgrumsz

Joost van Lent en Aernt Mom

1565-07-12

folio 112

Transportregister Haarlem

Claes Pelgrumsz, houtcoper, verkoopt aan het St Elisabethsgasthuis een huis en erf in de Gasthuijsstraet, aen d'een zide: mr Quiryn Dircsz, aen d'ander: Lenaert de Hagenaer, achter streckende an Florys Jansz. Koopsoom 120 Kar gld

1580-02-18

folio 11v

Transportregister Haarlem

Claes Oly Pelgrumsz verkoopt Jan Pietersz, schoelapper, een huis en erf op Bakenesse in de Clercqstege, aen d'een zide: de poort en uitganck van Michiel de Wael, aen d'ander zide: Henrick Maertsz, de snijder, van Assendelft, achter streckende met een eygen muer of gevel aan Michiel de Wael. Belast met 8sc 9 penn. sjaars. Koopsom 295 gld

1437-05-31 |

Genealogie van der Does Voorburg/Familiearch Bredius

Jaartallenindex

Heynrick here van Wassenaer, burchgrave van Leyden, oorkondt dat voor ons ende onse mannen als Ghysbrecht Pelgrumsz en Symon Jacobsz, gecoomen is onse neve Jan van Groenevelt, ende heeft bij syne rechte moitwillen opgedragen ende tot eenen rechten eygen quytgescholden ende in onse handen gegeven ende geset voor hem en sijn nacomelingen, tot behouff Aernts van der Does, onse neve, ende sijn nacomelingen 4 morgen lants luttel min ofte meer by den hoop sonder mate, die hij van ons te leen plach te houden, gelegen opt Wout in die Harnasch in die woeninge van Groenevelt ende Jan voors. belegen heeft an beyden zyden mit land dat hij van ons te leen houdende is, te weeten an die westsyde mit een camp lants van 5 morgen geheten den Oirt. Welke 4 morgen voirs. wij weder verlijt hebben ende verlyen onsen neve Aernt van der Does ende sijne nacomelingen tot een onversterfelycken erfleen binnen achtersusterkind niet te versterven, altyt te comen ende te erven op die outste ende die naeste van Aernts voirs. live gecomen, die jonge man voor dat ouder wijf die voerhandt te hebben daer sij beyde even na syn, te verheergewaden als t verschynt met een rode sparwer of 10 schell goets gelts daervoor (vgl 1445)