1 resultaten
1440-12-08 (1) | Beverwijk
Memoriale Rosa dl VI no 392 p 551-556, dl IV no 144a
Jaartallenindex
er was een vechtpartij te Beverwijk tussen Claes van Adrichem en zyn hulperen en magen ter ener zijde, en Jacob Baertsz [Barentsz] die sedert gestorven is, ter andere zijde. Sedertdien waren jonge Symon en Willem van Adrichem met 2 wagens in de Wyk gekomen waarbij partijen elkaar beschoten hadden. De hertog en de Vrouwe van Bourgondiƫ poogden een verzoening te bewerken. Partyen wezen als keersluiden aan: Claes van Adrichem wees aan myn heer van Brederode, die echter op die tijd ten Heyligen Grave getogen was, i.pl.v. hem diens broeder [Gysbrecht] de domproost en Gysbrecht van Vyanen. Jacob Baertsz wees aan de heer van Ysselsteyn, heer Gerrit van Poelgeest en de hertog en de vrouwe van Bourgondiƫ (in hun plaats: de heer van Santes en myn heer van Oostervant). Daar de heer van Santes niet beschikbaar was, werd de heer van Oostervant alleen aangewezen, als overman. Ook de heer van Brederode en zijn broeder de domproost zijn naderhant niet moetich geweest dese zake voort te helpen. In hun plaats is nu Willem van Naeldwyk, rentmeester generaal van Holland aangewezen. Na een uitvoerig ondrezoek luidt de beslissing: Pieter Willem Engelsz heeft Adrijaen Gerrit Willemsz bastaardzoon zwaar gekwetst an zyn hooft en is nu verlamd. Pieter moet hem daarvoor 90 scilden en voor zijn meesters geld en cost nog eens 60 scilden geven, en bovendien een bedevaart doen naar Halle; Gerrit van Nyendamme heeft Claes Heynric met een pijl beschoten zodat hij een half jaar doodziek is geweest. Claes moet hem 52 scilden betalen en voor meestergelden costgeld 30 scilden