11 resultaten

Uytkerke, van | 1427-1428

Rek Rentmeester Kennemerland
Achternamenindex

Roelant van Uytkerke: de tiende en visserij te Graft (857 fol 17); (fol 18) de visserij van Payensidewinde en van het gat bij de molen; (fol 19) heeft de waag te Graft, de molen op de overtoom bij Alkmaar, de vlastienden te Vroon, de biertollen te Outorp, Oeterleec en de Koedyc (857 fol 37, 39); 1428-1429: (859 fol 5) heer Roelant van Uytkerke

Uytkerke, van | 1426

Batavia Illustrata bl 1210
Achternamenindex

genoemd :Roeland van Uytkerke met zijn zoon van Steenbergen, hoofd van het garnizoen in Haarlem, tegen gravin Jacoba

1440-09-04 |

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 335
Jaartallenindex

uitspraak in den Haag gedaan door arbiters in zake een geschil tussen de graaf van Nassau en Roeland van Uytkerke in zake de ambachtsheerlijkheid van Ridderkerk. Beslist wordt dat de graaf van Nassau de heerlijkheid aan Roeland in leen moet geven, en Roeland en zijn nakomelingen aan de graaf 200£ sjaars moeten betalen uit de opbrengst van het ambacht. Eodem die: hertog Philips verleent de ambachtsheerlijkheid van Ridderkerk bij uitsluiting aan Roeland van Uytkerke, wien het bezit ervan wordt betwist door Heinrick Faesse en Jacob Willemsz (vgl 1442-11-12)

1446-12-12 |

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 335/1 sub d
Jaartallenindex

Johan, graaf van Nassau, beleent Johanne van Vere, na opdracht door haar moeder Margriete Comene, thans weduwe van Roeland van Uytkerke, met de ambachtsheerlijkheid van Ridderkerk (vgl 1442-12-12, 1470-11-29)

1425-12-28 |

R.A.H. Coll Aanw 178 fol 293v/Inv anno 1441 fol 151
Jaartallenindex

hertog Philips scelt quite den buyren van Schermer ende Urssem alsulcke hulde ende eede als sij hem gedaen hadden. Ende beveelt hem vorder heren Rolande van Uytkerke te ontfangen ende te hulden voir hoiren heer. Datum Leijdis

1442-11-12 |

Grote Raad Mechelen Beroepen Holland dl IV dossier 335/1
Jaartallenindex

de gravin van Nassau beleent Margriete Comene, vrouw van Roeland van Uytkerke, met de ambachtsheerlijkheid van Ridderkerk. Hierin is geinsereerd de brief dd 1441-11-16 waarin leenmannen van Nassau te kennen geven dat de hertog van Bourgondië Roeland van diens leeneed heeft ontslagen, en dat het leen nu aan Margriete zal worden gegeven (vgl 1440-09-04, 1446-12-12)

1455-08-08 |

R.A.H. Coll Aanw 102 Caput Kennemerland fol 30/Reg Principum fol 25
Jaartallenindex

hertog Philips oorkondt dat Clais van Adrichem hem heeft opgedragen tbv jvr Boudijn, sijnre dochter, Willems wijf van Assendelf: eerst een venne lants bij die Wogmeer, groot 5 maden, daer lenden af zyn west: Ysbrant Jacobsz, oost: Jan Eggenzoen en Clais Remkensz. Item noch een stucke lants geheten die Monikenwerve, groot 7 maden, dair lenden af plach te wesen oost: heer Roelant van Uytkerke, west: Katryn Jan Pietersz weduwe. Item noch een stucke lants geheten Florys van Adrichems lage lant, groot ± 16 maden, daer lenden of sijn west: Clais Remkensz, oost: Adryaen Volkairtsz. Item noch een mat lants geheten Florijs van Adrichemslant, west: Pieter Gockenzoen. Zij wordt er vervolgens mede beleend tot een erfleen, als haar vader

mannen: Jan van Cats, Geryt van Assendelf, mr Anthonis Michiels, Jan Ruychrock, Clais die Vriese, rentmeester generael

Pieter Jan Reynersz | 1428

Rek Rentmeester Kennemerland
Voornamenindex

Pieter Jan Reynersz: dijkgraaf, geeft 7 £ 10sc uit om de dijk bij de molen te Alkmaar voor de grafelijkheid te doen maken (858 fol 2); 1429-1430: baljuw van heer Roelant van Uytkerke (860 fol 11); 1434: de tienden van Nubox- en Oudeboxwoude 6 £ 10sc, van Mid- en Oostwoude, Reyner Pietersz 3£ 5sc (864 fol 4v)

Bakenesse, van | 1439-09-09

?
Achternamenindex

veroordeling van Dirc van Bakenesse [ongedateerd en doorgehaald] wegens allerhande breuken en ontamelijke zaken, tot een ballingschap van een jaar waarin hij een bedevaart naar St Thomas in Canterbury moet maken, als hij daarna zijn leven nog niet gebeterd heeft, wordt hij voor 5 jaar naar Cyprus verbannen; 1439-09-09: dezelfde akte waar nog bijgevoegd is dat Dirc aan heer Roelant van Uytkerke de kosten moet vergoeden die hij gemaakt heeft voor zijn knecht Hans die door Dirc mishandeld is

Wilde, de | 1424~

Rechtspraak Graaf van Holland dl II p 60, 61/Memoriale XVI ingeschoven in fol 142
Achternamenindex

vervolg II: "item een ander clage als dat Aernt voirn. gecomen is met vergadering van mannen ende heeft Jan Jacob, mynen oem, daer hij een scout van Alcmair was, ter doot gequetst over een vrede die binnen 4 uren gemaect was, dair hij van die quetsinge doot gebleven is en mynen lieven genadigen heer van Bourgongien en synen Hogen Raet niet en ontsiet van der groter misdaet die hij daer an misdaen heeft. Ende lieve heer Roelant [van Uytkerke], want dese Aernt die Wilde veel andere feyten gedaen heeft, die men u wel onderwysen sal, soe bid ic u vriendelic om God ende om genade, dat ghij dese saken wilt berechten want ic dez niemant te clagen en weet dan u, want ghij ruwairt van dese lande van myns genad. heren wegen ghesett sijt"