1420-12-06 | Wormer

R.A.H. Coll Aanw 56 fol 18/Reg in Beyeren IX fol 11

Jaartallenindex

hertog Johan beleent Margriete Valcke Pieterszoonsdochter met een huysinge mit twee hofstede gelegen tot Wermer neffens de kercke aldaer, streckende achterwaerts an die Kercksloot ende haer aengecomen sijn van Katrijn Valckendochter, haer suster. Ten erfleen

1464-08-11 |

R.A.H. Coll Aanw 103 Caput Vriesland fol 11/Reg Et Finis fol 6

Jaartallenindex

hertog Philips beleent Reynou Jansdochter, vrouw van Riedwaert Jansz met 3 ½ deymde lants gelegen in den koech van Groot Oosthuysen ende belent hebben noord: Claes die Man, zuid: Reynken Agniesen…. (?). Haar aanbestorven bij dode van haar moeder Yde Jan Pieterszoonsdochter. Tot een erfleen. Haar man doet hulde en manschap

1442-04-07 |

R.A.H. Coll Aanw 101 Caput Kennemerland fol 7v/fol 3

Jaartallenindex

hertog Philips beleent Mergryeten Jan Hugenzoonsdochter met een huys ende twee hofsteden gelegen tot Wermer neffens der kercken aldair, streckende afterwairts an die Kercksloet, haer aengecomen en bestorven van haar moeder Margriete Valck Pieterszoonsdochter. Tot een erfleen. Vervolgens heeft Mergryete dit leen opgedragen tbv ons getrouwen secretaris Adam van Cleve, die er vervolgens mee beleend wordt

1471-08-11 |

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 144/Arch Zijlklooster Haarlem

Jaartallenindex

Jan Duvenz Gerbrantsz, scout in den ban van Uytgheest, oorkondt dat Ysbrant Pouwelsz verkocht heeft aan Goer [Goelt of Godelt] Pieter Pieterszoonsdochter een stucke lants gheleghen in den ban van Uytgheest, geheten die Litke Lotsven, daer die ander wederhelft of toebehoert Mathijs Jacobsz ende is belent mit eygen ende erve west: Remkenven, oost: Rebbroec (vgl 1474-07-05, 1474-07-08)

1497-08-04 |

R.A.H. Coll Aanw 112 Caput Kennemerland fol 19/Reg Archidux

Jaartallenindex

hertog Philips oorkondt dat Lysbeth Philips Pieterszoonsdochter met Jan Ravestein, haar gecoren voogd in dezen, hem heeft opgedragen tbv Soyer Willemsz: 3 ½ geersen lants in den ban van Nyendorp binnen den Gaau mit eenre laene van 1 ½ geersen, ende noch 1½ geers lands in dezelfde ban gelegen, gemengder vuer ende onderdeelt in die Hemen, west: Jacob Boeijnsz, oost: Jan Pieter Aelbrechtzoonszoon. De hertog beleent Soijer ermede tot een onversterfelijk erfleen

1474-07-08 |

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 144/Arch Zijlklooster Haarlem

Jaartallenindex

leenmannen der grafelijkheid van Holland oorkonden dat Goelt Pieter Pieterszoonsdochter, met haar gecoren voogd Dirick van Saenden, ten vrijen eigen verkoopt aan het Zylklooster te Haarlem, de helft van een stucke lants, gelegen in den ban van Uytgeest geheeten die Litke Lotsven onderdeelt, daer die ander wederhelfte van den voers. lande eijgentlic of toebehort den siechuyse staende buijten Harlem, ende hebben belent mit eygen ende mit erve west: Reijnkens Ven, oost: Rebbroec (vgl 1474-07-05, 1471-08-11)

Jan Uytenhage en Jan Jacobsz (met zijn zegel), leenmannen

1413-11-03 |

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 16/Arch Zijlklooster Haarlem

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Katrijn Beer Hannensoensdochter, Nelle Jan Pieterszoonsdochter, Ghiertruijd Jan die Walendochter, Lisebet Jan Baerntsdochter, Heyle Willem Laentgens zwaghersdochter, Rissent Dirc Boudwijnssoensdochter, Clemeijns Pieter Janssoensdochter, Jan Hughendochter van Alcmade, Ghiertruyd Gheryt Foyendochter, Ave Gheryt Pieterzoonsdochter met Dirc Symon Doudensoenshand, hure alre momber voirs, opgaven ten vrijen eyghen den convente bi den Zijl, alle alsulke tilber goede ende gelt als zij alle voirn. in den convente voirscr. ghebrocht hebben (met hun zegels)

Dirc Lottijn Jansz en Hughe Albout, schepenen

1450-12-31 |

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 80/Cartul Zijlklooster Haarlem

Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat zij zich op verzoek naar het Zijlklooster begeven hebben, waar voor hen kwam de priores van het voorn. klooster, met haar voogd Heynric Heynricsz eener-, en Dirc Soijersz anderzijds, en gelieden dat zij het navolgende overeengekomen zijn. De priores neemt Duve Dirxdochter aan als non. Dirc Soijersz geeft hiertoe 4 maden lands gelegen in den ban van der Liede in der prochije van Hairlem, welc lant belent hebben noord: Ermghairt Philips Oidolffszoens weduwe met haar kinderen, zuid: Claes Aelbrechtsz, oost: Claes Heynricsz, streckende mit dat noirdende an die Lyede voirscr. Verder geeft hij haar 100 Philipp schilden, de ene helft na zijn dood, de andere helft na Gheertruden dood, zyn gheecht wijf, Duven moeder voirscr. Joncvrouwe Katrine Jan Pieterszoonsdochter, priores, doet vervolgens afstand van al de aanspraken op de erfenis van Duve of die van haar vader en moeder voorn. Bezegeld door schepenen en ook door Jan coman Claesz, schout van der Lede

Symon van Noirtich en Allijn Claesz, schepenen

1479-03-12 (1478) |

R.A.H. Caput Vriesland fol 9

Jaartallenindex

hertog Max. oorkondt dat Lysbeth Philips Pieterszoonsdochter met haar man en voogd Cornelis Jansz belening verzocht heeft met zekere leengoederen haar aanbestorven van haar vader. Want het waer is dat haer vaeder wel 17 off 18 jaeren doot gheweest is, ende dat leen nie versocht geweest en hadde, soo dat daerin tegens ons versumenisse van waenversoeck gheschiet is, soo was haer geweyghert daerof verlijinghe te doen, waerop sij thoonde brieven van utsettinge haer ghedaen bij shertogen grootvader hertog Philips, waarbij deze consenteerde dat zij haar leen niet kan (?) verzuimen door wanverzoek totdat zij mondig geworden zou zijn, en waaruit bleek dat zij haar heergewade betaald had, welke brief wel 16 jaar oud was van datum. Maar dat er toch verzuim is, want sij over veel jaren selve mondich geweest is, biddende daerom graetie van ons te hebben want sij een jongh vrouwenpersoon is, ende van deser saecke niet geweeten en heeft, ende dat haer die oude leenbrieven van t selve leen van desen jaere oock eerst in handen gecoomen zijn. Tegen betaling van 6 R gld (de huur van één jaar van het leen) beleent de hertog haar nu eerst met 2½ morgen lands in de ban van Nye Nydorp, binne den gaeu met eenre laen van 1½ geersen groot wesende daer aen gelegen. Item buyten denselven gaeu in denselven ban een stuck lants geheten t Weer, 3 geersen groot. Item noch 1½ geersen lants in dezelfde ban, gemeen en onderdeelt in die Hemmen, daer naest gelant is west: Jacob Boeijensz, oost: Jan Pieter Aelbrechtsz. Tot een ovnersterfelijk erfleen. Hulde doet haar man Cornelis Jansz. De helft van dit leen maakt zij haar man in duarie

1439-07-21 |

Bijdr Bisdom Haarlem dl 16 no 52/Cartul Zijlklooster Haarlem fol 34

Haarlem Algemeen

schepenen in Hairlem oorkonden dat zij gekomen zijn bij de priores van het Zijlklooster aldaar, met Allert Pietersz als voogd, eener-, en Lysbet Utenhage Wybrant Pieterszoons wijf met haar man en voogd Wybrant voorn, bij wille ende consent van Jan Claes Bekenzoen als man en momber van Nelle Philipsdochter, Willam Philipsz, Jan Wybrant Pietersz.z, daer Wybrant voorn. voor loofde te waren, en Clare Aelbrecht Janszoonsweduwe met haar zoon en momber Pieter Aelbrechtsz ter ander zijde, en dat partijen het navolgende overeengekomen zijn: 1) sterft Lysbeth Utenhage vóór haar dochter Alyt Philipsdochter, non in het Zijlklooster, dan zal Alijt tbv dit klooster ontvangen 2 maden lands gelegen in den ban van Velsen in den utersten dammer, ende hebben belent noord: Gheertruut Ysbrand Claesz weduwe met haar kinderen, zuid: Jan van Berkenrode Meynairt Jacopszoens weduwe, streckende aen die Westlaen ende an den dijck en verder zal het klooster hebben al het land, inboedel, goed etc dat Alyd bij dode haars vaders aanbestorven is; 2) Joffrou Katherijn Jan Pieterszoonsdochter, priores, en het convent voorscr, met haar voogd Allert Pietersz, scheldt quijt al het recht dat zij mogen hebben op de erfenis die het klooster mag besterven bij dode van Alyt Philipsdochter voorn en Wybrants wijf Lysbeth Utenhage, moeder van Alyt voorscr; 3) sterft Alijt vóór Lijsbeth dan zullen de twee maden lands komen aan Lysbetten erfgenamen; 4) die mede voir alsulc goet doen als Lysbetten Utenhagen bij wille ende consent van haren kinderen voirs. den convent bewyst ende gedaen heeft an den 2 maden lants in der manieren voirscr, so sullen Lysbetten ouders ende hoir kinderen, ende oyc Philips Pietersz ende sijn ouders, gedocht worden in memorien jairlix tot ewigen dage

Jan die Grebber en Jacob Claes Aerntsz, schepenen