1399-03-01 (1398) |

Arch Grote Gasthuis Haarlem Inv no 157/61/St Elisabethsgasthuis

Haarlem Algemeen

scepene in Haerlem oorkonden dat Willem van Adrikem Floriis Bakensoen erkende verkocht te hebben ten vrijen eygen aen heer Dirc van Saenden en here Philips Aerntsz, priester, als memorymeesters tot der ghesellen behoef van den koer tote Harlem 4sc en 6 penn sjaers op Jacop die leydeckers huis ende erf gelegen in die Grote Houtstrate, twishen Aliit Willem Bloeyerts weduwe an die ene zide, Jan Jacobsz die snider an die ander zide, afterwaerts streckende ant gasthuysscuer. In dorso: in memorie Symons de Seuer in die Grote Houtstraet

Jan van der Laen (zegel: keper vergezeld van 3 voorwerpen/vaatjes), Willaem van Zaenden (een smal kruis, in het eerste kanton een ronde schijf), schepenen

1357-01-03 (1356) |

R.A.H. no 92 Caput Kennemerland fol 188v/Reg Albertus XVIII fol 81

Haarlem Algemeen

Claes de Gruter. Katrine van Velsen vrouwe van Waterlant oorkondt dat Matheeus Voshoel kwam voor haar, voor Boudwijn van Geervliet Dirck ons oems Symonszoen, ende Claes Symonszoen onse manne, en haar opdroeg alsulk land als hij van mi plach te lene te houden, dat gheleghen is twishen Bertelmees Uterwijck ende Hughe van Zaenden, streckende van der Delfte an den Merschen, in alsulcken schijn als hij van ons plach te houden. Zij geeft vervolgens haar neef Matheus Gysbrechtszoen dit land ten vrijen eigen, utgheset 2½ merghen lants die gheleghen zijn ander Delfte, deze 2½ morgen zal hij van haar in leen houden, binnen aftersusterkint niet te versterven. De zoons zullen echter steeds voorrang hebben [gelegen waarschijnlijk te Schoten, zie 1382 op St Cecilienavond]