Westphalinc | 1326-10-02

Van Mieris II p 404

Achternamenindex

Jan Westvalinc verklaart dat "ic wel gheweten hebbe ende hebbe horen segghen ouden luden, dat die van Sinte Gheerdenberghe dicke goit gherailt ende ghepant hebben op dien wildert, maer ic en wiste niet, noch en hoirde segghen, dat die van Brabant jof die van Breda ye goid hadden op die wildert, jof panden voerscreven souden tesen jare. Voirt hebbe ic oic luden horen segghen, dat die van den Berghe immer seyden, dat die wildert ende die strate hoir ware ter heyningen toe"

Heusch, de | 1319-04

R.A.H. no 33 Vriesland fol 63/Reg EL 10 fol --

Achternamenindex

item segghen in dat Arnoud die Hoesche den buren van Outwoude beteren sal den scade die hi hem dede an horen tiende

Willem Costynsz | 1342-1343

Rek Houtvester dl VII p 148

Voornamenindex

afterstal van 1342: "noch van heren Symons van Teylingen achterstal dat die lude segghen, dat Willaem Costynsz in hevet, ende daerup hare pande keren in Haerlem"

Steenhuysen, van | 1319-04~

R.A.H. no 33 Vriesland fol 50/Reg EL 10 fol 9

Achternamenindex

"voerd segghen wi dat Allaerd van den Stienhuze die kerke van Oestwoude besinghen doe, ende der koreland diken doe als hi ghelovet hevet toet onser wedercoemsten toe"

Oosterhout, van | 1326-10-02

Van Mieris II p 403

Achternamenindex

verklaring van Jan Venedau: "voort hebbe ic wel horen segghen den ouderen dat dat lant dair dat huys te Oosterhout instaet, ghecoft was jeghens Coppaerde den scoute ende minen vader"

Pruyssen, van | 1378-02-18

Rechtspraak Graaf van Holland III p 199

Achternamenindex

van Prusekijns dood een zoen tussen de heer van Egmond en heer Willem van Brederode en heer Wouter van Heemskerk van Prusekijns dood so is mijns heren segghen … [verder niets]

Mathenesse, van | 1343-1344

Rek Hen Huis II bl 8

Achternamenindex

ontvangen van besterfte en verkochte goede: van land aanbestorven van Vranck van Coudenoven, dat Willem van den Veen en Gheret Boey verkregen, "tot heren Dirx segghen van Matenesse ende srentemeesters, daer of ontfaen bi Willem ende bi Gheraerde 150 £"

1324-09-25 |

R.A.H. no 32 fol 40/Reg EL 39 fol 14

Haarlem Algemeen

graaf Willem oorkondt "dat wi Aechte Kerstans Allairdssoenswijff van Haerlem, die onse ballinc es, weder ghegheven hebben ende gheven haer huijs binnen der poorte van Haerlem, ende ombieden ju Ghizebrecht onsen scoute van Hairlem dat ghi haer des huys vrilike ghebruken doet, van alsulker eijsken alze wier voer dese tijd op te segghen mochten hebben"

1504-01-26 |

Oude Hof Alkmaar no 39

Jaartallenindex

ick Zybrant Bruynsz kenne en lije etc dat ik als voogd van mijn moeder quytgescouden heb by haar wille en consent en by consent van mynen broeders oude Jacob Gherritsz, jonge Jacob Gerritsz en Bruyn Gerritsz, quytscheld aan dat oude susterhof te Alkmaar achter de parochiekerk, van al zulke toezeggen als mijn moeder Arys Bruynsweduwe op dat convent te segghen mochte hebben van enigerhande zaken hoe daen (!) die mogen wesen nyet uytgesondert. Daar hij zelf geen zegel heeft, verzoekt hij aan Aeriaen Dircksz, poorter van Alcmaer, voor hem te zegelen

Bake | 1380-04-18 - 1382-06-30

Rechtspraak vd Graaf van Holland II p 175

Achternamenindex

"van doetslaghe ontfaen van Harlem bi mins heren segghen: item ontfaen van Dirc Boudius [van Geervliet] doet, die gheset was te ghelden 600 £ Holl, daer minen here of coemt ⅓, beloept 200 £ , ontfaen bij Gheryt Bake ende Willem van Pander [van Zaenden?] here Wouterszoon 23 £ 6 sc 8d gr"

Haarlem