1 resultaten
1444-04-18 |
Arch Marquette 1076 fol 2
Jaartallenindex
heer Gijsbrecht van Vyanen, ridder, Heer tot Noordeloos, tot Oosthuysen ende Nyecop, en Jan de Veer van Minnen [Dever] doen uitspraak tussen Gerrit heer van Assendelft en de gemene bueren van Assendelft: de uitspraak luidt dat de buren aan Gerrit 400 Rynse Overlandse gulden moeten betalen binnen zekere termijnen. Geeft Gerrit de heerlijkheid van Assendelft binnen die termijnen over dan behoeven de buren niets meer te betalen. Voirt sal Gerit den bueren tot Assendelft sijne ondersaten, enen plackaat geven, dair sij uyt rechten sullen nae der ouder hantvesten die si plagen te hebben van Heer Barthout here tot Assendelft, die Godt genadich si, durende ter tijt toe dat die Kermaren haar hantvesten verkregen hebben van mijn genadigen Heere. Worden de Kennemers ontboden om haar handvesten van mijn genadige Heere te verkrijgen, en dus ook de bueren van Assendelft, dan zullen zij twee waarschappen, op ter bueren cost, wytschicken ende seynden bij Gerrit van Assendelft, hoeren Heere voirn, dair Gerrit voirn. met hem dan arbeyden sal op synen costen om die handtvesten te vercrijgen, ende tot wat tijden Gerit hoeren heere voirs. hem die hantvesten vercregen ende besegelt heeft, sullen sij hoeren heere voers, nae grootheyt haeres goets, alsoe veel geven als die Kermaren minen genadige Heer geven sullen. Voert, soe die schepenen voertijts dickwils onredelijcken cost gedaan hebben, soe heeft him hoere Heere voirs. geconsenteert, dat si onderlinge bi him een redelijcke cost dair toe setten ende schicken sullen