15 resultaten
1489-09
folio 16v XVIII 1489-1492
Transportregister Haarlem
Aernt Willemsz en Jan Ysbrantsz als man en voogd van Cornelis Willemsdochter, en Alijt Willemsdochter met haar broeder Aernt voirs. als voogd, scelden quyt Lobburch Jansdochter, hare moeder Willem Willemsz de hoedemakers weduwe van hs [haar?] erfnisse
Barendrecht, van | 1341-06-06
Nibbelink no 43
Achternamenindex
graaf Willem oorkondt: "dat wi quite ghescouden hebben ende quite scelden voir ons en voir onse nacomelinghe meester Tielman heren Jan heren Gillys soens soene ende sine erfname van allen euvelen moede ende van allen zake die wi op hem te segghen hadden of mochten hebben toten daghe van huden toe"
1487-01
folio 51 XLV, XLVI 1486-1489
Transportregister Haarlem
Yef Wolbrantsdochter met Wouter Warboutsz als haar voogd erkent schuldig te zyn aan Rembrant Nannez en Symon Nannez, gebroeders, 20 R gld. Hiervoor scelden zij quyt de erfenis hun aangecomen van hun oem Zybrant Meynaertsz, toen hij leefde Yeven geechte man
1426-03-24 (1425) |
Frans Halsmuseum Haarlem Coll Costeriana no 11/4
Haarlem Algemeen
scepenen in Haerlem oorkonden dat Here Johan van den Vliete, ridder, ons sculdich was 86 gouden Vrancr. cronen, die hij ons an here Jan Aernt Louwenz bewyst heeft zelve de brief van quitantie daervan gegeven dat claerlic inhoudt ende begrypt. Ende want here Jan Aernt Louwenz voirs. ons dese 86 cronen wittelic ende wael betaelt heeft, so scelden wij denselven here voirs. quit mit desen brieve. Ondertekend 24 Mrt 1425 [de Vries leest echter 23 Mrt; niet bij de charters]
Doeve van Ryetwyck ende Louwerens Jansz, schepenen, Sybrant Reyersz als secretaris der stad Haarlem
1592-05-31 | Koedijk
R.A.H. O.R.A. 6218 fol 65, 66
Jaartallenindex
Cornelis Segers, van Amsterdam, als voocht en geordonneerde sequester van Pieter Pieter Claesz Kan, poorter tot Amsterdam, transporteert aan Cornelis Jansz Pot, mede van Amsterdam, een stucke weytlants, groot 2 morgen 94 roeden, genaempt "Claes Reijers weyde", in onsen banne. Zonder datum: Cornelis Hendricksz van Schagen op de Nes, als man en voogd van de nagelaten weduwe van wijlen Cornelis Aris, en Aerjan Aris als oom en voocht van de weeskinderen van wijlen Cornelis Aris voorn, scelden quyt [aan wie ?] een stuck lants, de helft gelegen in de Reeckerkooch in de ban van Warmenhuysen, de andere helft toecomende de voorn. voocht, groot in het geheel 11½ geers, oost: de Grob, west: de Reeckerdyck, zuid: Jan Clerck
Jan Gerritsz, schout, Aeriaen Dirck Yfsz en Yf Symonsz, schepenen
1486-06
folio 14 XI 1486-1489
Transportregister Haarlem
Willem Engbrechtsz, Jacob Engbrechtsz en Lysbet Engbrechtsdochter met haer broeder Willem voirs als voogd verruilen en scelden quyt Joncvrou Katrijn van Duyven, vrouw van Anthonis heer van Hoichwoude en Eertswoude, een huis en erve op die Crayenhorstergraft, hem aangekomen bij dode van hoer broeder mr Dirck Engbrechtsz, priester, noord: die straet gaende langs der stede muer , zuid: Jan Claesz, streckende voer van de graft after an de Afterstraet; 485 R gld
1500-02
folio 67v LV, LVI 1498-1501
Transportregister Haarlem
Aechte Diricsdochter Florys Jansz weduwe en haar dochter Clare Florijsdochter met haar zoon Arys Dircsz als voogd, lijen dat alle de huysraet ende roerende goeden, die Dirc Florysz, hoir zoen en broeder, op ten dach van huyden bezit, haer alleen toebehoren, sonder dat zij yet daervan behouden zoe als zy van een gesceyden zijn, ende dat hoer na hem genomen hebben ende scelden hem daarom geheel en al daerof quijt
Claes Lambrechtsz | 1473-1474
Thesauriersrekening Haarlem
Voornamenindex
op 28 juni een burgemeester naar Utrecht om met heer Claes de lijfrente die deze op de stad gecoft hadde over te comen en de coop quyt te scelden, alsoe hij veel moeyenisse maecte in die brieven die men him daeraf geven soude t welc hij niet doen en woude, maar woude blijven bij zijn coop (fol 26)
1527-09-27 |
Genealogie v.d. Does fol 134/Fam Arch Bredius
Jaartallenindex
extract van de achterstallige renten gebreeckende den erfgenamen van Willem van der Does: totalis somma 114£ 5st, beloopt ⅓ deel 38£ 1st 8d. Wij Clement Jansz, doctor in medicine, als man en voocht van jvr Mergriete Willemsdochter van der Does, weduwe van Willem Jan Kerstantsz ende Geryt Jan Kerstantsz, als enige erfgenaem van zijn broer wijlen Willem Jan Kerstantsz, kenen ende lijen dat zig van ⅓ deel van de achterstallige renten hiervoor verclaert, belopende ter somme van 38£ 1sc 8 penn gr Vls voldaen en betaelt te sijn ende scelden die goede stede van Leyden van denselven achterstal geheelicken quyt. Volgt: extract van de achterstallige renten gebreeckende Geryt Jan Kerstantsz ende de weduwe van zijn broer Willem Jansz, totalis somma LXXIV £ 18sc 15 miten groten. Op 1527-09-28 verklaren dezelfden als hiervoor van de stad Leiden 74£ 18sc 6 penn en 15 miten ontvangen te hebben
1481-12-24 |
G.A. Monnikendam Inv 154 fol 78/Diversorium Galileaconvent
Jaartallenindex
wij Aernt heer van Zevenberghen tot Nucop ende tot Noerde, baeliu van Amsterlant, Waterlant ende van Zeevanc, bekennen mit desen onsen brieve, dat wij vercoft hebben Pieter Jansz, wonende tot Monikendam tot behoef Claes Hilbrantsz kinderen alsulcken goet, erve ende have, roerende ende onroerende, hoedanich dat si wesen moghen ende binnen onse baeluwescip voers. gheleghen sijn ende ons van onsen ghenadige Here weghen aenghecomen ende verboert waren van die dootslach die Claes Hilbrantsz voers. ghedaen heeft an enen priester van Monikedam, die gheheten is heer Jacop Proeijs. Van welken goeden wij ontfangen hebben den lesten penning metten eersten ende scelden daerof quijt Pieter Jansz voers. tot behoef van Claes Hilbrantsz kinderen voers. ende allen dieghenen die daer quytsceldinghe of behoeven, behoudelicke ons actie op Claes Hilbrantsz voers. in sine persone ende niet op sijn ghoet. Bezegeld met onse cleijne zeghel. Opschrift: een brief van Claes Meijnsz dootslach