Bedoelde u soms?
scaghen | scenghen | schaeghen | schagen | schaloen | scragen | scraghen

10 resultaten

Schagen, van | 1606

G.A. Haarlem no 1667~
Achternamenindex

loterij tbv het oude mannenhuis te Haarlem: Rotterdam no 13:9: Cornelis Jansz van Schagen, Rotterdam no 13:10: Jan van Schaghen

1499-08

folio 53 XLIV 1498-1501
Transportregister Haarlem

Jan Ollebrantsz de wagener, geheten Broertgen in der wandering, is sculdig Jan van Schaghen, schout dezer stede, 4 R gld

1492-11-07 |

R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Vriesland fol 3 (fol 2)
Jaartallenindex

op huyden soo dede Joost bastaert van Borselen in den naeme ende als gheechte man ende voocht van joncvrouwe Joost van Schaghen, sijne geechte wijve, den behoorlycken eedt van de door haar gehouden lenen

present: heer Philips van Spangne, heer Cornelis Cruesing, ridders, Jan van Schagen

1494-09-03 |

R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Vriesland fol 20 (fol 11)
Jaartallenindex

koning Max. en Philips oorkonden dat onse welgheminde jonckvrouwe Joost vrouwe van Schaghen met haar voogd Pieter van Roden gemaakt heeft tot lijftocht aan haar man Joost Bastaert van Borselen, 200 R gld sjaers uit al haar goederen van Scagen, Schagerkogge en Nydorperkogge

1494-09-03 |

R.A.H. Coll Aanw 110 Caput Vriesland fol 19v (fol 10v)
Jaartallenindex

koning Max. en Philips beleent onse welgheminde jonckvrouwe Joost vrouwe van Schaghen met 100 £ Holl sjaers uyt allen den thienden, renten ende goeden van Schagercogge ende van Nydorpercogge, haer aanbestorven bij dode van haer moeye jvr Barbara van Schagen, tot een erfleen. Hulde doet voor haar Joost bastaert van Borssele, haar man en voogd

present: Pieter van Roden, Jan van Zevender, Ingelram de Jonge, Philips Saij, Pieter van der Goes, Dirck van Boneem

1563-03-01 (1562) |

G.A. Haarlem Inv I 1633 fol 4v/Cartul H. Geest Haarlem
Haarlem Algemeen

schepenen in Haerlem oorkonden dat Christoffel van Schaghen opgaf ten vrijen eigen aan Frans Jansz Kies een stucke weylands gelegen buyten de cruijspoort an der stede cingel binnen de voors. stede, groot 8 hondt, belend zuid: de voors. stede cingel ende die Delft tesamen, west: Wouter van Bekesteyn, noord: de H. Geest mit die Leprose buyten Haerlem, oost: die Leprosen. Bezegeld 1 Maert 1562 nae scrijven deser voors. stede

Adriaen Willemsz en Arendt Jansz, schepenen

1335-01-17 |

A.R.A. Copie Leenkamer no 27 fol 86v/L.R. 11 fol 30v
Jaartallenindex

wij schepenen, waerdsluden ende ghemeene Westvriesen van al Drechterlandt, van al Oudwoudigher ambacht, uytgenomen die poorte van Medenblick, van al Schaghen ende Nieuwedorperambacht en van al Geestmanambacht, oorkonden dat graaf Willem hun op hun verzoek toegestaan heeft, een inlaghe te maecken van Beersingherhoerne tote Medenblick toe, daer hij in vermoet dat men cortelycken die borch ende die poerte te Medenblick omme uijtdycken moet, des joff Godt wille, gheen noed doen en sall, soe gheloven wij alle gemeenlycken mit desen brieve voer ons etc onsen lieve heer den grave, soe wilker tyt hy wille synen borch te Medenblick versetten joff die een voor joff d'ander nae, joff beyde teffens ouk weder des noed dede, jof en dede dat wij daer te doen sullen alle onse vermoghen, ende hem helpen met onsen lijve ende met onsen goede toet syns selven goetdencken, nadien dat hem selven dencken sal dat wij vermogen ter tyt toe dat hij syne borch ende synre poerte van Medenblick verset ende volmaeckt heeft. Ende omme dat wij alle stukken voors. uittelyken ende trouwelicken houden sullen ende voldoen soe hebben wij desen bryeff open bezeghelt met onsen ghemeenen lands zegelen. Gegeven totte Egghemond

1563-07-25 |

G.A. Haarlem Inv I no 1633/Cartul H. Geest Haarlem fol 275
Haarlem Algemeen

ick Frans Jansz Kies doe condt een yegelicken, dat alzoe ick ten advijse van Cornelis Willemsz, Adriaen van Hoorn, Jacob van Huessen ende Pieter Jansz Raedt te deser tijt mijn medebrueders in den dienst ende toesicht van den Heyligen Gheesthuijse binnen Haerlem, gecoft hebbe van Chrijstoffel van Schaghen een stucke lands groot omtrent 800 roeden, gelegen binnen die vrijheijt van Haerlem buyten die Cruyspoort, die stede cingel int zuyden ende t lant van den voorn. huijse int Noorden, welcke lant oick betaelt is vuyten comptoir ofte penningen van den voorn. H. Geesthuyse. Ende uyt sonderlinge redene die brieve van coope of opdrachte van t voors. landt bij den voorn. Chrijstoffel gepasseert is op mijnen naem, soe bekenne ick nochtans bij deesen gheen recht of actie an t voors. landt te hebben, maer belije tselve den voorn. H. Gheesthuijse toe te behooren ende oversulcx den voors. brieve van opdrachte ten voors. comptoir gelevert te hebben. Zijn mede regeerders voorn. bedanken hem voor deze aankoop en beloven hem schadeloos te zullen houden. Des toirconde hebben wij alle bovengenoempt onsen gewoonlicke handtschriften heir onder gestelt den 25 dach van Julio anno 1563. Met de originele handtekeningen van de genoemde personen. Zie die van Jacob van Huessen met de getallen 3 - 7, 6 - 2

1465-07-29 |

A.R.A. Copie Leenkamer 39 fol 101v/Reg Charolais fol 50v
Jaartallenindex

Anthonis Michielsz oorkondt: dat Aerndt Ghysbrechtsz hem opdroeg tbv Gheryt Hughenz, 3 ½ morgen lands gelegen in den lande van Haestrecht in den polre van Rosendaell, boven Hoencoper sluyse, daer naest geland pleecht te wesen oost: Gheryt Woutersz, west: Wierich Hermansz. Leen van Arkel. En dat hij Geryt Hughenz hiermede vervolgens heeft beleend tot een recht erfleen

present als leenmannen van Holland: Jacob Pott, Willem van Schaghen, Pieter van der Goes, bij gebreke van leenmannen van Arkel

1529-04-07 |

R.A.H. Coll Aanw 119 Caput Vriesland fol 16, 17v
Jaartallenindex

thoent ende geeft oetmoedelicken te kennen Jacob Dircksz, buermans tot Woggenum, arme, schamel, miserabele man, als dat in den jare 1484 een seeckere parceele lants gelegen in de ban van Woggenum, dat te leen gehouden wordt van de grafelijkheid, groot 2½ morgen, geldende jaerlyks te huer 5 Kar gld bij staende dijck, by successie gedevolveert ende verstorven is op eene Katherine Dirrick Heermansz dochter, die binnen de tijd het leen verheven heeft en brieven van verlij verkregen heeft. Haar zoon Dirrick Jacobsz deed de eed voor haar. Zekere tijd daarna overleed Katherine, nalatende haar zoon Dirck Jacobsz tot haar erfgenaam. Deze aanvaardde haar goederen, doch daar hij, Dirck Jacobsz, vader van de suppliant, de eed reeds gedaan had, heeft hij verzuimd na dode van zijn moeder opnieuw verly te vragen. Nu is onlancx gelegen Dirck Jacobsz overleden, nalatende hem suppliant niets anders na dan het voors. leen. Hij verzoekt nu alsnog belening. Verlij wordt hem toegestaan tegen betaling van 6£, 7 april 1539 [lees: 1529]. Karel beleent Jacob Dircsz met 2½ morgen land in de ban van Wognem, buyten den Somerdyk op de meer, noord: jonge Dirrick, zuid: Jacob Heerdt, tot een onversterfelijk erfleen, tegen betaling van 6£ in handen van Crispyn van Boschuysen, ontvanger v.d. espargne. En voor de voors. Jacob Dircsz heeft Dirck Gerritsz de eed gedaan

Jan van Schaghen heer tot Burchorn, Jacob Adriaensz v.d. Wiele, Zeger van Alveringen, Jan Hendriksz, Cornelis Bertouts, Willem Pietersz Criep